gemeente nieuw-ginneken
li
p
II
Raad. s vergadering
nei 1975.
Agenda nr. 18a
2 mei 1975. Onderwerp: hypothecaire geldlening
t.b.v. Burgemeester.
Ulvenhout, 2 mei 1975.
Op 23 april 1965 heeft de Raad van Nietiw-Ginneken een regeling vast
gesteld betreffende het verstrekken van geldleningen aan ambtenaren in
dienst der gemeente Nieuw-Ginneken, voorde bouw, de aankoop of de verbou
wing van een huis voor eigen bewoning in de gemeente Nieuw-Ginneken.
Met toepassing van deze regeling heeft het College van Burgemeester
en Wethouders besloten, aan de Burgemeester ter financiering van de kosten
van èe bouw van een woning in het plan Beekhoek-I, een hypothecaire lening
ter verstrekken tot een bedrag van f 125.000,
De grondkosten bedragen circa f 70000,terwijl de bouwkosten worden
geraamd op minimaal f 180.000,
Het bedrag van f 125000,blijft dus ver beneden de grens van
SOfo der stichtingskosten, genoemd in de bovenvermelde hypotheekregeling
Nieuw-Ginneken.
Het desbetreffende besluit van Burgemeester en Wethouders is op
10 april 1975 ter goedkeuring ingezonden aan Gedeputeerde Staten.
Hedenmorgen werd telefonisch door de provinciale griffie, bij monde
van de heer Pellemans, medegedeeld, dat er materieel gezien gé£n bezwaren
zijn tegen het verstrekken van deze hypothecaire geldlening, doch wel
een formeel bezwaar.
Aangezien de Burgemeester niet wordt aangemerkt als "ambtenaar in
dienst der gemeente", zijn Burgemeester en Wethouders in deze niet het
bevoegde orgaan.
Het besluit tot het verstrekken van de lening moet genomen worden
door de gemeenteraad, met toepassing van artikel 170 der gemeentewet.
Ten aanzien van dit besluit wordt nog de volgende toelichting
gegeven
Volgens de overeenkomstig toe te passen gemeentelijke hypotheek-
regeling, kan een lening worden verstrekt tegen de algemeen geldende
hypotheekrente, evenwel met dien verstande, dat geen hogere rente mag
worden bedsongen dan de effectieve rente, welke de gemeente zelf voor door
haar aan te gane geldleningen is verschuldigd. Deze rente bedraagt thans
bij e en koers van lOQffo.
Door Gedeputeerde Staten wordt bij de goedkeuring van zo'n besluit
het standpunt ingenomen, dat in het algemeen de last niet hoger mag zijn
dan 20/ö van het totale bruto-inkomen.
De jaarwedde van de Burgemeester bedraagt thans
1. maandwedde, ine1.toeslag machtigingswet, f 4465» x 12 f 53580,—
2. vakantietoelage ityfo van f 53580,4018,50
3. kindertoelage/kinderbijslag, 12 x f 227,90 2734,80
4. ambtstoelage, 12 x f 460,5520,
f 65853,30
xxxxxxxxxxxxxxx