gemeente nieuw-qinneken
I|M
Raadsvergadering
Onderwerp:
8 november 1977
Voorstel met betrekking tot plaatsbepaling woonwagen
Agenda Nr. 13
kamp.
Klass.
nr. -1.754.213.1
Ulvenhout, 26 oktober 1977.
Aan de Raad,
In Uw openbare vergadering van vrijdag 24 oktober 1975 is uitvoerig
gediscussieerd over de bepaling van een standpunt over een voorgesteld regionaal
spreidingsplan woonwagens. Ten gerieve van U voegen wij hierbij de bladzijden 1
tot en met 4 van de notulen van bedoelde vergadering. Als conclusie staat ver
meld: "Zonder hoofdelijke stemming spreekt de Raad zich uit vóór het principe van
de spreidingsgedachte zonder dit nader te preciseren".
Sindsdien heeft ons College zich verder beraden over terreinen in de
gemeente welke voor de locatie van een "woonwagenkamp in aanmerking zouden kunnen
komen.
Na ampele overweging van de vóórs en tegens van diverse terreinen kwam
ons College aanvankelijk tot de conclusie dat een terrein, dat aan alle daaraan
te stellen eisen voldeed, te vinden was aan de Seminarieweg te Bavel, in de on
middellijke nabijheid van de Sociale Academie aldaar.
Bedoeld terrein was eigendom van het Bisdom Breda. Om te kunnen sla
gen in deze opzet was dus nodig dat met het Bisdom overeenstemming kon worden be
reikt over de aankoop van bedoeld perceel. Daarover zijn enige contacten geweest
met het Bisdom, zonder dat die echter tot een concrete beslissing hebben geleid.
Intussen was namelijk naar buiten bekend geworden welke voornemens bij ons Colle
ge bestonden. Dit heeft tot gevolg gehad dat er een actie ontstond onder de bewo
ners van de Bredase wijk IJpelaar, die in de nabijheid van het gedachte woonwagen
kamp was gelegen. Genoemde bewoners toonden zich zeer verontrust over de mogelijk
heid dat daar het woonwagenkamp zou komen.
Via de pers vernam ook het College van Burgemeester en Wethouders van
Breda welk plan door ons College overwogen werd.
Bij brief van 1 juli 1977, St. 9917, deelden Burgemeester en Wethou
ders van Breda ons mede grote planologische bezwaren te hebben tegen het vestigen
van een dergelijk kamp op de bewuste plaats tegen de grens van Breda. Ook land
schappelijk vond genoemd College (in het bijzonder na de sanering van de IJpe-
laarstraat) een dergelijke vestiging op deze plaats niet verantwoord. Medegedeeld
werd dat, mocht Nieuw-Ginneken toch besluiten deze plannen verder te ontwikkelen,
Breda zich genoodzaakt zou zien daartegen langs de formele kanalen bezwaar aan te
tekenen.
Ons College heeft zich ook verstaan met het Bestuur van het Woonwagen
schap Breda. Op 15 september j.l. heeft een gesprek plaats gevonden tussen ons
College en een delegatie van het Bestuur van het Woonwagenschap.
Nog vóórdat de gemeente Breda ons haar standpunt bekendmaakte in de
genoemde brief van 1 juli 1977, had n.l. ook het Woonwagenschap (bij brief van
5 mei 1977) reeds het "onaanvaardbaar" uitgesproken over de situering van de
woonwagenstandplaats nabij de Sociale Academie.
Op 15 september is nagegaan welke andere locaties eventueel in aan
merking zouden kunnen komen. Onzerzijds werden genoemd de in overleg met de com
missie Ruimtelijke Ordening uit Uw Raad aangewezen terreinen, t.w. een terrein
aan de Strijbeekseweg onder Ulvenhout en een aan de Dorstseweg onder Bavel.