De Heer Verkooijen heeft er voor gepleit, dat van gemeentewege elk raadslid een abonnement zou krijgen op de Lektuurselektie voor raadsleden. Het College meent, dat hierop niet kan worden ingegaan, juist omdat in 1975 de regeling voor de vergoedingen voor raadsleden sterk verbeterd is. De Heer H.M.C.J. van Gils heeft gevraagd een wijziging aan te brengen in de tijdstippen van inzage van raadsstukken, namelijk de donderdagavond in plaats van de vrijdagavond; dit is inmiddels gerealiseerd. De Heer Pegel heeft aandacht gevraagd voor het fietspad Bave1/U1venhout Er vindt overleg plaats met Staatsbosbeheer over de problemen, die zich voordoen bij een stukje van het bos wat bijzonder waardevol is wat de flora betreft. Dit overleg vordert langzaam. Intussen tracht de gemeente op andere plaatsen al de nodige gronden aan te kopen, maar ook dat heeft tijd nodig. De Heer van der Westerlaken heeft gewezen op de slechte staat van de Kluisstraat; zodra de weersomstandigheden het toelaten, zal met de verbetering be gonnen worden. De Heer Paulussen heeft onder de aandacht gebracht, dat de beplanting rond 't Weitje in slechte staat is. Zodra de verbouwing aldaar voltooid is en het weer het toelaat, zal hierin verbetering worden gebracht. Tenslotte heeft de Heer van der Westerlaken gevraagd om het aanbrengen van blauw-witte bordjes op monumenten. De funktie van die plaatjes is, dat de aange duide monumenten in tijd van oorlog zoveel mogelijk ontzien worden. Het College wil een lijst opstellen van monumenten, die hiervoor in aanmerking komen en dan t.z.t. hierover kontakt opnemen met Monumentenzorg. Dit zal echter wel enige tijd vergen. 13. SCHRIFTELIJKE VRAGEN De VOORZITTER zegt, dat gisteren door het raadslid Paulussen namens de fraktie Leefbaarheid een 6-tal vragen aan het College is voorgelegd. Het reglement van orde voor de raadsvergadering kent de mogelijkheid van het stellen van schrifte lijke vragen, maar stelt hiervoor geen termijn. Het College wil de gestelde vragen zo goed mogelijk vandaag reeds beantwoorden en heeft zich hiertoe in een spoedver gadering beraden, maar het is van mening, dat het aanbeveling verdient het reglement van orde aan te vullen met een bepaling, dat dergelijke vragen een aantal dagen vóór de raadsvergadering moeten zijn ingediend. Daardoor wordt bereikt, dat ze in een gewone B W-vergadering behandeld kunnen worden en wellicht ook een nog meer afdoend antwoord kan worden gegeven. De eerste vraag van de Heer Paulussen heeft betrekking op de omlegging van de weg bij Ulvenhout. Hij vraagt naar het standpunt van de Raad van Breda en of dat standpunt ter kennis is gebracht van Gedeputeerde Staten. Het standpunt van de Bredase Raad terzake is niet bekend; het is zelfs de vraag of het College van B W van Breda reeds een standpunt heeft. Vervolgens vraagt de Heer Paulussen hoe het staat met het overleg Breda/Nieuw-Ginneken. Dit overleg heeft regelmatig plaats; zo is er donderdag a.s. weer een gesprek met de wethouder van ruimtelijke ordening van Breda, ook over dit onderwerp. Pas vanmiddag is een ambtelijk rapport van Breda ontvangen, waarin de kwestie van de omlegging behandeld wordt. Dit rapport bepleit een oplossing in de zelfde geest als indertijd in het zogenaamde rode boekje werd aangegeven en wat ten grondslag heeft gelegen aan de uitvoerige diskussie, die vorig jaar in de Raad hier over heeft plaatsgehad. Vraag 2 van de Heer Paulussen betreft het resultaat van hèt overleg tussen B W en de consulent van Veilig Verkeer Nederland over de verkeersproblema-- tiek van Dorpstraat en Molenstraat. Wethouder-WILLEMSEN antwoordt, dat bedoelde consulent een onafhankelijk onderzoek heeft ingesteld. Vorige week heeft deze daarover een brief geschreven, maar die zal eerst in de verkeerscommissie aan de orde worden gesteld en daarna uiter aard zo spoedig mogelijk in de gemeenteraad.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 46