-4-
De Heer BERGER informeert verder of er intussen wei meer klaarheid is
gekomen over de interpretatie van de subsidieregels; niet helmaal duidelijk was immers
of de grond daarbij wel of niet in aanmering genomen zou worden.
De Heer AARTS zegt het jammer te blijven vinden, dat deze woning, die
verhuurd zou kunnen worden voor 200,niet toegewezen kan worden aan iemand die het
financiëel minder gemakkelijk heeft.
De Heer VAN DER WESTERLAKEN wil nog opmerken, dat in de commissiever
gaderingen er meermalen over gesproken is, dat toezicht een goede zaak zou zijn. Hij
wijst er op, dat de gemeente Breda bijv. het systeem heeft om agenten in de wijk te
plaatsen; in dit kader gezien, vindt hij het wel goed ook in Nieuw-Ginneken de agenten
meer gespreid te laten wonen. Dat behoeft dus geen specifiek toezicht te zijn, maar een
algemeen toezicht.
De VOORZITTER zegt, dat over het«rhuren van de woning aan een politie-
funktionaris is gesproken met Scouting. Ook met de betrokken agent is apsproken en die
heeft zich bereid verklaard deze extra taak op zich te nemen; dit kan zelfs gezien worden
als een onderdeel van het huurkontrakt, een stukje dienstbetoon. De VOORZITTER meent,
dat geen sprake is van overbelasting; iedereen doet in zijn avonduren wel eens iets
extra's. Wat zijn taktisch optreden betreft, heeft het College alle vertrouwen in deze
politieman.
Bij de becijfering van het rijkssubsidie is ook een deel van de grond
ig kosten in aanmerking genomen; het is nog niet bekend of dit inderdaad een haalbare zaak
is.
De VOORZITTER zegt de gedachten van de Heer van der Westerlaken over
een zgn. wijk-agent voor het uitoefenen van algemeen toezicht wel te kunnen onderstrepen,
zonder dat dit in dit geval specifiek speelt.
De VOORZITTER zegt nu aan de orde te willen stellen het voorstel om een
bedrag van 10.000,te voteren voor de verbouwing van de woning.
De Heer J.H. VAN GILS vraagt stemming over dit voorstel.
Daar dit voorstel door andere raadsleden wordt gesteund, laat de VOOR
ZITTER overgaan tot mondelinge stemming. Als voorstemmer wordt, door het trekken van
een naambriefje uit de stembokaal, aangewezen de Heer Pegel. Voor het voorstel van het
College spreken zich uit de Heren H.M.C.J. van Gils, C.J. Verkooijen, A.J. Bink, H.A.M.
Oomen, A.J. van Dun, F.L.M. Paulussen, J.C. van der Westerlaken, W.Ch. Willemsen en
A.C. Huijben. Tegen het voorstel verklaren zich de Heren R.H. Pegel, J.H. van Gils,
M.P.A. Aarts en E.J.P.A. Berger. Het voorstel is dus aangenomen met 9 tegen 4 stemmen.
Hierna schorst de VOORZITTER de vergadering voor een korte pauze.
Na heropening stelt de VOORZITTER aan de orde
9. VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN EEN AANVULLEND KREDIET TEN BEHOEVE VAN DE OPSTELLING
VAN EEN ONTWIKKELINGSPLAN
De Heer VERKOOIJEN merkt op, dat de commissie financiën akkoord is
gegaan met dit voorstel, maar de vraag rijst wel, of met dit aanvullend krediet de zaak
af is, danwel of het E.T.I.N. kind aan huis blijft. Als de Raad niet akkoord zou gaan,
blijven we met een half ontwikkelingsplan zitten en daar heeft niemand iets aan. Wel
wijst de Heer VERKOOIJEN er op, dat er al heel wat rapporten binnen zijn, zoals over'het
Streekplan West-Brabant, bevolkingsprognose, woningbouw enz.
De Heer BERGER zegt bij de stukken een brief gezien te hebben, waaruit
hem gebleken is, dat het oorspronkelijke krediet ook gebruikt is voor een drietal andere
onderwerpen. Om te kunnen beoordelen, of het nu gevraagde aanvullende krediet nodig is
voor de rapporten, die nog moeten binnenkomen, heeft hij 14 dagen geleden een overzicht
gevraagd van alle bedragen, allerlei kredieten, die door de Raad zijn toegekend voor
de lopende studies. Nu dat overzicht ontbreekt, vindt hij het moeilijk om op basis van
de aanwezige en de nog ontbrekende informatie dit onderwerp te behandelen en hij kondigt
aan, dat hij daarom nu tegen dit aanvullende krediet zal stemmen.
De Heer VAN DER WESTERLAKEN zegt, dat dit aanvullende krediet hem ook
een beetje benauwt. Hij wil er op aandringen dit bedrag dan ook uitsluitend ter afslui
ting van dit programma te bestemmen en geen opdrachten tussentijds meer te verlenen.