OPENBARE VERGADERING VAN DE RAAD DER GEMEENZEE NIEUW-GINNEKENGEHOUDEN OP ZATERDAG
26 AUGUSTUS 1978, TE 10.00 UUR TEN GEMEENTEHUIZE.
Aanwezig: Alle leden van de Raad, te weten:
M.P.A. AARTS, A.J. BINK, A.J. VAN DUN, H.M.C.J. VAN GILS, J.H. VAN GILS,
A.C. HUIJBEN, H.A.M. OOMEN, F.L.M. PAULUSSEN, H.H.M. PLATZBEECKER, IR. R.H
PEGEL, C.J. VERKOOIJENJ.C. VAN DER WESTERLAKEN,EN W.CH. WILLEMSEN.
De VOORZITTER opent de vergadering met het gebruikelijke gebed, en spreekt
dan als volgt:
Dames en Heren, bij deze bijzondere raadsvergadering heet ik U, leden van de Raad, het
ambtelijk personeel, en de hier aanwezige genodigden van harte welkom.
Iedereen heeft zijn best gedaan om vandaag dit gemeentehuis en zijn omgeving zo goed
mogelijk naar voren te laten komen. In dat opzicht heeft het een feestelijke omlijs
ting. Feest is het ook voor ons, als bestuurlijk en ambtelijk apparaat, omdat wij van
daag de nieuwbouw officieel in gebruik nemen. De Raad die hier aanwezig is, besloot
in zijn zittingsperiode, nu 1®5 jaar geleden, om tot de uitbreiding over te gaan en we
hebben er een beetje een ere-kwestie van gemaakt om in deze zittingsperiode ook nog
het gemeentehuis te heropenen. Nou, het is op de valreep, helemaal op de valreep, het
had niet later gekund, maar we zijn er in geslaagd, zoals ik zei, het is een wat speel
se erekwestie geworden. Erg plezierig voor ieder van ons, dat we met deze raad vandaag
dit uitgebreide gemeentehuis in gebruik kunnen nemen. De raad sluit zijn periode, deze
zittingsperiode, af in de wetenschap, dat het ruimteprobleem wat we hadden, ir. ieder
geval is opgelost. In dat opzicht hoeft een nieuwe raad zich geen zorg meer te maken.
Als college hebben we gezegd, het afgelopen jaar, we zullen proberen om zoveel moge
lijk problemen op te ruimen, daar zijn we zeker niet in geslaagd, we zullen ook voor
het volgend college nog wat laten liggen, zodat ook het volgend college nog iets te
werken heeft.
Dames en Heren, de aanleiding voor deze uitbreiding lag in een groeiend ambtelijk appa
raat en dat op zichzelf was ook weer een gevolg van de groei die onze gemeente heeft
meegemaakt de afgelopen 16 jaar. In 1962-1963 is het bestaande gemeentehuis gebouwd,
dat was in een tijd, toen de gemeente nog 6.500 inwoners had, nu 15/16 jaar later zijn
het er 10.500, dus ruim 4.000 meer en dat heeft ook zijn invloed gehad op het ambte
lijk apparaat, wat hier in dit gemeentehuis toch wel erg krap kwam te zitten en wat
behoefte had aan uitbreiding. Het gemeentehuis wat er was voldeed overigens in alle
opzichten. Het is een pracht van een gemeentehuis, het heeft karakter en het is gaaf,
zowel qua gebouw, qua vormgeving, als in z'n omgeving. In dat opzicht was het ovetigens
moeilijk voor ons om een goede uitbreiding te plegen, zodanig dat juist het karakter
vem het gemeentehuis niet werd aangetast.
In deze 16 jaar is er een verandering gekomen in de relatie van bestuur tot burgerij.
Termen als inspraak en medezeggenschap, U niet onbekend, hebben ook in onze gemeente
z'A invloed gehad en z'n neerslag gehad in de relatie over en weer tussen bestuür en
burgerij. Dit maakte nodig een extra zorg van het bestuurlijk apparaat naar de burge
rij toe, anderzijds een extra vraag naar een stuk inspraak van de kant van de burgerij
zelf. Het gemeentebestuur heeft daarop ingespeeld. De Raad met zijn commissiewezen,
de Raad met zijn mogelijkheden om met de bevolking in contact te treden, de hearings,
de inspraak-avonden, de behoefte ook van College en Raad om voortdurend terug te kop
pelen naar de bevolking toe, dat alles vroeg natuurlijk een groeiend apparaat, pat
heeft dan geleid tot het inzicht, dat in de bestaande hoofdbouw, de werkruimten te
beperkt waren om daarin alle aktiviteiten te kunnen ontwikkelen.
Aanvankelijk hebben we gedacht om elders een administratiekantoor te bouwen, juist ook
omdat we meenden dat dit gebouw zo gaaf was dat je alleen maar het gebouw zou aantas
ten, maar we hebben de gok gewaagd. We hebben gezegd: het moet mogelijk zijn om toch
deze hoofdbouw te doen uitbreiden, vooral ook omdat we er veel waarde aan hechtten,
dat we niet verspreid kwamen te zitten in onze gemeente, dat we toch op een plaats
elkaar konden vinden. Het was een moeilijke opgave om die uitbreiding q\ia vormgeving
te realiseren en om die reden hebben wij ook heel bewust een architektenkeuze gedaan.
We hebben heel bewust de Heer Ruys als architekt aangezócht. De Heer Ruys, de opvolger
