de Heer Govaert juridisch haalbaar is. Misschien kan ter plaatse, zo lang het con tract loopt, weinig of niets gedaan worden, maar dan wellicht wel elders in Bavel. In het meest ongunstige geval zou echter voor Bavel tijdelijk een oplossing kunnen worden gezocht in Ulvenhout. Het streven van het College is er wat Ulvenhout betreft in ieder geval op gericht dat daar volgend voorjaar getennist kan worden. Een permanente hal, althans een Pellikaanhal, bouw je in 3 maanden. Traditionele bouw vergt meer tijd. Dergelijke oplossingen wil het College graag met de Beheerscommissie bespreken. De VOORZITTER merkt overigens op dat als de gemeente niet tot aankoop van de hal overgaat en toch een nieuwe vloerbedekking door de eigenaar zou worden aangebracht er voor de Beheerscommissie een nieuwe onderhandelingspositie ontstaat; om die vloer te kunnen leggen heeft de eigenaar immers overeenstemming met de commissie nodig, waarbij ook gesproken zal kunnen worden over de tarieven en over het deel van de op brengst dat de commissie na het leggen van de vloer zal krijgen. Naar de mening van het College is het niet zo dat de eigenaar dan zonder meer het aandeel in de opbrengst voor de commissie tot nihil kan terugbrengen. Er blijven immers bepaalde kosten voor rekening van de commissie en die zullen in ieder geval moeten worden goed gemaakt. Na deze uiteenzetting van het standpunt van het College nodigt de VOORZITTER de op de publieke tribune aanwezige Heer Van der Veeken uit het standpunt van de Commissie weer te geven. De Heer VAN DER VEEKEN zegt bijzonder erkentelijk te zijn dat hem de ge legenheid geboden wordt in te gaan op de zakelijke verschillen van mening die tussen College en Commissie over de aankoop van de luchthal bestaan. Hij onderstreept dat over deze kwestie de laatste weken in een goede sfeer maar onder de druk van de tijd is gediscussieerd. Tenminste 3 keer hebben College en Commissie met elkaar aan de tafel gezeten en daarnaast zijn er nog op andere manieren de nodige contacten ge weest. Hij zegt er behoefte aan te hebben te onderstrepen dat al die contacten hebben plaats gehad in goede sfeer en harmonie. Hij vervolgt met op te merken dat het verzoek van de Commissie een extra raadsverga dering te wijden aan deze kwestie ingegeven is door de tijdnood waarin de beide partijen zijn geraakt. Nog gisteren heeft de Beheerscommissie een speciale vergadering gehouden waarin alles nog eens op een rijtje is gezet en waar na lang beraad de conclusie is getrok ken dat in het belang van het tennisgebeuren in Bavel dit beroep op de Raad moest worden gedaan. De Heer VAN DER VEEKEN zegt op de eerste plaats in te willen gaan op de historie, omdat die erg belangrijk is voor een goed begrip van de handelwijze van de Commissie. De Beheerscommissie is een commissie op grond van artikel 61 van de gemeentewet, die fungeert op grond van door de Raad vastgestelde bepalingen. Sinds 1971 heeft ze het beheer over de sportzaal De Huif en sinds enkele jaren daarnaast ook het beheer over het tennispark De Roosberg. Ze heeft als algemene taak zich in te zetten voor de be vordering van alles wat met sport in Bavel te maken heeft en daarover al of niet te adviseren. De constructie van de Beheerscommissie brengt mee dat ze wat anders werkt dan het College van B. en W. In de Commissie vindt een eerste gedachtenvorming plaats over bepaalde ideeën; vrij afgerond worden die aan het College voorgelegd en het College komt er daarna eventueel mee bij de Raad. Mët deze procedure is soms nogal wat tijd gemoeid en daardoor kan tegenover de Raad wel eens de indruk ontstaan dat op korte termijn een beslissing moet worden genomen. Toen de Beheerscommissie het sportpark De Roosberg in beheer kreeg waren daar drie tennisbanen, A, B en C; er werd getennist door zo'n 100 Bavelaars en een aantal men sen van buiten. Toen is de ontwikkeling gekomen van snelle toename van de belang stelling voor de tennissport. De Commissie heeft gemeend die ontwikkeling binnen een verantwoord kader in de totaliteit van het beleid van de gemeente te moeten be vorderen, hierbij in het oog houdend dat er zoveel mogelijk sprake moet zijn van een rendabele exploitatie. Dit heeft als gevolg gehad dat de Commissie het College en de Raad regelmatig lastig heeft moeten vallen met problemen zoals de verlichting, het paviljoen, de bijbouw van banen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 144