-9-
Naar aanleiding van de opmerking van de Heer Verkooijen, dat momenteel
zoveel studies gelijktijdig worden aangepakt, zegt de VOORZITTER, dat het nu eenmaal
niet mogelijk is eerst een bepaalde studie af te maken en dan pas aan een andere te be
ginnen. Dan loopt het bestuur achter de feiten aan.
De VOORZITTER onderstreept, dat de Raad "neen" kan zeggen tegen het
voorstel van het College. Als de Raad het komplan niet wil aanpakken moet men echter wel
weten wat de konsekwenties daarvan zijn.
De VOORZITTER zegt, dat hem niet bekend is welke bouwplannen er momen
teel lopen, maar hij gelooft beslist, dat die op één hand te tellen zijn. Overigens is
dit een blijvend probleem welk moment men ook kiest voor het nemen van een voorberei-
dingsbesluit, altijd zullen er eigenaars of gebruikers zijn die willen verbouwen. Als
men een komplan wil realiseren, betekent dat ongetwijfeld, dat men bepaalde onvrijheden
inbouwt en dan is de vraag waar ligt de grens tussen een evenredige en een onevenredige
schade Dat geldt overal in de planologie. Artikel 49 van de Wet Ruimtelijke Ordening
kent de mogelijkheid dat de belanghebbende een schadeclaim indient bij de gemeente, wan
neer door toedoen van een bestemmingsplan direkt en onevenredig schade wordt toegebracht.
Bij geschil hierover kan men doorgaan tot de Kroon toe.
De Heer BERGER zegt begrepen te hebben, dat onafhankelijk van de ver
keersintensiteit, men gebouwen kan trachten te konserveren, maar dat de wegprofilering
wel afhankelijk is van de verkeersintensiteit. In het algemeen is hij akkoord met een
komplan, maar hij vraagt zich af of dit het juiste moment is. Hij zou het jammer vinden
van tijd en geld, als we over 52 maanden moeten zeggen het is een prima plan, alleen
de uitgangspunten zijn verkeerd, omdat de situatie gewijzigd is.
De Heer VAN DER WESTERLAKEN zegt er weinig moeite mee te hebben, dat
iets dergelijks geld gaat kosten maar wel zou hij graag willen weten waar het naar toe
gaat en dan niet beperkt tot 10 maanden. Met de vaststelling van een voorbereidingsbe-
sluit kan hij akkoord gaan, om te voorkomen dat er nog meer karakteristieke objekten
gaan verdwijnen.
De Heer PEGEL zegt de moeilijkheden van de kostenraming voor de komende
jaren niet goed te begrijpen. Hij heeft van het E.T.I.N. een heleboel kostenschattingen
gezien voor een aantal jaren werkzaamheden, waar ze niet zo erg veel moeilijkheden mee
hadden en waarbij ze ook behoorlijk binnen de begroting gebleven zijn. Ook voor van Dael
Ruijs moet dat mogelijk zijn. Hij acht het gewenst dit agendapunt uit te stellen tot
de juni-vergadering.
De Heer PAULUSSEN wil opmerken, dat er in het meest zuidelijke deel van
de Molenstraat tot 't Hoekje een paar benzineverkooppunten zijn, alsmede een voormalige
melkfabriek, die gebruikt wordt voor verpakkingsindustrie. Het lijkt hem wenselijk toch
via bestemmingsplannen een zekere greep te hebben op de ontwikkelingen in dit kleine
stuk.
De VOORZITTER antwoordt, dat ongewenste ontwikkelingen zich overal in
de gemeente kunnen voordoen, maar het is de vraag of dat een dergelijke zware procedure
als die van een komplan rechtvaardigt.
De Heer PAULUSSEN zegt, dat het hem er om gaat, dat bijv. het buiten
terrein van de melkfabriek een geheel andere bestemming zou kunnen krijgen, bijv. opslag
plaats of iets anders; daar is momenteel niets aan te doen.
De VOORZITTER gaat in op de twee alternatieven voor de Dorpstraat in
relatie tot de verkeerssituatie. Hij zou willen stellen, dat in de studie nu niet meege-
men wordt het tweede alternatief, m.a.w. dat alleen de huidige situatie in het oog ge
nomen wordt en dan beperkt tot het gebouwelijke
De Heer BERGER zegt bang te zijn, juist omdat de rondweg is uitgesteld,
dat de deskundigen langer zullen blijven studeren, waardoor de kosten weer uit de hand
kunnen lopen. Hij zou willen stellen laten we het deel, dan onafhankelijk van de ver
keersintensiteit is, bestuderen en eventueel uitvoeren, maar het deel dat van de ver
keersintensiteit afhankelijk is niet bestuderen totdat het definitieve uitgangspunt be
paald kan worden.
De VOORZITTER wijst er op, dat het niet alleen gaat om herprofilering
van de straat, maar ook een aantal zijstraten wordt er bij betrokken. Het is niet onmo
gelijk, de praktijk geeft dat in diverse steden en dorpen ook aan, dat wanneer er een
belangrijke verkeersader door een dorp loopt, ook aan de zijstraten een ander karakter