WETHOUDER OOMEN merkt op dat de Heer J. v.d. Veeken, Voorzitter van de Be
heerscommissie, te kennen geeft dat 30 juni géén fatale dag meer zou zijn.
De VOORZITTER zegt dat het College nooit anders heeft geweten dan dat deze
datum wél fataal is; daarom is in vele gesprekken getracht tot overeenstemming met
de Beheerscommissie te komen, maar de argumenten van de Commissie hebben het College
niet kunnen overtuigen. Vandaar dat het College géén voorstel aan de Raad tot aan
koop heeft gedaan.
NS 30 juni kan de eigenaar verkopen aan een andere gegadigde, die zich blijkbaar al
aangediend heeft. Ook de nieuwe eigenaar zal dan aan het met de gemeente gesloten
contract gebonden zijn en dat betekent dan dat de luchthal in zijn huidige gedaante
nog 7 jaren in Bavel kan staan. Het bezettingspercentage is echter de laatste jaren
gestadig teruggelopen en dan bestaat contractueel de mogelijkheid dat de eigenaar de
luchthal niet meer opzet zodat Bavel van wintertennis verstoken zou blijven. Koopt
de gemeente de hal, dan is doorspelen natuurlijk gewaarborgd, maar dan draagt de ge
meente het grote risico dat na enkele jaren de hal wegens slijtage niet meer opgezet
kan worden. Het risico is dus dat de gemeente reeds over luttele jaren met een niet
afgeschreven restantbedrag blijft zitten.
De VOORZITTER herhaalt dat het College voorstander is van een besluit nemen vanavond.
De Heer VAN DER WESTERLAKEN blijft bij zijn mening dat er onvoldoende ge
gevens zijn.
De VOORZITTER zegt dat de Raad deze avond alle vóórs en tegens te horen kan
krijgen. Het lijkt hem beter dat de Raad in elk geval hiernaar zal willen luisteren.
Dam kan hij nog beslissen of vandaag dan wel een volgende keer een besluit wordt ge
nomen.
De Heer PLATZBEECKER vraagt of het misschien mogelijk is in plaats van
vrijdag 7 juli te vergaderen op donderdag 6 juli.
WETHOUDER WILLEMSEN merkt op dat hij dan verhinderd is.
De VOORZITTER wijst er op dat de Raad deze avond voltallig is. De zaak is
belangrijk genoeg om met een zo voltallig mogelijke Raad hierover te beslissen.
Hij brengt in stemming de vraag of de Raad vandaag over deze zaak zal spreken, dan
wel in een speciale raadsvergadering.
Nadat de Raad alle informatie van College- en Commissie heeft gekregen kan dan straks
nog bezien worden of ook vandaag een besluit zal worden genomen.
Tégen het voorstel tot behandeling nü verklaart zich de Heer J.H. VAN GILS.
Alle andere leden spreken zich er vóór uit vandaag zoveel mogelijk informatie te
krijgen.
Dit voorstel is dus aangenomen met 12 stemmen tegen 1 stem.
De VOORZITTER stelt voor, voordat tot de kwestie van de luchthal wordt
overgegaan nu eerst de rest van de agenda af te werken.
De Raad stemt hiermede in.
De VOORZITTER stelt aldus aan de orde;
15. VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN DE 2e WIJZIGING VAN DE VERORDENING OP DE HEFFING
VAN VERMAKELIJKHEDENBELASTING:
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de
agenda voorgesteld.
16. VOORSTEL TOT HET AANGAAN VAN EEN GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING GASVOORZIENING
BREDA EN OMSTREKEN
Nadat de VOORZITTER heeft opgemerkt verheugd te zijn dat deze regeling
tot stand kon komen wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming besloten
zoals op de agenda voorgesteld.
17. VOORSTEL TOT HET AANVRAGEN VAN RIJKSSTEBN VOOR DE BOUW VAN 31 WONINGWETWONINGEN;
Op een vraag van de Heer VERKOOIJEN of het type woningen dat nu gebouwd
wordt gehandhaafd blijft antwoordt de VOORZITTER dat bij woningwetwoningen minder
vrijheid van vormgeving bestaat omdat men gebonden is aan de curveprijzen. T.a.v. de