getroffen. Zo worden eigenaren van gebouwen gelegen aan verharde wegen zwaarder belast, dan eigenaren van gebouwen gelegen aan onverharde wegen. Een tariefstelling bij de onroerend goedbelasting, afhankelijk van de ge troffen voorzieningen, is wettelijk niet mogelijk. Daar als grondslag van heffing wordt gehanteerd de waarde welke aan het onroerend goed in het ekonomisch verkeer kan worden toegekend, werd bij het uitbrengen van het taxaat met de overheidsvoorzieningen ter plaatse rekening gehouden. Het is duidelijk, dat bij invoering van de onroerend goedbelasting met name de bedrijfsgebouwen zwaarder belast zullen worden dan tot heden het geval is. Dit is evenwel een gevolg van het stelsel van de wet, die uitgaat van het onroerend goed. b) Wij hebben ons ook beraden of invoering van een rioolretributie met toe passing van artikel 277 der gemeentewet een alternatief zou zijn om de verhoogde belastingdruk naar het buitengebied te verlagen. Afgezien dat invoering van een rioolretributie op het moment van invoering van de on roerend goedbelastingen en uitgaande van een gelijke belastingdruk, een ge deeltelijke ontkrachting inhoudt van de door de wetgever voorgestane be doelingen met de onroerend goedbelasting - belasting afhankelijk van het getaxeerde vermogen -, wordt met de heffing van een rioolretributie een verschuiving in de belastingdruk doorgevoerd van dure woningen in het bin- nengebied naar goedkope woningen. c) In onze gemeente werden de taxaties uitgebracht door Bouwtoezicht West- Brabant. Alle gebruikers hebben mededeling ontvangen van dit taxaat en zijn in de gelegenheid gesteld hun bezwaren terzake kenbaar te maken. Afgezien van de ingekomen bezwaarschriften tot een getal van 200 is er voor ons geen enkele aanleiding aan te nemen dat de door de taxateurs uitgebrachte taxa ties niet met de nodige kennis zijn verricht. Met uitzondering van de waar den, waartegen bezwaren zijn gemaakt en welke thans nog in onderzoek zijn, hebben wij besloten de uitgebrachte taxaties onverkort over te nemen als grondslag voor de heffing van de onroerend goedbelastingen. Het advies van de commissie financiën, alsmede de overige op dit agendapunt betrekking hebbende stukken, zijn voor U in het agendadossier ter inzage gelegd. In cfe konsept-wijzigingsverordening, wordt voor elke volle 3.000,-- waarde een tarief voor de heffing van de onroerend goedbelasting, ingaande 1 januari 1977, opgenomen van 1) 2,15 voor gebruikers van gebouwd onroerend goed; 2) 4,20 voor zakelijk gerechtigden van gebouwd onroerend goed. Naast de "aststelling van het definitieve tarief behoeft de ver ordening aanpassing naar aanleiding van een schrijven van het kolleoe van Ge deputeerde Staten d.d. 10 november 1976, Afd. Ill, G. nr. 377.886, waarin enkele bemerkingen zijn opgenomen ten aanzien van de bij Koninklijk Besluit van 16 juni 1976, nr 6,goedgekeurde verordenincr on dp heffing van onroerend goedbelas tingen Het betreft met name redaktionele aanpassinoenwaarmee kar worden ingestemd. Wij stellen U voor tot vaststelling over te gaan van de voor U in het agendadossier neeroeleade konsept-nijzigingsverordening BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN NIEUW-GINNEKEN De Sekretaris, De Burgemeester, Th. Bossink. Mvan de Ven

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 269