6. VOORSTEL TOT HET BESCHIKBAAR STELLEN VAN EEN KREDIET TEN BEHOEVE VAN DE BOUW VAN 66 WONINGEN, WAARVAN 12 WONINGEN VOOR BEJAARDENBEHORENDE TOT HET COMPLEX^ NV 4366 - 1977. De Heer VERKOOIJEN zegt in de stukken gelezen te hebben dat de stich- tingskosten met een paar duizend gulden per woning kunnen stijgen. Is het op dit moment nog niet te voorzien, dat die kosten meer gaan worden De VOORZITTER antwoordt ontkennend en stelt verder dat dit eigen is aan een bouwproces. Gedacht wordt aan een bouwperiode van één jaar. Gedurende dat jaar kunner er ontwikkelingen zijn die niet te voorzien waren en dat betekent stij ging van de kosten. Een kostenstijging van 1.000,-- per woning betekent een huur verhoging van 20, Er is dus alles aan gelegen om de kosten te blijven drukken. De Heer VERKOOIJEN vraagt verder of de bejaardenwoningen in één bouw laag gebouwd worden. Wethouder WILLEMSEN antwoordt dat 12 bejaardenwoningen gebouwd worden, waarvan 8 benedenwoningen en 4 bovenwoningen. Deze bovenwoningen zouden ook kunnen dienen voor onvolledige gezinnen. De Heer VERKOOIJEN zegt dat er op de tekening 12 vakjes aangeduid zijn voor bejaardenwoningen. Daarom dacht hij dat er 12 benedenwoningen zouden komen. De VOORZITTER antwoordt dat met één van de grondeigenaren geen over eenstemming is bereikt. Daardoor blijft het aantal benedenwoningen beperkt tot 8. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna besloten zoals op de agenda voorgesteld. 7. VOORSTEL TOT HET BESCHIKBAAR STELLEN VAN EEN KREDIET T.B.V. AFBOUW le FASE EN REALISERING 2e FASE OPSTELLEN KOMPLANNEN De Heer PLATZBEECKER zegt nog even te willen ingaan op wat ook al in de laatste commissievergadering besproken is, n.l. dat overschrijding van dergelijke kredieten in de toekomst zoveel mogelijk voorkomen moet worden. Verheugend is dat een viertal suggesties is vastgelegd hoe dit doel bereikt kan worden. Hij zou echter nog een aanvullende suggestie willen doen. In punt 3 van de suggesties wordt aangegeven dat in de toekomst meer gewerkt zal worden met draaiboeken zodat kostenbewaking mogelijk wordt. Wellicht wordt dit nog bevorderd door in de draaiboeken ook prijsopgaven te vermelden; dat zal een goede kostenbewaking zeker vergemakkelijken. De VOORZITTER zegt dit een goede aanvullende suggestie te vinden. Maar bedacht moet wel worden dat een stedebouwkundige procedure afhankelijk is ook van externe invloeden, die men niet in de hand heeft. Bezwaarschriften, visies van de hogere overheid, visies van de Raad ook, kunnen leiden tot wijzigingen in het gehele proces, ook qua tijdsduur. Niet te zeggen is van te voren hoeveel tijd er in zal gaan zitten om aan bezwaren tegemoet te komen, enz. Wanneer nu gesproken wordt van de 2e fase (waarvoor 18.000,-- geraamd wordt) dan is dat zoals ook de stedebouwkundige aangeeft voor de normale bestemmingsplanprocedure. Hierbij is uitgegaan van hetgeen dit gemiddeld vergt. De Raad mag er noch de stedebouwkundige noch het College op aan kijken wanneer de raming als gevolg van omstandigheden die men niet in de hand heeft ontoereikend blijkt te zijn. De VOORZITTER zegt bereid te zijn de visie van de commis sie en ook hetgeen de Heer Platzbeecker nu aanvoert onder de aandacht de brengen van de stedebouwkundige en er bij hem op aan te dringen in de draaiboeken ook een kre dietbewaking in te bouwen zodat overschrijding van het benodigde krediet tijdig ge signaleerd zal worden. De Heer PLATZBEECKER zegt dat hij het hiermede geheel eens kan zijn. Maar hij wil er toch op wijzen dat voor de stedebouwkundige in de le fase f 20.000,-- geraamd was en dit wordt nu ongeveer f 33.000,--. Relatief is dit toch wel een erg hoge overschrijding. De VOORZITTER is het hiermee eens, maar hij wijst er op dat in de toe komst van maand tot maand de ontwikkeling gevolgd zal worden. Mede hierdoor zullen pieken als hier geconstateerd voorkomen kunnen worden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1977 | | pagina 186