De Heer PLATZBEECKER vraagt of uitstel betekent dat in deze
vergadering geen opmerkingen gemaakt kunnen worden over de nota.
De VOORZITTER antwoordt op deze vraag bevestigend; de behandeling
moet dan integraal tot de volgende vergadering worden uitgesteld.
Zonder hoofdelijke stemming gaat de Raad met uitstel akkoord.
10. VOORSTEL INZAKE DE OPZET VAN EEN REGIONAAL INSTITUUT VOOR BIJZONDER ONDERZOEK
MET BETREKKING TOT MISBRUIK VAN DE SOCIALE ZEKERHEIDSWETGEVING;
De Heer AARTS zegt dit punt gemist te hebben bij de ruim 70 taken
of deeltaken die het Stadsgewest wil aanpakken. Was het niet mogelijk om déze taak
daar ook onder te brengen
De Heer VERKOOIJEN zegt het er geheel mee eens te zijn te trachten
het misbruik van de sociale uitkeringen aan te pakken. Alleen vraagt hij zich af
of de kosten wellicht zullen gaan stijgen wanneer het aantal deelnemende gemeenten
zou verminderen.
De VOORZITTER antwoordt dat bij de regeling o.a. ook Oosterhout
betrokken is. Die gemeente maakt geen deel uit van het Stadsgewest. Hetzelfde geldt
voor Etten-Leur. Verder is deze taak door het Stadsgewest niet gewaardeerd als een
A-taak; het is dus niet per definitie een stadsgewestelijke zaak. In dit geval gaat
het meer om een uitvoerende taak en die trekt het Stadsgewest liever niet aan zich.
Hetzelfde geldt b.v. ten aanzien van het Woonwagenschap.
WETHOUDER WILLEMSEN antwoordt aan de Heer Verkooijen dat nog niet
gekend is welke gemeenten aan deze regeling zullen deelnemen. Gevraagd is het stand
punt bekend te maken vóór 1 oktober. Zouden verschillende grote gemeenten niet mee -
doen dan wordt de zaak opnieuw bekeken.
De Heer PEGEL merkt op dat het Stadsgewest van mening was dat dit
een van de zaken is die heel dicht bij de mensen zelf staan en dat het vreselijk
moeilijk is om oneigenlijk gebruik of misbruik van de sociale wetgeving te beoordelen
vanaf een grote afstand.Dit moet typisch in de gemeente zelf blijven omdat die het
best hun eigen mensen kunnen beoordelen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda voorgesteld.
11. VOORSTEL TOT HET VERLENEN VAN MACHTIGING AAN HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN
WETHOUDERS TOT HET AFGEVEN VAN PARKEERKAARTEN VOOR INVALIDEN INGEVOLGE ARTIKEL
137a VAN HET REGLEMENT VERKEERSREGELS EN VERKEERSTEKENS:
De Heer PLATZBEECKER zegt een paar dagen na ontvangst van de raads-
agenda een schrijven "Land zonder drempels" van A.V.O. Nederland ontvangen te hebben.
Dat schrijven heeft indruk gemaakt. De Heer PLATZBEECKER zegt zich afgevraagd te
hebben of bij de uitbreiding van het gemeentehuis, waarmede men nu bezig is, ook
gedacht is aan de toegankelijkheid voor invaliden.
De Heer HUIJBEN zegt eveneens een brief van de A.V.O. ontvangen
te hebben. Hij vraagt of bekend is waar de inzameling in Nieuw-Ginneken zal worden
gehouden
De Heer H.M.C.J.VAN GILS vraagt of in de plaatselijke blaadjes
bekend gemaakt wordt dat belanghebbenden op het gemeentehuis een aanvraag kunnen
indienen
De VOORZITTER antwoordt dat niet alleenin het nieuwe gedeelte van
het gemeentehuis maar ook bij de bestaande bouw aandacht is geschonken aan betere
toegankelijkheid voor invaliden.
De inzameling verloopt via de bankinstellingen;niet is bekend of alle banken zullen
meedoen
Voor de nodige publiciteit zal gezorgd worden.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda voorgesteld.
De VOORZITTER schorst hierna de vergadering. Na heropening stelt hij aan de orde:
