-6-
De eigenheid en gedifferentieerd woonmilieu zouden volgens deze be
nadering alleen bij zelfstandigheid gehandhaafd kunnen blijven. Hoewel
wij graag de zelfstandigheid gehandhaafd zouden zien, zullen toch
sterkere en zwaardere argumenten mede ter tafel moeten komen ter onder
steuning van deze beleidsdoeleinden.
Ruimtelijke Ordening.
Een groot, zo niet het grootste belang in onze gemeente, van grote be
tekenis voor de land- en tuinbouw, het landschap, de rekreatie, de na
tuur schoongebieden en niet in het minste het dorpsgezicht. Het is
van het grootste belang, dat het College, mijnheer de voorzitter, op
de kortst mogelijke termijn helpt bevorderen het bestemmingsplan bui
tengebied 1948 door een nieuw bestemmingsplan te vervangen. De beno
digde kredieten zijn door de Raad goedgekeurd. Wij vragen ons daarom
af op wie of op wat er nu nog gewacht moet worden. Deze situatie,
mijnheer de voorzitter, werkt op degenen, die het plan hebben opgevat
in het buitengebied te bouwen, zeer frustrerend. Wij dringen er derhalve
bij U op aan, dat op korte termijn een nieuw bestemmingsplan aan deze
Raad wordt voorgelegd. Bij de bestemmingsplannen Beekhoek I, Beekhoek
II, Eikberg, de Bunder en Galder vragen wij bijzondere aandacht, mijn
heer de voorzitter, voor de tot standkoming van woningwet- en premie
woningen. Gezien het aantal ingeschreven woningzoekenden in onze ge
meente en rekeninghoudend met de toekomstige behoefte zijn wij van
mening, mijnheer de voorzitter, dat 50% van het totaal aantal te
bouwen woningen in het kader van de woningwet gebouwd dient te worden.
Met betrekking tot genoemde bestemmingsplannen en al wat daarmee kan
samenhangen, mijnheer de voorzitter, zouden wij U willen voorstellen,
dat het College in overweging neemt over te gaan tot het in het leven
roepen van een commissie, nader aan te duiden met bijvoorbeeld advies
raad ruimtelijke ordening, samen te stellen uit alle lagen en groepe
ringen uit onze bevolking, die Uw College en de Raad terzake moet
adviseren. Op grond van art. 62, lid 2, van de gemeentwet, mijnheer de
voorzitter, kan de Raad hiertoe op Uw voorstel een verordening vaststel
len, regelende de instelling taak, samenstelling en werkwijze van een
dergelijke commissie. Tot haar taak zou in het kader van genoemd art.
o.a. kunnen behoren
- zich te beraden over de ontwikkeling en kwaliteit van het leefmilieu;
- te adviseren over beleidsdoeleinden en programma's;
- inzicht te versaffen in de denkbeelden, welke onder de burgerij leven
en de in de beleidsdoeleinden, programma's en plan-ontwerpen door het
gemeentebestuur neergelegde denkbeelden te toetsen aan de bij de
burgerij levende opvattingen en verwachtingen.
Deze adviesraad dient zodanig te zijn samengesteld, mijnheer de voor
zitter, dat hij kan worden aangemerkt als een goede representatie van
de bevolking met name van diegenen, die zich betrokken weten bij of
geïnteresseerd zijn in ruimtelijke ordening. Te denken valt o.a. aan
een socioloog, verkeersdeskundigearchitekt, (huis)arts, een deskundige
op agrarisch gebied, een huisvrouw, een persoon die tenminste de leef
tijd van 60 jaar heeft bereikt, een vertegenwoordiger van een bouw
vereniging, een vertegenwoordiger uit de sektor winkel- horeca- en
ambachtelijke bedrijven, uit de kring van het jeugdwerk, uit de kring
van het maatschappelijk en/of opbouwwerk. Mijnheer de voorzitter, wij
zijn er van overtuigd, dat mede uit oogpunt van demokratisering van
het openbaar bestuur - hierbij zij verwezen naar het hoofdstuk demo-
kratisering en voorlichting - dat een wezenlijke bijdrage zou betekenen
in de ordening van de ruimten binnen onze gemeente. Laat dit dan ook
een eerste aanzet zijn. Na de algemene beschouwingen, mijnheer de voor
zitter, willen wij aangaande dit onderwerp een motie indienen.