3,-"
3
B. Niet door
Bouwtoezicht West-Brabant
getaxeerde gemeenten
Gemeente
Tarief eigenaar
Tarief gebruiker
Totaal
Breda
10,—
7,50
17,50
Dongen
2,85
2,15
5,—
Goirle
5,60
4,45
10,05
Hoeven
7,19
5,75
12,94
Loon op Zand
5,75
3,70
9,45
Made
4,85
3,85
8,70
Oosterhout
5,—
3,—
8,—
Prinsenbeek
2,30
2,85
5,15
Zevenbergen
6,—
4,80
10,80
Maximiale_J^
De maximale opbrengst van de onroerend goedbelastingen wordt op
grond van artikel 273 van de gemeenteweten rekeninghoudend met de gegevens
behorende bij de begroting 1977, als volgt berekend
a. heffing van de zakelijke gerechtigden, 15% van de algemene
uitkering uit het gemeentefonds~na aftrek van de kosten
sociale zorg(f 4.310.365,13) 646.554,77
b. heffing van de gebruikers, 12% van 4.310.365,13 517.243,82
Totaal der maximale opbrengst
1.163.798,59
antal
De maximale tarieven kunnen derhalve worden berekend op
Voor zakelijk gerechtigden 646.554,77 300.00CK000
Voor gebruikers 517.243,82 300.000.000
3.000
Voor zakelijk gerechtigden, tevens gebruiker
6,46
5,17
11,63
Uit deze berekening kunt U opmaken, dat het door ons college voorgestane tarief
van 6,35 ruim blijft onder de maximale heffing van 11,63.
Voorafgaande aan r>n<= het doen van een voorstel zoals
hierboven omschreven hebben wij ons uitgebreio later ouilichten met name voor
wat betreft
a) de verschuiving in belastingdruk binnen onze gemeente van het brnnengebied
(gebied voorzien van riolering) naar het buitengebied;
b) de mogelijke invoering van een rioolretributie;
c) de hoogte van de taxaten uitgebracht door Bouwtoezicht West-Brabant.
Ten aanzien van ieder van deze zaken kunnen wij U het volgende
mededelen
a) Zoals reeds vermeld in ons voorstel van 19 maart 1975 tot invoering van de
onroerend qoedbelastingen is de heffing van deze belasting mogelijk geworden
door de inwerkingtreding van de wet van 24 december 1970, Stb. 608, waarbij
de bepalingen in de gemeentewet met betrekking tot het gemeentelijk belas-
tinggebied drastisch zijn gewijzigd. Deze wijzigingen beogen een verruiming
van het gemeentelijk belastinggebied, welke verruiming gezien moet worden
als een onmisbaar sluitstuk op de financiële verhoudingsregeling tussen het
rijk en de gemeenten. De onroerend goedbelasting moet verder gezien worden
als een algemene belasting met een zuiver fiskaal karakter. De huidige
heffing van de straatbelasting in Nieuw-Ginneken is een duidelijke profijt
belasting, omdat de hoogte van de belasting mede afhankelijk is van de voor
zieningen, welke door de overheid ter plaatse van het gebouwd eigendom zijn
I
