Het past de overheid minder om een ethisch oordeel uit te spreken
over naaktrecreatie als maatschappelijk verschijnsel. Wél dient de overheid te
waken tegen verstoring van de openbare orde en rust en te zorgen voor bescher
ming van het woon- en leefklimaat in de gemeente zoals dat verstoord zou kunnen
worden door hetzij spontane vormen van naaktrecreatie, hetzij door nevenverschijn
selen van naaktrecreatie.
Taak van de overheid voor wat betreft handhaven van openbare orde, rust en vei
ligheid.
Globaliter zou de taak van de overheid ten aanzien van het handhaven
van de openbare orde, de rust en de veiligheid met betrekking tot de naaktrecrea
tie als volgt kunnen worden omschreven:
1. het voorkomen van directe hinder door opdringende presentatie;
2. het voorkomen van onverhoedse confrontatie die ongewenst of ongewild is dan-
wel niet op prijs wordt gesteld;
3. het voorkomen van ongewenste nevenverschijnselen op of in de directe omgeving
van de plaats waar men naakt mag verblijven.
In concreto heeft de probleemstelling betrekking op een gebied, ener
zijds gelegen op enige afstand van een concentratie van bebouwing, anderzijds
gelegen in een bosrijke omgeving.
Het valt te verwachten dat liberalisering van de mogelijkheden om
naakt te baden of te zonnebaden nabij de Galderse Meren tot gevolg heeft een
grote stroom naaktrecreanten. Zoals reeds vermeld komen er feitelijk gedurende het
zomerseizoen reeds grote aantallen recreanten uit de randstad herwaarts. De Gal
derse Meren zal als "naaktstrand" een extra aantrekkingskracht krijgen omdat het
- voor zover bekend - het eerste legale openbare naaktstrand in Noord-Brabant
zou worden en omdat bovendien de bosrijke omgeving, anders dan aan de Noordzee
stranden, een bijzonder recreatief aantrekkelijk karakter bezit.
In dit verband vrezen wij, dat de mogelijkheid tot naakt baden of zonnebaden in
deze bosrijke omgeving ongewenste nevenverschijnselen zal veroorzaken in de sfeer
van de openbare orde, rust en veiligheid.
Gelet op de beperkte bemanning van de Rijkspolitie, groep Nieuw-
Ginneken, zal tegen ongewenste neveneffecten niet adequaat kunnen worden opgetre
den.
Het is om deze redenen dat wij van mening zijn dat naaktrecreatie aan de Galderse
Meren moet worden uitgesloten en dat derhalve niet kan worden tegemoetgekomen aan
het gestelde in de motie van de Raad van Breda d.d. 23 juni 1977.
Resumerend stellen wij U voor te besluiten:
1. indien na gezamenlijk beraad met het gemeentebestuur van Breda overeenstemming
wordt verkregen over te treffen voorzieningen ten behoeve van de "geklede" re
creatie aan de Galderse Meren in de kosten daarvan bij te dragen naar rato van
het aantal inwoners van beide gemeenten;
2. géén terrein aan te wijzen voor "naakt"-recreatie aan de Galderse Meren.
Wij hebben aangaande dit voorstel advies gevraagd aan de Commissie van
fractievoorzitters uit Uw Raad. Dit advies is voor U ter inzage gelegd.
BURGEMEESTER EN
De Secretaris,
Th. Bossink.
WETHOUDERS
VAN NIEUW-GINNEKEN,
De Burgemeester,
M. van de Ven.
