-4-
14. VOORSTEL TOT HET ONDERZOEKEN VAN DE GELOOFSBRIEVEN VAN DE TOT RAADSLID BENOEMD
VERKLAARDE HEER H". H.M. ^PLATZBEECKER
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de
agenda voorgesteld.
De VOORZITTER wijst er op, dat formeel nog een beroepstermijn van 8
dagen bestaat, hetgeen inhoudt dat het aftredende raadslid, de Heer Berger, nog 8
dagen als raadslid blijft zitting houden. In de eerstvolgende raadsvergadering kan
de Heer Platzbeecker dus beëdigd worden, waarna hij zijn funktie voluit zal kunnen
gaan vervullen. Nu was echter de Heer Berger lid van enkele raadscommissies, nl.
die van onderwijs en financiën en het komt de VOORZITTER voor, dat het aanbeveling
verdient dat de Heer Platzbeecker de belangrijke commissievergaderingen van november
reeds gaat bijwonen, zij het zonder stemrecht. Dit laatste houdt in, dat de WD-
fraktie in bedoelde commissievergaderingen haar stem niet zou kunnen laten horen.
Dit komt de VOORZITTER niet wenselijk voor en daarom zou hij willen voorstellen
in de periode tot de eerstvolgende raadsvergadering aan de Heer Pegel stemrecht in
bedoelde commissies te verlenen.
Zonder hoofdelijke stemming gaat de Raad hiermede akkoord.
15. MEDEDELINGEN
De VOORZITTER zegt van dit agendapunt gebruik te willen maken om zich
tot de Heer Berger te richten. Hij zegt, xlat de Heer Berger in de ruim 2 jaar van
zijn lidmaatschap een goede kijk zal hebben gekregen op het welk van een gemeente
en een gemeentebestuur. In deze jaren, aldus de VOORZITTER, heeft de Heer Berger
met grote ambitie en veel inzet het raads- en commissiewerk ter hand genomen. Het
is jammer, dat werk- en gezinsomstandigheden er toe nopen nu dit werk neer te leggen,
maar het is begrijpelijk dat iemand voor zichzelf moet uitmaken waar voor hem de
prioriteiten liggen. Iets dergelijks, het afwegen van prioriteiten, doet ook de
gemeente regelmatig. De VOORZITTER memoreert, dat de Heer Berger voorzitter is ge
weest van het Wit-Gele Kruis Ulvenhout, waarvan hij nu nog steeds bestuurslid is
en dat hij ook nog voorzitter is van het oudercomité van de RosmolenschoolAls
lid van de commissie Financiën heeft de Heer Berger regelmatig aan vergaderingen
deelgenomen; ook was hij lid van de commissie Onderwijs. Al heeft die commissie
minder vergaderingen op haar naam staan, toch heeft juist zij te maken gehad met
vele belangrijke voorzieningen, waarbij de VOORZITTER denkt aan de kwestie van de
openbare school, de uitbreiding van de school aan 't Weitje, de renovatie van de
Mariaschool, de bouw van de Tweeschaar en nu weer het plan voor verdere nieuwbouw
in Bavel. De Heer Berger was voorzitter van de subcommissie die tot taak had de
ruimtebehoefte van het onderwijs in de gemeente te bestuderen. Het rapport van die
commissie is normatief geworden voor het denken en handelen van het college en van
de Raad. De VOORZITTER konstateertdat de Heer Berger een goed raadslid is geweest,
een goed medebestuurder. Hij zegt het jammer te vinden, dat de Heer Berger nu de
Raad gaat verlaten, maar hij kan de motieven hiertoe goed begrijpen. Hij hoopt dat
de WD in de persoon van de Heer Platzbeecker een waardig opvolger van de Heer
Berger heeft gevonden. De VOORZITTER besluit met de Heer Berger te bedanken voor
alles wat hij voor de gemeente en .in de Raad gedaan heeft en hij laat zijn dank
vergezeld gaan van een kleine spirituele blijk van waardering.
De Heer BERGER zegt, in antwoord op deze toespraak van de voorzitter,
dat het met grote teleurstelling én met veel genoegen is, dat hij afscheid neemt
van de Raad. Met grote teleurstelling, omdat hij halverwege de rit moet afhaken.
Dit is nooit de bedoeling geweest, maar gezien de omstandigheden in zijn beroep
heeft hij inderdaad prioriteiten moeten stellen. Toch ook met veel genoegen, omdat
hij in deze 2 jaar heeft mogen kennis maken met het raadswerk, heeft mogen kijken
achter de schermen van het gemeentebestuur, waar hij dingen en mensen is tegengekomen,
héél anders dan hij zich had voorgesteld. In tegenstelling tot zijn verwachting, een
politieke heksenketel te ontmoeten, kwam hij terecht in een college van wijze mannen
die elkaar heel vriendelijk bejegenen en hem als nieuwkomer in deze gemeente ook
heel vriendelijk in hun midden hebben opgenomen. Zijn gezin en hijzelf, zo zegt hij,
zijn bijzonder gecharmeerd van de leefgemeenschap waarin zij terecht zijn gekomen