BIJLAGE BEHORENDE BIJ AGENDAPUNT 15.
NOTA BETREFFENDE DE STAND VAN ZAKEN TEN AANZIEN VAN HET BESTEMMINGSPLAN
"BEEKHOEK"
Zoals u bekend hebben wij in 1969 opdracht gegeven tot het opstellen van een
nieuw bestemmingsplan voor Ulvenhout aansluitend op de plannen "Pennendijk"
en "Markdal II". De afwerking van dit plan is om allerlei redenen aanzienlijk
vertraagd
In oktober 1972 was het zover dat een uitgewerkt ontwerp-plan ter vooroverleg
kon worden gezonden aan de Provinciale Planologische Commissie.
Een tekening van dit plan met een afschrift van de brief waarbij het plan
werd ingezonden is ter inzage gelegd.
Naar aanleiding van dit plan heeft op 6 februari 1973 op verzoek van de Commissie
een bespreking plaatsgevonden, waarbij door de Commissie bezwaren tegen de omvang
van het plan naar voren zijn gebracht en waarbij uit landschappelijk oogpunt
vooral bezwaar gemaakt werd tegen bebouwing van het middengedeelte van het toen
in ontwerp zijnde plan.
Voorgesteld is toei^^rfiddengedeelte te laten vervallen waardoor de boerderij van
Bartels gespaard zou kunnen worden.
Wij zijn met dit voorstel van de Commissie akkoord gegaan en ter toelichting
hierop mag nog verwezen worden naar onze brief van 27 februari 1973 en de brief
van de Commissie van 26 april 1973.
Nadien werd een nieuw plan opgesteld waarbij met de wensen van de Commissie
rekening werd gehouden en dat 7 januari 1974 ter vooroverleg kon worden gezonden.
Inmiddels werd in de raadsvergadering van 1 mei 1973 besloten tot aankoop van
de boerderij van A. Vergouwen. Deze grondaankoop werd door Gedeputeerde Staten
goedgekeurd, waarbij bleek dat ten aanzien van het westelijk deel van het plan
bij G.S. geen moeilijkheden meer bestonden.
De grond is inmiddels aan de gemeente overgedragen en de gemeente heeft nu met
reeds vroeger in eigendom verkregen grond, met uitzondering van enkele kleine
perceelsgedeelten, de grond voor de uitvoering van het westelijk plangedeelte
pachtvrij ter beschikking.
Dit was dringend noodzakelijk omdat de woningwetwoningen welke voor 1974 zijn
toegewezen in dit plangedeelte gebouwd moeten worden en met de bouw hiervan in
het 2e halfjaar 1974 begonnen zou moeten worden.
Bij schrijven van 15 maart j.l. heeft de Provinciale Planologische Commissie
het eindadvies over het gewijzigde bestemmingsplan uitgebracht.
De commissie gaat akkoord met de opzet van het plan en adviseert het in pro
cedure te brengen echter met in achtneming van de bijgevoegde adviesnota 'welke
ter inzage ligt.
In de nota wordt gesteld de looptijd van dit plan, waarin maximaal 270 woningen
kunnen worden gebouwd, te brengen op minimaal 10 jaar wat betekent dat 25 a 30
woningen per jaar gebouwd zouden kunnen worden.
Daar in Bavel geen bouwgrond meer beschikbaar is en gezien het standpunt van
Gedeputeerde Staten ten aanzien van de groei van de randgemeenten van Breda men
nog geen uitspraak heeft willen doen omtrent de toekomstige ontwikkeling van
Bavel, komt de gemeente door de in het plan "Beekhoek" door de Commissie voor
gestane beperking in ernstige moeilijkheden.
Voor de jaren 1974 - 1975 - 1976 zijn totaal 105 woningwetwoningen toegewezen.
Gezien de vrij hoge gemiddelde woningbezetting in de gemeente 3,85 en de
hierdoor nog te verwachten gezinsverdunning zuilen deze woningen gebouwd moeten
worden om te voorkomen dat het woningtekort in de gemeente op zal lopen.
In het westelijk plangedeelte bestaat nu dank zij de medewerking van Volkshuis
vesting dit jaar wellicht nog de mogelijkheid 52 woningen in aanbouw te nemen.
Indien dan echter geen andere bouwgrond beschikbaar komt, waartoe via een be
stemmingsplan de mogelijkheid zou moeten bestaan, kunnen in 1975 - 1976 geen
woningwetwoningen worden gebouwd.
