Dan vraagt de Heer VAN GILS hoe de stand van de onderhandelingen is die momenteel
gevoerd worden tussen de Grontmij en de provincie over de aangevraagde ontgrondings
vergunning in verband met de leemwinning aan de Lijndonkseweg en of bij de gemeente
een hinderwetsvergunning voor het storten in de leemwinningskuil is aangevraagd.
De VOORZITTER antwoordt dat de uitvoering van de Algemene Politieverorde
ning ten dele bij Burgemeester en Wethouders berust en ten dele bij de Burgemeester
als Hoofd van Plaatselijke Politie. Wordt gehandeld in strijd met genoemde verorde
ning dan kan dit een strafbaar feit opleveren en de rijkspolitie kan dan verbalise
rend optreden. Zowel Burgemeester en Wethouders als de Burgemeester zijn voor hun
beleid verantwoording schuldig aan de Raad. Maar als er klachten zijn moet toch wel
duidelijk zijn waarover het concreet gaat.
De Heer VAN GILS zegt dat het gaat om huis-, tuin- en keukenklachten;
niet duidelijk is of men hiervoor in eerste instantie op het gemeentehuis moet zijn
dan wel eerst bij de politie. Het komt wel voor dat iemand die klachten heeft als
het ware van het kastje naar de muur gestuurd wordt. Meer duidelijkheid is wel ge
wenst.
De VOORZITTER meent dat. in zo'n geval misschien contact kan worden gelegd
met de Secretaris die voor de nodige coördinatie kan zorgen.
Wat de "grond met bouwvergunning" betreft merkt de VOORZITTER op dat de bedoelde
voorwaarde slechts opgelegd kan worden bij verkoop van grond; hier betrof het eigen
grond zodat de gemeente hier geen greep op heeft. Aan een bouwvergunning kan een
dergelijke voorwaarde niet verbonden worden. Zou zo'n voorwaarde er toch aan ver
bonden worden dan is die toch niet geldig en behoeft de betreffende persoon zich er
ook niet aan te houden. Op deze manier is dus niet te voorkomen dat een bouwkavel
eventueel toevalt aan iemand van buiten de gemeente, hoe jammer dit overigens ook is.
De gemeente heeft indertijd te goeder trouw meegewerkt aan een wijziging van het be
stemmingsplan om op dit punt bouw mogelijk te maken, in de veronderstelling dat de
woning inderdaad bestemd was voor de grondeigenaar.
De Heer VAN GILS zegt dat hij eigenlijk wel een antwoord als nu gegeven
verwachtte. Hij doet de suggestie in de toekomst van de eigenaar van de grond in
voorkomende gevallen een verklaring te vragen dat hij er zelf zal gaan wonen, houdt
men zich niet aan zo'n verklaring dan kan men hem daartoe dwingen via de rechter.
De VOORZITTER zegt te betwijfelen of dit wel haalbaar is; er onstaat dan
een mengeling van publiekrecht en privaatrecht en er zijn diverse uitspraken van
Kroon en Hoge Raad dat dit niet kan. Jammer, maar het is nu eenmaal niet anders.
Ten aanzien van de leemwinning aan de Lijndonkseweg antwoordt de VOORZITTER dat te
gen de ontgrondingsaanvraag een aantal bezwaarschriften is ingediend, ook van de kant
van het College. Enerzijds is er het belang van de steenfabrieken die grondstof moe
ten hebben om stenen te kunnen maken, anderzijds is er in die omgeving nogal wat aan
de hand geweest. Daarom heeft het College aan Gedeputeerde Staten gevraagd een even-
tuële vergunning fasegewijs te verlenen en niet voor het gehele gebied ineens en te
vens om strikt toe te zien op naleving van de voorwaarden.
Een verzoek om hinderwetsvergunning is niet bij de gemeente ingediend; omdat het
storten daar gezien moet worden in het verlengde van de eerder door Gedeputeerde Sta
ten verleende hinderwetsvergunning voor de grond aan de Dorstsewea moet nu een even
tuele hinderwetsvergunning ook door dat College verleend worden.
Wanneer verder niemand het woord verlangt sluit de VOORZITTER vervolgens
de vergadering met het gebruikelijke gebed.
ALDUS VASTGESTELD IN DE OPENBARE VERGADERING VAN
DE RAAD DER GEMEENTE NIEUW-GINNEKENGEHOUDEN OP
9 DECEMBER 1977.
de Voorzitter.