lijkheden in het kader van de W.W.V. Het is wel zo dat de definitieve kostenverdee]- slaat pas opgesteld kan worden, nadat alle gemeenten het besluit van al of niet deelname hebben medegedeeld. Er zal inmiddels gestart worden met de werving van twee bijzondere onderzoeksambtenaren, zodat de werkzaamheden zo spoedig mogelijk na 1 ja nuari 1978 een aanvang kunnen nemen. In hetzelfde hoofdstuk wordt het door de fractie Gemeentebelangen ülvenhout betreurd dat er weinig of niets gezegd wordt over de immateriële hulpverlening. Er staat op blz. 25 van het beleidsplan: "In bepaalde gevallen ligt er echter ook een aanvullende taak op het terrein van de immateriële hulpverlening, naast het werk wat op dit ter rein wordt verricht door het Instituut Maatschappelijk Werk te Breda". Er is inderdaag geen geweldig verhaal geschreven over de immateriële dienstverlening. Dat kan ook moeilijk. We kunnen onmogelijk een lijst publiceren met namen en onder werpen. Men moet begrijpen dat dergelijke zaken niet voor publicatie vatbaar zijn. Immateriële dienstverlening staat ongetwijfeld bij de ambtenaren het het college hoog aangeschreven. In dit verband is het toch goed even te verwijzen naar de recen telijk verschenen "Jaarverslag van de Gemeente Nieuw-Ginneken over 1976", waarin ook melding gemaakt wordt van de immateriële hulpverlening onder het hoofdstuk "Sociale Zaken". Wel is duidelijk dat de afdeling sociale zaken zich primair moet toeleggen op de materiële dienstverlening (uitvoering Algemene Bijstandswet en andere wette lijke regelingen)incidenteel wordt daarnaast voorzover nodig en mogelijk ook het immateriële aspect niet verwaarloosd. Duidelijk moet echter zijn dat een ambtenaar van sociale zaken géén maatschappelijk werker is. De moeilijkheid om dergelijke za ken weer te geven in een beleidsplan is, hopelijk, duidelijk. Elke vorm van imma teriële dienstverlening is zeer persoonlijk en uiterst kwetsbaar en is bovendien niet voorspelbaar. Het is in ieder geval zo dat het beleid er op gericht is zo mo gelijk steeds positief te reageren op alle voorkomende situaties. Hierbij zou nog opgemerkt kunnen worden dat ieder lid van het college tijdens spreekuren e.d., re gelmatig geconfronteerd wordt met zeer persoonlijk leed en dat dan alles in het werk wordt gesteld om noden te lenigen. Ook kan nog medegedeeld worden dat de contacten met de maatschappelijk werkers in onze gemeente, de Heer de Boer en Mejde Man, optimaal zijn. Blijft de moeilijkheid om een en ander vast te leggen in een beleids plan. Misschien heeft de fractie Gemeentebelangen Ülvenhout reële suggesties. Het college is het met de fractie volkomen eens dat de kliënten van de afdeling sociale zaken op discrete wijze ontvangen moeten kunnen worden. De huidige accommo datie is naar onze mening verouderd. We kunnen U de verzekering geven dat bij de uitbreiding van het gemeentehuis volledig rekening is gehouden met de huidige inzich ten. Werkgelegenheid De fractie betuigt haar instemming met het beleid t.a.v. het aanbieden van aange paste en zinvolle arbeid in samenwerking met de bestuurscommissie voor de sociale werkvoorziening te Breda. Het college is van zijn kant zeer verheugd over de positieve samenwerking met genoemde bestuurscommissie en zal van zijn kant dit beleid voortzet ten. Wel zouden we de fractie willen uitnodigen de opmerking dat er zeker in de ad ditionele sfeer nog werk gecreëerd kan worden, nader toe te lichten. Be jaarden De fractie heeft de mededeling over de ontwikkelingen met grote interesse gelezen en prijst de voortvarendheid waarmee tot nu toe gewerkt is. De lege emmer van 1975 is in december 1977 inderdaad bijna aan het overlopen. We geloven dat het niet meer no dig is de ontwikkelingen in deze periode nogmaals te schetsen. We zouden het willen houden bij het volgende: Het werk van de afgelopen twee jaar heeft betrekking gehad op voorbereiding en orga nisatie. Voorbereiding van de Stichting voor Gecoördineerd Open Bejaardenwerk en daadwerkelijke organisatie van de plaatselijke bejaardenraad. Voor wat betreft de plaatselijke bejaardenraad: deze is er en functioneert. Voor wat betreft voorberei ding van de stichting: de wethouders van sociale zaken van Baarle-Nassau, Chaam en Nieuw-Ginneken zijn van mening dat alle voorbereidend werk verricht is, zodat in be gin 1978 kan worden overgegaan tot de daadwerkelijke instelling ervan.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1977 | | pagina 372