RAAD
o M 1977
OPENBARE VERGADERING VAN DE RAAD DER GEMEENTE NIEUW-GINNEKEN, GEHOUDEN OP VRIJDAG
17 DECEMBER 1976, TE 20.00 UUR.
Aanwezig De Leden van de Raad
M.P.A. AARTS, A.J. BINK, A.J. VAN DUN, J.H. VAN GILS, A.C. HUIJBEN,
H.A.M. OOMEN, F.L.M. PAULUSSEN, IR. R.H. PEGEL, C.J. VERKOOIJEN EN
W.CH. WILLEMSEN.
Afwezig met kennisgeving de Leden H.M.C.J. VAN GILS EN J.C. VAN DER WESTERLAKEN.
Voorzitter DRSM.J.H. VAN DE VEN.
Secretaris MR. TH. BOSSINK.
De VOORZITTER opent de vergadering met het gebruikelijke gebed, heet
iedereen hartelijk welkom en stelt vervolgens aan de orde
1. VASTSTELLING BEGROTING 1977 BEANTWOORDING VAN DE ALGEMENE BESCHOUWINGEN;
BEGROTING GRONDBEDRIJF; BEGROTING SPORTZAAL BAVEL; BEHANDELING BEGROTING ALGEMENE
DIENST PER HOOFDSTUK
De VOORZITTER beantwoordt de door de woordvoerders van de verschillende
raadsfrakties gehouden beschouwingen aldus
Het college heeft met genoegen kennis genomen van het feit, dat het
merendeel der frakties in waarderende zin gesproken heeft over opzet en inhoud van
het beleidsplan en de begroting.
Graag willen wij onderstrepen de waardering die U tegelijkertijd had
voor de inzet van het ambtelijk apparaat. Beleidsvoorbereiding, beleidsvorming en
beleidsuitvoering liggen in eikaars verlengden. Het zijn de verschillende onderdelen
van een en hetzelfde proces waarin bestuur èn ambtelijk apparaat op een en dezelfde
golflengte moeten opereren. Het doet ons genoegen om te kunnen getuigen van een
loyale inzet, gepaard aan een hoge kwaliteit van het ambtelijk apparaat. We willen
daarbij niet verhelen dat zowel het werk van het bestuur als van ambtelijk apparaat
voor verbetering vatbaar is. Serviceverlening aan het publiek, zoals door de Heer
Pegel aangestipt, is ook naar onze opvatting een van de eerste eisen waaraan het
gehele apparaat en dat is dan het bestuurlijk en ambtelijk apparaat moet voldoen.
Tegelijkertijd echter zal de toeneming van het te verrichten werk op aangepaste
wijze moeten worden opgevangen, opdat sprake kan zijn van planmatig werken. Planning
van beleid, zoals vervat in het jaarlijkse beleidsplan, zal tot gevolg moeten heb
ben planning van te verrichten werkzaamheden. Daartoe behoort werkdifferentiatie en
werkspecialisatieDat daarbij hogere funktionarissen van ons apparaat minder be
reikbaar komen voor het publiek - daarop is ons al een enkele keer gewezen - is
wellicht jammer, maar in het kader van een goede werkplanning onvermijdelijk.
De Heer Pegel heeft zich min of meer beklaagd over het feit, dat het
college zoveel rekening houdt met voorschriften en opvattingen van hogerhand. Hij
raakt hiermee het probleem van de gemeentelijke autonomie en van centralisering
door provinciale en rijksoverheid. Het zal U niet verwonderen, dat het college die
gemeentelijke autonomie zo lang als verantwoord is wil blijven handhaven. Tegelij
kertijd moeten we ons echter realiseren, dat de feitelijke bestuurlijke ontwikkeling
in ons land er een is van centralisatie, waarbij het doen en laten van de lagere
overheid steeds meer afhankelijk wordt van de welwillendheid van de hogere overheid.
Het standpunt van het college is dat het zich niet op voorhand behoeft neer te leg
gen bij de geschreven of ongeschreven mening van de hogere overheid en dat de eigen
opvatting moet kunnen doorklinken in de besluitvorming. Van geval tot geval zal
echter moeten worden beoordeeld of de eigen opvatting moet blijven gehandhaafd, dan-
wel dat die van de hogere overheid wordt overgenomen. Het belang van elke voorlig
gende zaak zal daarbij richtinggevend zijn.