gemeente nieuw gmneken
Raadsvergadering
8 maart 1977
Agenda nr. 21.
Klass.nr. -1.778.511
Onderwerp
Voorstel tot het ongegrond verklaren van het beroep
schrift van de heer J.C. Verdaasdonk, Strijbeekse-
weg 30a te Ulvenhout tegen het weigeren van een
bouwvergunning
Ulvenhout, 23 februari 1977
Aan de Raad
Door de heer J.C. Verdaasdonk, Strijbeekseweg 30a te Ulvenhout is
een beroepschrift ingediend, gedateerd 16 november 1976 en ingekomen 17 novem
ber 1976, tegen het besluit van ons college d.d. 22 oktober 1976 en verzonden
4 november 1976, waarbij een bouwvergunning voor het veranderen van een be
drijfsruimte aan de Strijbeekseweg, op het perceel kadastraal bekend gemeente
Nieuw-Ginneken, sektie G nummer 2209, werd geweigerd.
De aangevraagde verandering heeft betrekking op de verandering
van een gebouw, dat gelegen is in een gebied, dat ingevolge het vigerende
bestemmingsplan "Uitbreidingsplan in Hoofdzaak 1948" de bestemming "Agrarische
Bebouwing I" heeft, zijnde bebouwing met woningen en andere gebouwen, behorende
tot agrarische bedrijven. Aangezien de gevraagde verandering niet ten dienste
is van een agrarisch bedrijf werd de gevraagde bouwvergunning geweigerd.
Appellant voert in zijn beroepschrift aan, dat, doordat de be
drijfsruimte overeenkomsten vertoont met een burgerwoning, hem thans de moge
lijkheid wordt ontnomen voor zijn personeel schaft- en wasgelegenheid te
creëeren, hetgeen hij wettelijk verplicht zou zijn.
Te dezer zake kan worden medegedeeld, dat omtrent deze bouwaan-
vraag advies is gevraagd aan de Adviescommissie Agrarische Bouwaanvragen.
Voornoemde commissie heeft d.d. 28 september 1976 medegedeeld, dat de onder
havige bedrijfsruimte zal worden ingericht met afdelingen en vertrekken, die
overeenkomsten vertonen met een burgerwoning en als bedrijfsruimte ten be
hoeve van een vollegronds tuinbouwbedrijf ongeschikt is.
Wij zijn van mening, dat een bedrijfsruimte, die qua inrichting
ongeschikt is ten behoeve van een tuinbouwbedrijf, niet kan worden aangemerkt
als behorende tot een agrarisch bedrijf en mitsdien in strijd is met de bepa
lingen van voornoemd bestemmingsplan.
Gelet op het bovenstaande stellen wij U voor het beroepschrift van
de heer J.C. Verdaasdonk voornoemd ongegrond te verklaren, waartoe bijgevoegd
ontwerp-besluit kan worden gehanteerd.
Het beroepschrift van appellant, het weigeringsbesluit van ons
college d.d. 22 oktober 1976, de bouwaanvraag d.d. 4 juni 1976 met bouwkundige
tekening, alsmede het advies van de Adviescommissie Agrarische Bouwaanvragen
d.d. 28 september 1976, zijn in het agenda-dossier ter inzage gelegd.
BURGEMEESTER EN
De Secretaris,
Th. Bossink.
WETHOUDERS
VAN NIEUW-GINNEKEN,
De Burgemeester,
M. van de Ven.