-10-
t.b.v. de gemeenten die buiten het Stadsgewest zijn gelegen. Elk gewest zou zijn
eigen vuil moeten gaan verwerken en het moet niet mogelijk zijn, dat in Bavel gestort
wordt van buiten het stadsgewest. Dat is een slechte zaak. Nieuw-Ginneken heeft te
kennen gegeven dat dit gecorrigeerd moet worden. Acceptabel is dat gestort wordt door
gemeenten, die behoren tot het Stadsgwest, maar niet door de gemeenten van buiten het
Stadsgewest.
Het Stadsgewest ziet als zijn taak het betrokken zijn bij de vuilverwerking. In het
voorliggende voorstel valt te lezen dat er 3 fasen zijn: de vuilinzameling, het vuil-
transport en de vuilverwerking. De vuilinzameling is een zaak van de gemeenten, dat
blijft bij de gemeenten, daar wordt geen uitspraak over gevraagd. Het vuiltransport
is ook een zaak van de gemeenten. De financiële kant van het transport is echter wel
een zaak waarover met het Stadsgewest gesproken moet worden. De vuilverwerking, dus
de verwerking op de stortplaats, het concentreren van het vuil, het verwerken ervan
en het toezicht houden daarop, het greep krijgen daarop, bestuurs- en beheersmatig,
dat is een taak van het Stadsgewest. Dat is in discussie geweest begin van dit jaar
in de Stadsgewestraad. De Stadsgewestraad heeft in januari/februari uitspraak gedaan,
dat het een goede zaak is om te komen tot een centrale aanpak van dit probleem en om
dus de vuilverwerking te verklaren tot een stadsgewestelijke taak. In een later sta
dium, in juni, toen de rapporten op tafel kwamen, heeft de Stadsgewestraad besloten
en de vier stadsgewestraadsleden van onze gemeente hebben daarin deelgenomen, heb
ben daar verantwoording voor genomen) om inderdaad de vuilverwerking te verklaren tot
een stadsgewestelijke taak en om de financiële pooling, de nieuwe regeling van de kos
ten van het transport, die iedere gemeente heeft, óók te verklaren tot een stadsge
westelijke taak. Dat betekent nog niet dat de Raad gebonden is. De Stadsgewestraad
heeft weliswaar een besluit genomen, maar juridisch is het zo, dat vanavond pas aan
de Raad gevraagd wordt akkoord te gaan met het besluit dat de Stadsgewestraad reeds
genomen heeft. Elk gemeentebestuur op zichzelf is vrij om ja of nee te zeggen.
Alle stadsgewest-gemeenten zullen "ja" moeten zeggen tegen dit voorstel, vooraleer
het werkelijk een stadsgewestelijke taak wordt en wanneer slechts ëén gemeente "nee"
zegt, dan gaat het niet door. In zoverre heeft dus elk gemeentebestuur in feite het
veto-recht.
Het College gaat er mee akkoord dat het Stadsgewest de vuilverwerking gaat rekenen
tot zijn taak. Ook met het voorstel dat er geconcentreerd moet worden gestort en dat
het een slechte zaak is om in iedere gemeente apart vuilverwerking te plegen.
Geprobeerd moet worden om problemen van enerzijds vuilverwerking en anderzijds de
milieu-beheersing tesamen aan te pakken.
In Bavel wordt teveel gestort, met name van buiten het gewest, er wordt in water ge
stort, dat is een slechte zaak, er is een vuilberg die visueel nogal wat hinder ople
vert. Dat betekent dat het College tégen een verhoging is. Het ziet liever een vergro
ting in de breedte dan één meter verhoging. Maar "deskundigen" vinden dat het beter
is om de hoogte in te gaan dan om te verbreden. Het College is er tegen omdat zo'n
vuilberg in dat vlakke landschap van Bavel een onnatuurlijke zaak is.
In het ontwerp-bestemmingsplan Buitengebied wordt ook uitvoerig geregeld de problema
tiek van de vuilstort. In dat ontwerp is een vergroting aangegeven van het huidige ge
bied, een zodanige vergroting dat men tot 1985 vooruit kan met het verwerken van vuil
in Bavel maar op een maximale hoogte zoals die er nu ligt. In dat opzicht zijn in-
inderdaad de beleidsinstrumenten aanwezig om te voorkomen dat er hoger wordt gestort
dan Nieuw-Ginneken wil. De Raad zal straks te oordelen hebben over het ontwerp-bestem
mingsplan, in alle vrijheid; zo is het ook mogelijk om tegen de hoogte van die vuil
berg "ja" of "nee" te zeggen. Neen zeggen kan via de voorschriften die verbonden- zijn
aan dit ontwerp.
Het College staat niet te juichen over de vuilstort, maar vindt het een goede zaak, dat
het Stadsgewest dit probleem gaat teckelen. Het is goed dat hier over de grenzen van
de gemeente heen gekeken wordt en dat veronderstelt tegelijkertijd dat een stadsge
westelijke houding aangenomen wordt.
De gemeentelijke belangen moeten uiteraard niet uit het oog verloren worden, het te
gendeel is waar. De Raad kan het een doen en het ander niet laten. In de opvatting
van het College moet men accepteren dat er een vuilberg ligt, dat is niet terug te
draaien. En daarvoor moet dan een goed landschapsplan gemaakt worden. Zo'n plan is er,
maar van de Grontmij. De gemeente heeft nog niet de mogelijkheid om het te publiceren
maar het kan natuurlijk wel in de commissie Ruimtelijke Ordening gebracht worden.