-6- WETHOUDER VAN GILS zegt dat dit ook in de Commissie Welzijn al besproken is. Hij wil graag toezeggen dat hiernaar gestreefd zal worden. Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens besloten zoals op de agenda voorgesteld. De VOORZITTER schorst hierna de vergadering. Na heropening stelt hij aan de orde: 11. VOORSTEL MET BETREKKING TOT DE BEGROTING 1979 VAN HET STADSGEWEST BREDA: De Heer H.M.C.J. VAN GILS zegt dat op bladzijde 2 van het voorstel van het College een passage staat die hem niet helemaal duidelijk is. Er staat dat in de nota "Het Stadsgewest op koers" rekening is gehouden met een jaarlijkse reële groei van de stadsgewestelijke bijdrage met 2,25% per jaar. Even verder staat echter dat er een stijging is van 7%. Hoe verhoudt zich dit De Heer WILLEMSEN merkt op dat het onderdeel logopedie momenteel niet goed loopt. Hij zegt dit toch een erg belangrijk onderdeel te vinden en dringt er op aan bij het Stadsgewest te bevorderen dat er snel een goede opzet van deze logopedie komt. De VOORZITTER antwoordt dat bij de kostenstijging onderscheiden moet wor den tussen de reële stijging en de inflatoire stijging. Die laatste resulteert in een stijging van bijna 7%. Corrigeert men de hogere kosten met dit percentage dan blijft de stijging van de stadsgewestelijke bijdrage beneden de marge die de stadsgewestge meenten overeengekomen zijn. Dat de logopedie niet goed functioneert ligt niet aan de gezondheidsdienst maar aan het feit dat er geen logopedisten aangetrokken kunnen worden. De bestuurscommissie doet er alles aan om een logopedist in vaste dient te krijgen of op parttime-basis, maar tot dusverre zonder succes. De Heer H.M.C.J. VAN GILS zegt over bladzijde 3 van het voorstel nog te willen opmerken dat zijns inziens de bedrijfsgeneeskunde en de logopedie niet in het daar vermelde rijtje thuis horen. Dë VOORZITTER zegt dat dit juist is: ze worden ook niet meegeteld in de to taaltelling. Op een vraag van de Heer H.M.C.J. VAN GILS zegt de VOORZITTER nog dat de raming van de kosten van bedrijfsgeneeskunde betrekking hebben op 75 personeelsleden, dat wil zeggen 75 ambtenaren van de gemeente, in binnen- en buitendienst, inclusief het onderwijzend personeel (openbare school) De Heer VAN TETERING vraagt of er al een psycholoog werkzaam is. De VOORZITTER antwoordt dat dit nog niet gerealiseerd is, er is zelfs nog geen overeenstemming over. Juist in de sector van de bedrijfsgeneeskunde wordt over zo'n man nogal verschillend gedacht. De full-time-psycholoog bij de bedrijfsgenees kundige zorg voor de sociale werkvoorziening is er dus nog niet. Zonder hoofdelijke stemming gaat de Raad accoord met het voorstel van het College 12. VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN DE ZEVENDE WIJZIGING VAN DE REGELING STADSGEWEST BREDA BETREFFENDE DE BRANDWEER STADSGEWEST BREDA: Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda voorgesteld. 13. VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN DE ACHTSTE WIJZIGING VAN DE REGELING STADSGEWEST BREDA BETREFFENDE DE AFVALVERWIJDERING: De Heer VAN YPEREN zegt dat de Raad van Nieuw-Ginneken al jaren verplicht is geweest te ageren en protesteren tegen de vuilnishoop aan de Dorstseweg. De Raad heeft dat ook inderdaad gedaan. Dan is het toch eigenlijk een vreemde constructie dat nu zo'n voorstel van het Stadsgewest Breda binnenkomt. De Heer VAN YPEREN zegt er in het geheel niet achter te kunnen staan dat daar deze vuilstort ligt. Het voorstel van het Stadsgewest betekent dat de gemeente nu nog meer kosten gaat krij gen en bovendien waarschijnlijk een vergroting van de vuilnishoop het gevolg zal zijn.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 292