a
d |,r
OPENBARE VERGADERING VAN DE RAAD
14 MAART 1975. TE 20.00 UUR. TEN
DER GEMEENTE NIEUW-GINNEKEN
GEMEENTEHUIZE
v)6
GEHOUDEN OP VRIJDAG
Aanwezig de leden van de Raad
M.P.A.AARTS, IR. EJPABERGERA.J. BINK; A.J. VAN DUN, H.M.C.J.VAN GILS, J.H.VAN
GILS, A.C.HUIJBEN, H.A.M.OOMEN, FL.M.PAULUSSEN, C.J.VERKOOIJEN, EN W.C. WILLEMSEN,
EN J.C. VAN DER WESTERLAKEN.
Afwezig met kennisgeving s de Heer Ir. R.H. PEGEL.
Voorzitter DRS. M.J.H. VAN DE VEN
Secretaris MR, TH. BOSSINK.
De VOORZITTER opent de vergadering met het gebruikelijke gebed, en stelt vervolgens
aan de orde
1. NOTULEN VAN DE RAADSVERGADERING VAN 31 JANUARI 1975 s
De Heer VERKOOIJEN merkt op, dat in de 6e regel op bladzijde 3 vermeld staat,
dat een inspraakprocedure zinvol kan zijn. Hij meent, dat men met deze omschrijving
alle kanten uit kan» Liever zou hij vermeld zien i dat zo.'n procedure goed is,
De VOORZITTER antwoordt, dat hij het woord "zinvol" welbewust gebruikt heeft» Bedoeld
is, waar mogelijk en nodig moet gelegenheid worden gegeven tot inspraak". Maar het is
niet gewenst, op voorhand te zeggen, dat inspraak moet plaats hebben. Dit kan op een la
ter tijdstip uitgemaakt worden, en dit wordt door het woord "zinvol" tot uitdrukking
gebracht.
De Heer PAULUSSEN vraagt aandacht voor de 14e regel op bladzijde 2, alwaar staat ver
meld s "Hij vraagt, of hierbij unanieme instemming van de Commissie nodig is."
Liever zou hij dit vervangen door de omschrijving? "Hij stelt, dat het gewenst is, de
unanieme instemming van de Commissie" te hebben,"
Verder zegt hij, gevraagd te hebben, of het verkeersonderzoek met prioriteit kan worden
gedaan, en of de resultaten van het onderzoek te zijner tijd ingepast kunnen worden
in het ontwikkelingsplan, en zou hij willen voorstellen, in de te vormen werkgroepen
een aantal specialisten op te nemen, zoals b.v. een ecoloog en een "landschapsspecia
list".
De VOORZITTER zegt met deze wijzigingen accoord te kunnen gaan» Ook de Raad gaat hier
mede unaniem accoord.
Overigens worden de notulen zonder hoofdelijke stemming ongewijzigd vastgesteld,
2, INGEKOMEN STUKKEN
Bij punt d. merkt de Heer H.M.C.J. VAN GILS op, dat het College z.i. hier erg
traag te werk is gegaan. Het bevreemdt hem, dat nu opeens een vrij korte termijn aan
Verkooijen wordt gesteld".
De VOORZITTER antwoordt, dat het hier een langslepende zaak betreft» Tegen die achter
grond is het te verklaren, dat klagers wat verhit raken; Tegen het verlenen van de
hinderwetsvergunning zijn indertijd bezwaren ingediend. Dit heeft geleid tot een pro
cedure voor de Afdeling voor de geschillen van bestuur van de Raad van State» Wanneer
dit eenmaal zover is, heeft de gemeente de procedure niet meer in de hand";
Tegen de jaarwisseling is de uitspraak gekomen, en enige tijd later is betrokkene aan
geschreven, dat hij zijn inrichting in overeenstemming met de nieuwe voorwaarden moet
brengen. Hem is een termijn gegund, die' op 26 maart afloopt.
Misschien is dat voor hem een korte termijn, maar deze zaak heeft 2 kanten
het belang van de klagers, en dat van Verkooijen;"
Afgewacht moet worden, wat betrokkene nu doet.
Het College probeert zorgvuldig te werk te gaan, naar beide zijden.
