-12- een juiste opzet te komen. De Heer BINK zegt, dat hij met zijn vraag eigenlijk bedoeld heeft moeten de verenigingen nu tot september wachten voordat ze subsidie krijgen De VOORZITTER antwoordt, dat de nieuwe regeling geldt voor het jaar 1977; dit jaar zal dus op de normale tijd subsidie betaalbaar gesteld kunnen worden. Op de vraag van de Heer Verkooijen antwoordt de VOORZITTER, dat het plan netje voor het gedeelte van Beekhoek I, waaraan goedkeuring is onthouden, weldra ter visie kan worden gelegd; het is echter wat moeilijk hiervoor een bepaalde termijn te noemen. Wethouder WILLEMSEN antwoordt aan de Heer Paulussen, dat het bericht over de brief van Veilig Verkeer Nederland blijkbaar ontleend is aan de raadsagenda. Hij zegt van mening te zijn, dat de Raad eerst in de gelegenheid moet zijn hierover te diskussiëren, voordat de direkte belanghebbenden hiervan in kennis worden gesteld. Stel dat de Raad de voorstellen van het College had afgewezen, dan zouden aan be trokkenen geheel andere konklusies moeten worden medegedeeld. De VOORZITTER voegt hieraan toe, dat sinds enkele maanden een journalist van de Stem toelichting komt vragen op de raadsagenda; die journalist bepaalt zelf wat hij dan in de krant zal zetten. Verder zegt de VOORZITTER, dat het kontakt met Breda over de omleggingsweg door het Markdal heeft geleid tot kennisneming van een rapport van publieke werken Breda; dat betreft overigens niet het gedeelte van de weg op gebied van Nieuw-Ginneken Op Bredaas gebied wil men het tracé dichter langs de Mark leggen. Wanneer Minister Westerterp stelt, dat de wegentracé's opgenomen moeten worden in de bestemmingsplan nen en dat dan nog de mogelijkheid bestaat bezwaren in te brengen, heeft hij formeel gelijk. Bij het gehele plan voor het Buitengebied is samenspraak en inspraak mogelijk, maar de VOORZITTER zegt ten zeerste te betwijfelen, dat er eerst een goedgekeurd be stemmingsplan moet zijn, voordat een weg wordt aangelegd. De meeste wegen in Neder land, rijks- en provinciale wegen namelijk, worden aangelegd op grond van een plan, wat niet door de gemeente wordt vastgesteld; de onteigeningswet bevat voor deze wegen ook een aparte onteigeningsprocedure. Op de vraag van de Heer Aarts naar het fietspad aan de Rouppe van der Voortlaan, antwoordt Wethouder OOMEN, dat deze zaak in handen is van de Grontmij nadere gegevens zijn niet bekend. De VOORZITTER voegt hier, naar aanleiding van een opmerking van de Heer Aarts, nog aan toe, dat er ambtelijk overleg is geweest met staatsbosbeheer, met name over de bestaande bezwaren ten aanzien van het stukje grond tussen de Huisdreef en de begraafplaats. Naar verluid ontwikkelt de situatie daar zich langzaam in positieve zin. Wethouder OOMEN antwoordt nog aan de Heer H.M.C.J. van Gils, dat de uit breiding van de straatverlichting de aandacht van het College heeft; terzake zijn ook toezeggingen gedaan, maar Openbare Werken is erg zwaar belast. De VOORZITTER voegt hieraan toe, dat de toezegging betrekking heeft op 1976, nu is het nog het eerste kwartaal, maar gehoopt wordt in de loop van het jaar toch met een plan te kunnen komen. De Heer PAULUSSEN komt nog even terug op het antwoord van de voorzitter over het overleg met Breda. Zolang Breda geen definitief standpunt bepaald heeft, kunnen Gedeputeerde Staten ook niet verder. De Provincie heeft immers gevraagd naar het standpunt én van Nieuw-Ginneken én van Breda. Eerst daarna zijn definitieve be slissingen te verwachten, zoals inzake aankoop, onteigening enz. Hij wil er daarom bij het College op aandringen te bevorderen, dat Breda komt tot een spoedige beslissing. De VOORZITTER antwoordt, dat het aan de Heer Paulussen bekend zal zijn, dat er een afspraak was tussen Mr. Brokx, lid van Gedeputeerde Staten, en het Bredase College. Door omstandigheden buiten toedoen van betrokkenen is die afspraak niet door gegaan; rond 7 april is een nieuwe afspraak gepland, waarbij het dan met name zal gaan over het zogenaamde alternatieve tracé. Het College heeft vertrouwen, dat deze zaak niet getraineerd wordt. Wanneer verder niemand meer het woord verlangt, sluit vervolgens de VOOR ZITTER de vergadering met het gebruikelijke gebed.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 100