mogelijk, zodat eventueel op zeer korte termijn een beslissing ten aanzien van dat
derde lokaal moet worden genomen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten, zoals op de agenda voor
gesteld.
8. VOORSTEL TOT BEPALING VAN DE FINANCIËLE VERHOUDING BREDA/NIEUW-GINNEKEN INZAKE
DEELNAME VANUIT NIEUW-GINWEKEN AAN KURSUSSEN VAN DE MUZIEKSCHOOL EN DE BEELDE
NAAR TB BREDA
De VOORZITTER merkt op, dat in het voorstel een vrij volledig over
zicht gegeven is van datgene wat zich in de afgelopen jaren in de relatie Breda/
Nieuw-Ginneken heeft voorgedaan met betrekking tot de muziekschool en de Beeldenaar
Verder wordt aangegeven, hetgeen onder gemeentelijk kultuurbeleid zou kunnen worden
verstaan en wordt een aantal mogelijkheden aangestipt.
De Heer PEGEL zegt de indruk te hebben, dat er een paar dingen nog
niet helemaal duidelijk zijn. De Beeldenaar is een stichting en het dreigement van
de gemeente Breda, dat geen leerlingen uit de buitengemeenten zullen worden toege
laten, lijkt hem daarom niet steekhoudend. Verder heeft hij begrepen, dat de ge
meente Breda nu ook ten aanzien van het muziekonderwijs een open toelatingsbeleid
wil volgen en ten deze met de randgemeenten tot een soort gentleman's agreement
wil komen. Hij meent, dat Nieuw-Ginneken bereid moet zijn in de begroting 1977
hiervoor een reëel bedrag op te nemen. De Heer PEGEL zegt verder veel sympathie
te kunnen opbrengen voor de punten I, li, III en V, vermeld op blz. 4 van het voor
stel van 9 juni. Wél zou de zekerheid moeten bestaan, dat het beheer van de Stich
ting Muzische Vorming dan efficiënt wordt gevoerd en beter dan wanneer die stich
ting een dépendance zou zijn van de muziekschool of van de Beeldenaar. ,In dat ver
band is ook belangrijk wat de plannen zijn van de Stichting Muzische Vorming zelf;
die Stichting heeft een beleidsnota aangekondigd, een planning voor langere termijn
De Heer PEGEL meent, dat wanneer de Raad zich moet uitspreken over de meest ge
wenste bestuursvorm, over het uitbreiden van de huidige faciliteiten en over het
streven naar behoud van een zelfstandige school, met dit aangekondigde beleidsplan
niet gewacht moet worden tot eind december, maar dat het zeker begin november ont
vangen zou moeten zijn. Bij de begrotingsbehandeling in de Raad in december zou
hieraan dan uitvoerig aandacht kunnen worden besteed.
De Heer VERKOOIJEN zegt ook wel met het voorstel van het College te
willen meegaan, maar het kostenaspekt blijft voor hem erg belangrijk. De kans be
staat, dat het aantal leerlingen van de eigen muziekschool bij uitbreiding van de
opleidingsmogelijkheden vrij sterk zal toenemen en dat kan als konsekwentie hebben,
dat het aantal leraren uitgebreid zal moeten worden, wat weer merkbaar zal zijn in
het te verwachten subsidie van de gemeente. Hij vraagt of het verder de bedoeling
is, dat leerlingen uit Breda, die nu lessen volgen te Nieuw-Ginneken, teruggaan
naar de muziekschool Breda. Hij is van mening, dat het niet nodig is dat de Raad
zich in déze vergadering uitspreekt over de meest gewenste bestuursvorm.
De Heer J.H. VAN GILS zegt, dat het hem zinvol voorkomt te wachten
totdat het beleidsplan van Muzische Vorming aan de Raad zal worden overgelegd. Be
gin november lijkt hem aan de late kant. Volgens hem verstrekte gegevens zou Mu
zische Vorming al zo'n 2 jaar aan het studeren zijn; het resultaat moet nu toch
wel op korte termijn beschikbaar kunnen komen.
De Heer BERGER zegt, dat het hem gewenst voorkomt, het eerst eens te
worden over de uitgangspunten van het gemeentelijk kultuurbeleid. Hij meent, dat
de commissie financiën het er over eens was, dat met name voor kinderen van de ba
sisschoolleeftijd de mogelijkheden zouden moeten worden uitgebreid. Het voorstel,
zoals dat nu op tafel ligt, heeft hier en daar in de gemeente verwarring gewekt.
Ouderen, die momenteel gebruik maken van de muziekschool en de Beeldenaar in Breda,
zijn bang dat die mogelijkheden afgesneden zouden worden; blijkbaar is deze drei
ging echter weer afgezwakt. Uitgangspunt zou moeten zijn, dat de mogelijkheden ook
voor de ouderen open gehouden zouden moeten worden, zowel in Breda als in Nieuw-
Ginneken.
