Wellicht ten overvloede zij nog vermeld, dat soortgelijke verzoeken als van de gemeente Breda om een bijdrage in de variabele kosten van Muziekschool en De Beeldenaar zijn ontvangen van de Tilburgse Muziekschool en van de school voor kunstzinnige vorming "Sint Frans" te Etten-Leur. Tot zover hetgeen zich tot op heden in de onderhavige materie afspeelde. II HET GEMEENTELIJK_KULTUURBELEID Naast datgene wat ons college hierover schreef in het Beleidsplan 1976-1980 zouden wij, toegesp itst op de onderhavige materie, nog het volgende willen op merken. Muziek en kreatieve handvaardigheid zijn belangrijke elementen in de vorming van de mens, jong en oud. In sommige gemeenten wordt bijwijze van experiment reeds Algemene Muzikale Vorming (A.M.V.) in het leerprogramma van de basisscholen opgenomen. Landelijk is er het streven het A.M.V. binnen afzienbare tijd als verplicht vak op het lesprogramma van de basisscholen te plaatsen. De kreatieve handvaardigheid krijgt binnen het basisonderwijs ook steeds meer de aandacht. Gewezen mag worden op-het vak handenarbeid, maar ook tekenen. Heel vaak worden de lessen in deze gegeven door vakleerkrachten. In gemeenten waar muziekscholen en kreativiteitscentra zijn is de ontwikkeling waarneembaar dat instituten als deze een bescheiden poging ondernemen vaak ook op verzoek van het onderwijs om hun programma's te intergreren in het basisonderwijs. Een ontwikkeling als deze is ook in Nieuw-Ginneken merkbaar. Wij achten het een goede zaak, dat ter plaatse of middels voorzieningen elders ruimere mogelijkheden worden geboden om inwoners van deze gemeente de gelegen heid te bieden zich in muzikaal of kreatief opzicht te ontplooien. In dit verband willen wij overigens opmerken, dat het een ervaringsgegeven is, dat een latente behoefte bij de bevolking meer manifest wordt op het moment, dat er ruimere mogelijkheden gaan ontstaan. Vooral indien zich méér plaatselijk gaat afspelen moet er rekening mede worden gehouden, dat er een geleidelijke groei aan de vraagzijde gaat optreden. Deze vraag bestaat naar onze mening ook nu, doch in een (groot) aantal gevallen is men aangewezen op instituten buiten de gemeente, hetgeen praktisch een zekere terughoudendheid betekent, vooral bij jongeren. Het aanbieden van vooral plaatselijke voorzieningen leidt derhalve tot een grote claim op het gemeentelijk budget. In het hiernavolgende geven wij aan welke struktuur denkbaar is om het voorzieningenpakket gestalte te geven.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 148