-9-
nigingsleven werkzaam kunt zijn. Ik zeg dat van harte, omdat het zo waardevol is, dat
mensen zich beschikbaar stellen voor dat verenigingsleven. Ik hoop dat U daar nog lang
toe in staat bent.
Meneer Bink, U bent in Ulvenhout het best bekend als de nenningsmeester van U.V.V.
U bent al meer dan 25 jaar penningmeester van deze vereniging. U bent een van de pij
lers van deze vereniging. U bent niet zo maar lid, maar U heht binnen die vereniging
een stuk verantwoording en, waarachtig, het is niet gering als het penningmeester
schap moet uitoefenen in zo'n grote vereniging en als je de touwtjes aan elkaar moet
knopen en dan ontmoeten wij elkaar natuurlijk vrij vaak als gemeentebestuur en als
voetbalvereniging in het subsidiërende vlak. U weet, Wethouder Oomen zegt altijd: je
moet ze altijd op hun tenen laten lopen, ze moeten zoveel mogelijk zelf doen. Nou,
daar bent U in geslaagd. U bent als penningmeester van U.V.V. tot dusverre er aardig
in geslaagd die zelfwerkzaamheid in Uw vereniging, om die naar voren te brengen en ook
daar een appèl op te doen. Het siert U dat U zolang in het verehigingsleven werkzaam
bent. U zit overigens ook in Ulvenhouts Welzijn. U doet nog vakbondswerk daarnaast.
Ik hoop ook dat voor U geldt, dat U in dat alles nog lang werkzaam kunt zijn. U was
in onze Raad een stille werker, misschien wel een te stille werker, iemand, waarvan
best gezegd mocht worden dat 't wat meer in de openbaarheid mocht komen. Waardering
voor Uw inbreng. Ik hoop dat U nog lang in Ulvenhout werkzaam zult zijn, in het vere
nigingsleven.
Meneer Huijben, meneer Bink, U bent 8 jaar en 12 jaar lid geweest van de Raad en met
heel veel respect en met heel veel genoegen blijven wij terugdenken aan Uw raadslid
maatschap. We willen daar overigens blijk van geven door aan U te overhandigen namens
het gemeentebestuur de legpenning van de gemeente, de zilveren legpenning. Ik zou U
willen uitnodigen om even naar voren te komen om die in ontvangst te nemen. Het is een
aandenken aan deze zittingsperiode, het is het blijk van erkentelijkheid voor datgene
wat U hebt gedaan en voor U wellicht persoonlijk een herinnering aan deze tijd als
raadslid van de gemeente. Meneer Bink, proficiat, bedankt voor alles; mag ik U dit zo
overhandigen, de zilveren legpenning van de gemeente. Meneer Huijben, ook voor U geldt
precies hetzelfde, bedankt voor Uw inbreng, een heel eigen wijze, alstublieft, ook
voor U een fraaie herinnering aan deze tijd, Dank U wel.
Dames en Heren, wij komen nu toe aan degene van wie wij heel in het bijzonder, ook af
scheid nemen, Wethouder Oomen. Mag ik verzoeken aan Mevrouw Oomen of ze aan de Colle
getafel plaats wil komen nemen naast haar man.
Wethouder, Harry Oomen, er is de laatste dagen al veel geschreven over je, in de ge
meentekrant, in de Stem; er is veel gesproken over je, je hebt zelf gezegd: ik heb al
heel wat mensen ontmoet, die toch graag vandaag eventjes langs zouden willen komen. Ik
moet overal afscheid nemen, iedereen wil mij de hand geven. Het zal inderdaad wel va
ren.
Het bijzondere voor Wethouder Harry Oomen is, dat hij 16 jaar raadslid is en tegelij
kertijd ook 16 jaar wethouder. Hij heeft gevraagd of we dit afscheid wat eenvoudig
willen houden en hij redeneerde zo: ik heb 3^ jaar geleden .mijn 12*5 jarig raadslid
maatschap en wethouderschap gevierd, daar is de nodige aandacht aan geschonken, dat
was plezierig, we hebben elkaar toen gezegd, wat gezegd moest worden, ik hoop dat
het nu eenvoudig kan, maar ik leg me neer, zegt hij, als goed democraat, bij de meer
derheid van het College en dat heeft dan overigens tot gevolg gehad en dat zal toch
ook Harry Oomen wel willen aanvaarden, dat we rondom zijn afscheid een bepaalde sfeer
willen leggen. Het is een afscheid met een toonzetting in majeur, natuurlijk. Van de
andere kant mag het best ook gezegd zijn, dat we in Harry Oomen iemand verliezen, die
we toch eigenlijk erg graag in ons midden zouden hebben gehouden. Daar komt nog bij:
hij is vóór de gemeenschap geweest, hij is voortgekomen uit de gemeenschap, hij is een
beetje geworden van de gemeenschap. Hij is iemand geworden die niet helemaal meer vrij
stond van die gemeenschap en: noblesse oblige, dat betekent dat je niet zomaar kunt
verdwijnen, dat je ook die gemeenschap toch gelegenheid moet geven om afscheid van
je te nemen. Daar zijn wij het samen roerend over eens geworden en vandaar dat wij
vandaag toch enige aandacht willen schenken aan zijn afscheid.
Wethouder Oomen, U hebt een familietraditie voortgezet. Uw vader was raadslid/wethou
der, Uw grootvader was raadslid; het waren allebei personen die ook in het gemeen
schapsleven van toen, Ginneken en Bavel, erg veel hebben gedaan, die daar middenin
stonden, die veel hebben deel genomen aan dat gemeenschapsleven en ik denk dat U daar
van gezien hebt, hoe goed het is dat je inderdaad kunt functioneren in die gemeenschap,