gemeente nieuw-ginneken
aam.
Raadsvergadering
11 mei 1976
Agenda Nr10
Klass. Nr. -1.777.811.
Onderwerp
Voorstel om
1. in te stemmen met de procedure tot ontwikkeling
van komplannen voor Ulvenhout en Bavel;
2. voorbereidingsbesluit vast te stellen;
37 het benodigde krediet beschikbaar te stellen ter
realisering van fase I in 1976.
Ulvenhout, 28 april 1976.
Aan de Raad.
De gebieden Dorpstraat/Molenstraat te Ulvenhout en Kerkstraat/
Kloosterstraat te Bavel zijn momenteel nog grotendeels gelegen in een bestemmings
plan "Uitbreidingsplan in onderdelen", terwijl een gedeelte van de Dorpstraat is
gelegen in het bestemmingsplan "Dorpsplein".
Het bestemmingsplan "Dorpsplein" biedt mogelijkheden om ter plaatse
een grootschalige winkelbebouwing te realiseren, hetgeen naar huidige stedebouw-
kundige inzichten ter plaatse ongewenst wordt geacht.
De "Uitbreidingsplannen in onderdelen" zijn verouderd en erg
globaal in vergelijking met de veelheid aan funkties en variatie in het ruimtelijk
gegeven, terwijl gebruiksvoorschriften geheel ontbreken.
Zowel uit een oogpunt van funktiebepaling als uit een oogpunt van
ruimtelijke vormgeving kan het bestaande karakter van de kernen Ulvenhout en Bavel
in de toekomst ons inziens het beste gewaarborgdworden middels bestemmingsplannen,
waarin aan voornoemde aspekten ruime aandacht wordt geschonken.
De kleinschalige struktuur van de oude dorpskernen, de wisseling
van funktie alsmede de onbevredigende verkeerssituatie verduidelijken de kwetsbaar
heid van het betrokken gebied en nopen tot een zorgvuldig afgewogen beleid dien
aangaande
In een bestemmingsplan voor de bebouwde kom kunnen een ruimtelijk
een funktion eelen een juridisch aspekt worden onderscheiden.
Ten aanzien van het ruimtelijk aspekt onderscheidt een bestemmings
plan voor de bebouwde kom zich van andere bestemmingsplannen door een veel ge
detailleerde aanpak. De kleinschaligheid en fijnkorreligheid van de bebouwing en
de veelheid van funkties zijn bepalend voor het karakter van oude bestaande kernen.
Een vanuit de bestaande toestand opgezette stedebouwkundige regeling biedt, ons
inziens, dan ook de beste waarborgen voor het behoud van de eigen karakteristiek.
Ten aansien van het funktionele aspekt zijn wij van mening, dat
niet alleen in de bebouwing maar ook in de funkties en het gebruik van de gebouwen,
de kleinschaligheid en gedifferientieerdheid tot uiting dient te komen. f
Voorts zal, naar ons oordeel, een en ander zoveel mogelijk in plan
kaart en voorschriften moeten worden vastgelegd, waarbij ten aanzien van het ver
anderende gebruik ook de nodige vrijstellings- en wijzigingsbevoegdheden moeten
worden ingebouwd teneinde het plan en±ge flexibiliteit te geven om zo nodig op
gewijzigde omstandigheden of andere inzichten te kunnen inspelen (juridisch aspekt)
Gelet op het bovenstaande achten wij'het gewenst, dat tot de op
stelling van bestemmingsplannen voor de kommen van Ulvenhout en Bavel wordt over
gegaan.