-2-
Deze hielden in
nieuwe leerlingen
aspirant leerlingen uit gemeenten, die deelnemen in een muziekschool elders
of georiënteerd zijn op een andere muziekschool, worden verwezen naar de be
treffende muziekschool
aspirant leerlingen voor cursussen, die elders niet worden gegeven, worden
genoteerd.
De inschrijving wordt afhankelijk gesteld van de bereidheid van de betreffend^
gemeente om bij te dragen in de kosten.
bestaand leerlingenbestand
leerlingen uit buitengemeenten, die reeds voor cursussen in vorige jaren
waren ingeschreven, worden niet afgeschreven, ook al zijn de gemeentebesturen
niet bereid bij te dragen in de kosten, omdat deze leerlingen bijzonder
gedupeerd zouden worden.
In het gesprek hieromtrent te Breda, gehouden op 15 mei 1975, heeft ons college
zich vooralsnog op het standpunt gesteld gezien de centrumfunktie van
Breda die van rijkswege extra gehonoreerd wordt middels hogere uitkeringen uit
het Gemeentefonds in deze kosten niet bij te dragen. Voorts werd toen ge
wezen op het feit, dat leerlingen uit de Bredase wijk Ginneken de School voor
Muzische Vorming bezoeken, hetgeen ook verrekeningen tussen Breda en Nieuw-Gin-
neken ten gevolge zou kunnen c.q. moeten hebben.
Afspraak was dat Breda zich verder zou beraden en opnieuw een gezamenlijk gesprek
te zullen houden met de betrokken gemeenten, danwel elke gemeente afzonderlijk.
Een en ander was voor ons college aanleiding nog eens in overweging te
nemen het verzoek van de gemeente Breda om een bijdrage in de variabele kosten
van de stedelijke Muziekschool naar rato van het aantal Nieuw-Ginnekense deel
nemers in relatie tot het in deze gemeente bestaande instituut, de Stichting
voor ScEool Muzische Vorming,; die een beperkt pakket muziekopleidingen verzorgt.
Bij die gelegenheid is aan de orde geweest de vraag of, in samenspraak met het
bestuur van de Stichting voor School Muzische Vorming en de besturen der plaat
selijke harmonieën, niet te overwegen is te komen tot een uitbreiding van het
(muzikale) cursussenpakket van Muzische Vorming, enerzijds om de mogelijkheden
voor het volgen van muziekopleidingen "dichter bij huis" te houden, hetgeen
mogelijkerwijze ook voor de harmonieën van belang is, anderzijds om bij een mo
gelijke beslissing om aan de gemeente Breda toch een bijdrage te betalen in haar
Muziekschool enig plafond te kunnen aanleggen in de jaarlijks daarmede gepaard
gaande kosten (voor opleidingen die plaatselijk.1 worden gegeven moet men zich ter
plaatse laten inschrijven aanmelding bij de Bredase Muziekschool is niet
mogelijk)
Met de heer Smeets, toenmalig provinciaal muziekconsulent, zijn deze gedachten
besproken. Zijnerzijds is gesteld dat het verzoek van Breda om een bijdrage in
de variabele kosten redelijk is, zijnde een regeling die past in de richtlijnen
voor de (mede-) subsidiëring van muziekschoolprojekten door omliggende gemeenten
(1975-1976-1977), goedgekeurd tijdens de Algemene Vergadering van het Besturen
overleg van Muziekscholen in Limburg en Noord-Brabant op 26 februari 1975 te
Eindhoven.
Wel zou volgens de heer Smeets limitering van de duur der opleidingen moeten
plaatsvinden, alsmede zou er sprake moeten zijn van enige invloed op de tarief
stelling door Breda.