-2-
De laatste jaren is aan de thans bestaande waterplas een nieuwe vorm
van recreatie geconstateerd, namelijk de naaktrecreatie, een verschijnsel dat
zich ook reeds - gereguleerd - voordoet op bepaalde gedeelten van het Noordzee
strand.
Omdat de Algemene Politieverordening van Nieuw-Ginneken elke vorm van
openbare naaktrecreatie verbiedt is daartegen politioneel opgetreden (in het ver
volg van deze nota wordt daarop nader ingegaan)
De Raad van de gemeente Breda (eigenaar van de grond) heeft bij motie
d.d. 23 juni 1977 te kennen gegeven dat geen maatregelen zouden moeten worden ge
nomen om het huidige naaktrecreëren - op zijn eigendom - onmogelijk te maken.
Het College van Burgemeester en Wethouders van Breda deelt ter uit
voering van deze motie in een schrijven d.d. 27 juni 1977 mede als privaatrechte
lijk eigenaar van de Galderse Meren zich niet te zullen verzetten tegen de hui
dige naaktrecreatie aldaar, doch aangezien het recreatief gebeuren aan en nabij
de Galderse Meren onder de publiekrechtelijke verantwoordelijkheid van de gemeen
te Nieuw-Ginneken valt, verneemt het college van Breda gaarne de reactie van ons
college naar aanleiding van genoemde motie.
Maatregelen ter regulering van de recreatie.
Einde 1975 is door de gemeentebesturen van Breda, Nieuw-Ginneken en
Rijsbergen een ambtelijke adviesgroep ingesteld met de opdracht om de oorspronke
lijke plannen rond "De Galderse Meren" tegen de achtergrond van de gewijzigde
inzichten terzake, opnieuw te bezien en in tweede instantie om aan de conclusies
daaruit mogelijke voorstellen te verbinden.
De studie van deze adviesgroep heeft medio november 1976 geleid tot
een rapport aan de drie gemeentebesturen - het rapport is voor U ter inzage ge
legd - waarin wordt geadviseerd:
- een speciale ontgronding in de noord-westhoek van het plangebied te doen uit
voeren - te realiseren vóór het seizoen 1977 - zodanig dat een zwemvijver ont
staat met een wateroppervlakte van ongeveer 2,3 ha. en een maximale diepte van
ongeveer 2,50 meter, en rondom deze vijver een strand van gemiddeld 40 meter
breed; voorts enkele aanvullende voorzieningen in de vorm van containers,
banken, sanitaire voorzieningen en een parkeerterrein nabij de Rijsbergsebaan;
- deze zwemvijver af te sluiten van het overige plangebied door aan de noord- en
westzijde aarden wallen aan te brengen en aan de zuid- en oostzijde door res
pectievelijk de bestaande en aan te brengen beplanting;
- ter voorkoming van het illegale zwemmen in het reeds bestaande "meer" dit
"meer" aan het oog te ontrekken en onbereikbaar te maken voor auto's door de
bestaande wal te verlengen langs de Moerstraat en Rijsbergsebaan en daarbij
tevens een beplanting aan te brengen tussen de Rijsbergsebaan en de aan te leg
gen wal;
- de hiermede gemoeide kosten - geraamd op 180.000,- naar rato van het inwo
neraantal van de betrokken gemeenten beschikbaar te stellen, een en ander ex
clusief de bijdragen in de kosten van het jaarlijks onderhoud van de te treffen
voorzieningen
Met de conclusies van dit advies kon ons college - behoudens instem
ming van Uw Raad - zich verenigen.
Burgemeester en wethouders van Breda stelden zich op het standpunt
dat in afwijking van het advies van de ambtelijke adviesgroep de kosten van de
hiervoorgenoemde voorzieningen niet naar rato van het inwoneraantal over de be
trokken gemeenten moesten worden omgeslagen doch een gelijkelijke verdeling er
van over de 3 betrokken gemeenten zou moeten plaatsvinden. Een en ander werd
kenbaar gemaakt aan ons college bij brief van 14 maart 1977. Bedoelde brief heb
ben wij aan Uw Raad ter kennis gebracht.
In een daarbij behorende schriftelijke mededeling in Uw vergadering van 19 april
1977 onder agendanummer 19 hebben wij U ervan in kennis gesteld dat ons college
geen enkele aanleiding zag om voor wat betreft de kostenverdeling af te wijken
