__4
8. MEDEDELINGEN
1. m.b.t. overdekte zwemakkommodatie;
2. m.b.t. internationaal kenteken voor monumenten.
De Heer AARTS merkt op, dat in 1970, toen hij voor het eerst in de
Raad kwam, er al een klein investeringsplannetje bestond. Daar stond toen ook al
een instruktiebad op. Hij zegt het er mee eens te zijn, dat het momenteel finan
cieel niet haalbaar is. Maar hij wijst er op, dat Galder in schoolverband toch
een oplossing heeft gevonden; wellicht is het mogelijk een dergelijke ontwikke
ling ook in Bavel of Ulvenhout te stimuleren; de gemeente zou er wel iets voor
over mogen hebben om de zwemvaardigheid te bevorderen.
De Heer VAN DER WESTERLAKEN zegt er mee akkoord te gaan dat de
kosten van een instruktiebad te hoog zijn. Maar wat de Heer Aarts zegt spreekt
hem ook wel aan. Het zou misschien toch wel een goede zaak zijn te overwegen of
bepaalde klassen van de basisscholen in die gemeentedelen niet de gelegenheid
zou moeten worden geboden wekelijks zwemonderwijs te genieten in de overdekte
zwembaden van Breda. Breda zelf heeft ook zo'n regeling. Alle 4e en 5e klassen
van de basisscholen gaan daar wekelijks zwemmen
De Heer BERGER zegt de mededeling van het college een toch wel erg
teleurstellend bericht te vinden. Hij vraagt zich af of dit nu het einde van het
verhaal moet zijn. Uit de brief van Breda van januari 1976 blijkt, dat die ge
meente de financiële last wat onevenredig naar Nieuw-Ginneken wil schuiven, omdat
in Breda de druk er een beetje af is," nu men terecht kan in Breda-noord. In een
eventuele samenwerking met Nieuw-Ginneken is Breda in feite nog wel geïnteresseerd
Zo heeft Breda ook een kopie naar de provincie gezonden met het oog op een even
tueel subsidie en wordt aan het college van burgemeester en wethouders van Nieuw-
Ginneken gevraagd om een standpuntbepaling. Het antwoord van Nieuw-Ginneken heeft
de Heer BERGER niet aangetroffen; wel herinnert hij zich, dat er een overzicht
was van de kosten van zwembaden in kleinere plaatsen, waarbij opvalt dat ze erg
negatief uitkomen. De kapitaalslasten niet meegerekend komt het exploitatiesaldo
per jaar op ongeveer 160.000,nlvoor een zwembad van 8x25 meter. De Heer
BERGER vraagt zich af, of bij samenwerking met Breda op het gebied van Wolfslaar
- waar reeds een aantal voorzieningen bestaat en waarbij personeel aanwezig is -
de kosten niet lager zouden uitkomen.
De Heer VERKOOIJEN zegt, dat hij graag informatie gezien had uit
gemeente uit meer nabije omgeving, bijv, Zundert of de PTT-gemeenten, in plaats
van Son en Breughel enz. Hij voelt wel voor het denkbeeld van de Heer Berger
inzake een overdekt zwembad bij Wolfslaar; misschien zou ook iets kunnen gebeuren
bij de Galderse Meren. In ieder geval zou nagegaan moeten worden of er toch nog
iets bereikt zou kunnen worden.
De VOORZITTER zegt graag te erkennen, dat de wens een instruktiebad
te krijgen reeds jarenlang bestaat. Het college heeft er naar gestreefd een
nuchtere en objektieve beoordeling te geven van de in feite bestaande mogelijk
heden. Getracht is in samenwerking met andere gemeenten tot een oplossing te
komen zodanig, dat de lasten voor Nieuw-Ginneken niet te zwaar zouden worden.
Overleg is gepleegd met Chaam, Breda en Rijsbergen. In geen van deze 3 situaties
bleek het mogelijk te komen tot een samenwerkingsvorm, die in alle opzichten
recht deed aan een verantwoorde totstandkoming van een zwembad. Niet volstaan
kan worden met medewerking van bijv. Breda wat betreft de ruimtelijke planning.
Dié medewerking was er zeer zeker, maar toen kwam het financiële aspekt naar
voren. Toen bleek, dat Breda niet bereid of in staat was naar verhouding in de
exploitatiekosten bij te dragen. Geen enkele Bredase school zou van de nieuwe
akkommodatie gebruik gaan maken en bekend mag zijn, dat geen zwembad enigszins
rendabel is te maken wanneer er geen scholen aan deelnemen. Zouden scholen toch
gebruik gaan maken van bijv. een overdekt zwembad bij Wolfslaar, dan zou elders
in de stad door die scholen niet meer gezwommen worden, met alle financiële ge
volgen van dien. Het harde feit van een jaarlijks exploitatietekort van rond
160.000,-- blijft bestaan; zelfs wanneer situering bij Wolfslaar mogelijk zou
zijn, zou het nadelig saldo nog zeer hoog blijven. Bovendien is gebleken, dat de