-26-
edoelde bomen voor de Rouppe van der Voortlaan geen ramp betekent. Anderzijd:; i d
verkeersveiligheid tussen Bavel en UI venhout zo'n belangrijke zaak dat zijn fracti»
net voorstel heeft gedaan de fietspaden daar, reeds aangelegde en nieuwe, met elk .,.-r
qua verkeersvei.1 igheidskarakter in overeenstemming te brengen.
De Heer PAULUSSEN zegt verder zich af te vragen waarom wethouder Oomeri niet ingegaan
is op de pas opgerichte milieugroepen Lijndonk. Heit College zegt ten aanzien var; de
ontgrondingsvergunningsaanvrage dat geadviseerd zou kunnen worden voorwaarden op tc
riemen om te voorkomen dat de na de ontgronding ontstane put zal worden opgevuld met
huisvuiL. De Heer PAULUSSEN vraagt of het College dit nog in overweging heeft of tor
zake al een standpunt heeft ingenomen, n.l. dat geen vuil gestort mag worden. Ook hi
zou graag vernemen wie eigenlijk de naleving van de voorwaarden van dergelijke ver
gunningen controleert.
Ten aanzien van het bestemmingsplan Jeugdland merkt de Heer PAULUSSEN op da' naar be
oordeel van zijn fractie momenteel een beleid van deconcentratie wordt gevoerd. Er
zijn voetbalvelden, er zijn ook tennisvelden, straks komen er misschien nieuwe ten
nisvelden, wellicht ook hockeyvelden, er wordt gezocht naar een terrein voor de paar
densport enz. Zonder hier nu verder op in te gaan zegt de Heer PAULUSSEN dal zijn
fractie uiteraard niet tegen de uitbreiding van sportvoorzieningen is.
Ten aanzien van de Sportraad wordt door het College opgemerkt dat bezien zal worden
jJ in hoeverre aan instelling daarvan behoefte is. Hij zegt te hopen dat het CvJlego in
derdaad met een voorstel hiertoe zal, komen.
Over de Kaderwet Specifiek Welzijn merkt de Heer PAULUSSEN op dat het belangrijk i
de particuliere hulpkrachten in de gemeente te inventariseren en in te schakelen.
Het College is niet ingegaan op de opmerkingen van zijn fractie over een wijkgezond
heidscentrum; ook is niets medegedeeld over de eventuele bereidheid van de aan te
trekken medewerkers. De Heer PAULUSSEN zegt met name te denken aan de zittende hu; s-
artsen
Ten aanzien van de Woningbouw constateert de Heer PAULUSSEN tot zijn genoegen dat du-
sociale woningbouw ver uitgaat boven de in principe gehanteerde verhouding 1/3 - 1/3 -
1/3. Ten aanzien van de verkoop van woningwetwoningen is hij met het College van me
ning dat hier tegenstrijdige belangen spelen. Enerzijds bevordering van eigen woning-
bezit ook voor de minder draagkrachtigenanderzijds betekent dit een verkleining van
het aantal goedkope huurwoningen. Graag hoopt hij dat het College hier tot een goede
oplossing kan bijdragen.
Wat de Indicatiecommissie betreft zegt de Heer PAULUSSEN de mening te moeten bestrij
den dat Nieuw-Glnneken zelf niet voldoende gekwalificeerde personen kan leveren. Hij
wijst er op dat in de gemeente zo'n 60 artsen woonachtig zijn, 10 a 12 psychologen en
een niet nader aan te duiden aantai maatschappelijke werkers. Aan de objektiviteit
1 v van een eigen commissie behoeft niet getwijfeld te worden, zeker niet wanneer er zo'n
groot potentieel aan deskundigen is. Hij zegt de financiële aspecten van de Indicatie
commissie niet het belangrijkste te vinden, eerder de sociale gebondenheid en verbon
denheid met de gemeentenaren die ter beoordeling worden voorgedragen. Deze laatste
aspecten lijken hem beter gewaarborgd wanneer mensen uit de eigen gemeente in de In
dicatiecommissie zitting hebben. Ook voor de eenheid in beoordeling is hij dan niet
bevreesd
De Heer VAN DER WESTERLAKEN zegt dat hij nog graag zou vernemen welke 3 ge
meenten er vóór waren aan de "sociaal rechercheur" opsporingsbevoegdheid te geven.
De Heer PEGEL zegt in de eerste plaats zijn dank te willen uiten voor de
uitvoerige beantwoording van de algemene beschouwingen.
Ten aanzien van het subsidiebeleid wil hij er op wijzen dat subsidie verlenen niet al
leen bestaat uit het materiële deel (bijspringen met geld)maar het is ook een stukje
immateriële steun, support en stimulering van aktiviteitenAls de gemeente subsidie
geeft in de vorm van geld dan is het toch ook prettig dat er eigen aktiviteiten van
verenigingen tegenover staan. Zo was het een goede zaak toen de voetbalvereniging
Bavei zelf aktief was bij het bouwen van haar kantine. Er wordt nu gedacht aan tennis
velden en dan wordt er al gesproken over een kantine voor een tennisclub die er nog
niet is. Het lijkt er op dat he'- vanzelfsprekend is, op voorhand al, dat hiervoor sub
die wordt gegeven.