-12- De Heer VERKOOIJEN vreest, dat de wegenstructuur rond Breda en Nieuw-Ginneken na de prinsjesdag helemaal op de helling is gekomen. Breda is er helemaal niet gelukkig mee. De bewoners van de Dorpstraat weten heel goed, dat als bijv. Mr. Brokx of wie dan ook, een beslissing neemt, het nog wel twee jaar duurt eer die weg er ligt. Ze vragen meer om directe maatregelen op dit mo ment. Ze geven in die brief aan, dat er de mogelijkheid zou zijn tot een richtingsverkeer, maar als men de wegen bekijkt ten oosten en westen van de Dorpstraat, dan meent zijn fractie, dat dat zeker geen haalbare kaart is. Wel zou er meer controle moeten zijn ten aanzien van de snelheid. Als bewoner van de Dorpstraat heeft hij er ervaring mee, dat er veel te hard gereden wordt, zeker ook door het vrachtverkeer. Er zijn heel veel mensen die zich daaraan enorm storen. Het zou een groot winstpunt zijn, wanneer het zware verkeer uit de Dorpstraat zou kunnen verdwijnen. In het buitenland bijv. zijn er wegen waar zwaar verkeer gescheiden wordt van het personenverkeer. Wellicht kan het bureau Goudappel Coffeng daarnaar een onderzoek instellen. De Heer BERGER wijst erop, dat er het schrijven van de inwoners van de Dorp straat ligt, met het verzoek om maatregelen op korte termijn. Hij meent dat uit het onderhoud met gedeputeerde Brokx geen oplossing voort zal komen op korte termijn. Daarom behoeft niet gewacht te worden tot dat gesprek voor het nemen van maatregelen op korte termijn. De situatie in de Dorpstraat vraagt inderdaad om tijdelijke maatregelen op dit moment. De functie van de Dorpstraat is velerlei, waaronder enerzijds wonen en anderzijds de functie van winkelstraat. In de suggesties die zijn gedaan in het schrijven voor maatregelen ter bevordering van het woongenot, moet men in het oog houden wat de invloed daarvan zal zijn op de functie van winkelstraat op de nering in die straat. De nadelen van de situatie in de Dorpstraat op dit moment zijn ook van verschillende aard. Enerzijds geluidsoverlast, anderzijds on veiligheid en belemmering voor het oversteken van voetgangers. Voordelen zijn grote mobiliteit voor automobilisten, zowel eigen bewoners als passanten en geen belemmering voor de nering voor de middenstand. Hij is van mening dat elk van de nadelen aparte maatregelen mogelijk maakt. Daarbij denkt hij aan het nemen van maatregelen op korte termijn ter beperking van de onveilig heid tegen het te hard rijden en ter verbetering van de situatie voor over stekende voetgangers. Bij de suggestie van eenrichtingsverkeer wil hij aan tekenen, dat als dit overdag gedaan wordt het verkeer gehalveerd zal worden met mogelijke nadelige invloed voor de middenstand en daardoor een aantasting van de functie van de Dorpstraat. Hij denkt hierbij aan een oud Hollands spreekwoord dat zegt "Waar mensen zijn, daar is de nering". Wordt het verkeer gehalveerd, dan kan dat ernstige nadelige gevolgen hebben. De Heer J.H. VAN GILS meent, dat iedereen het er over eens is, dat er aan de situatie in die Dorpstraat iets moet gebeuren en liefst op zo kort mogelijke termijn. Maar hij meent dat het goed is het gesprek met GS af te wachten. GS nemen uiteindelijk de beslissing wat er zal gebeuren. De VOORZITTER, de sprekers beantwoordend, merkt op, dat door de Heer Paulussen een verbinding is gelegd tussen de brief van de verontruste Ulvenhouters ten opzichte van het verkeer binnen het dorp Ulvenhout met de brief van Galder. Galder, dat zich met name bezig houdt met de rijksweg. Volledigheidshalve wil hij nog mededelen, dat er deze week nog een brief is binnengekomen van een drietal actiegroepen, nl. "De weg in opspraak", "Vereniging milieu en leefbaarheid" en "Verontruste Ulvenhouters", met 1661 handtekening en die brief behandelt de problematiek in zijn totaliteit, met name ook de relatie tussen de rijksweg en de even tuele Markdalweg. Bij deze brief van die actiegroepen wordt toegezonden een brief aan de minister van verkeer en waterstaat, waarin voorgesteld wordt om ruim baan te maken voor nieuwe studies, om in ieder geval straks een op lossing te krijgen die meer verantwoord lijkt dan datgene wat op het ogenblik

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 259