-2-
4. VERLENEN VAN MEDEWERKING AAN HET VERZOEK VAN HET BESTUUR VAN DE KLEUTERSCHOOL
'T WEITJE VOOR HET AANSCHAFFEN VAN EEN KLIM/KLAUTERREK (ARTIKEL 50 KLEUTER-
ONDERWIJSWET)
De Heer VAN DER WESTERLAKEN informeert of er meerdere offertes gevraagd
zijn; hij vindt het bedrag van 4050,43 erg hoog.
De VOORZITTER antwoordt dat het nu gaat om het principebesluit om medewerking
te verlenen. T.z.t. komt de kredietaanvrage met begrotingswijziging in de Raad.
De Inspecteur van het kleuteronderwijs stelt zich op het formele standpunt, dat
eerst door de Raad tot medewerking moet worden besloten vooraleer hij advies
geeft, zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda voorgesteld.
5. VASTSTELLING EXPLOITATIEVERGOEDING ALS BEDOELD IN ARTIKEL 73 VAN DE KLEUTER-
ONDERWIJSWET VOOR DE BIJZONDERE KLEUTERSCHOLEN, OVER HET JAAR 1974~7
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de
agenda voorgesteld.
6. VASTSTELLING le WIJZIGING LEGESVERORDENING:
De Heer AARTS merkt op, dat hij wegens ziekte de raadsvergadering van 31
januari niet kon bijwonen; daardoor was het hem niet mogelijk op een enkel punt
een wijziging van deze legesverordening te bepleiten.
Nu de gelegenheid zich voordoet zou hij willen voorstellen in artikel 25 een ta
rief op te nemen voor verlenging van sluitingsuur voor vrijdags en zaterdags,
b.v. 200,per jaar; dit lijkt hem practischer dan een ontheffing voor elke
dag van het jaar voor 400,
De VOORZITTER antwoordt dat het College zich hierover wil beraden; eventueel zal
met een voorstel aan de Raad gekomen worden.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna besloten zoals op de agenda voor
gesteld.
7. VASTSTELLING SLOTWIJZIGINGEN DIENST 1974 EN DE 16e EN 17e WIJZIGING VAN DE BE
GROTING VAN DE ALGEMENE DIENST 1975:
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de
agenda voorgesteld.
8. NEMEN VAN EEN VOORBEREIDINGSBESLUIT VOOR EEN PERCEEL AAN DE NIEUWE BREDASE-
WEG TE BAVEL:
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de
agenda voorgesteld.
9. VASTSTELLING "ALGEMENE VERKOOPVOORWAARDEN" VOOR DE VERKOOP VAN BOUWGROND
De VOORZITTER antwoordt op een vraag van de Heer PAULUSSEN, dat voortaan
de hier bedoelde voorwaarden zullen gelden voor alle grondverkopen.
Verder vraagt de Heer PAULUSSEN, welke voorwaarden het College denkt op te leggen
bij toepassing van artikel 8; hetzelfde geldt voor artikel 10, le lid. Is het
gewenst deze voorwaarden eerst in de Commissie Ruimtelijke Ordening te brengen?
De VOORZITTER antwoordt hierop ontkennend.
Bij artikel 8, lid 2, kan b.v. gedacht worden aan de omstandigheid dat een van de
echtgenoten komt te overlijden en de lasten voor de ander te zwaar worden, aan
gevallen van overplaatsing, enz. Slagvaardig optreden vereist dat dan door het
College toestemming onder bepaalde voorwaarden kan worden verleend; hierbij is
enige armslag onmisbaar.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna besloten zoals op de agenda voorgesteld.
