Zo is bij de begrotingsbehandeling duidelijk gesteld hoe de opvatting van het Col
lege was en dat er een jaar lang overleg is geweest met de betrokken verenigingen.
Toen er geen minnelijke oplossing te bereiken was, heeft het College uiteindelijk
de knoop doorgehakt. Daarover is met de fractievoorzitters gesproken, met name dat
gekozen werd voor U.T.V. maar dat die vereniging dan wel de voorwaarde moest accep
teren dat een open toelatingsbeleid gevoerd moest worden. Wat dat inhoudt is zeer
uitdrukkelijk vastgelegd. Het College heeft gesteld dat uiteraard de Ulvenhoutse
leden van T.C. Breda moesten kunnen overkomen. Maar toen indertijd grond van Breda
gekocht werd is ook door Breda dat open toelatingsbeleid aan de orde gesteld. Tegen
over Breda was het niet te verkopen wel grond aan te kopen en dan te zeggen dat
Bredanaars daar niet mochten tennissen. Uiteraard was het niet mogelijk alle Breda-
naars die dat zouden wensen op bedoelde grond te laten tennissen. In goed overleg
met Breda is toen gesteld, dat het open toelatingsbeleid zou gelden óók voor de
Bredase leden van T.C. Breda; maximaal kunnen er op deze manier een 200 Bredanaars
overkomen naar U.T.V. De leden van T.C. Breda die naar U.T.V. overstappen zijn wel
verplicht de statuten van U.T.V. te aanvaarden. Duidelijk ligt ook vast dat voor
de Bredase leden slechts een beperkt aantal bestuurszetels beschikbaar is.
Het eigen karakter van U.T.V. overweegt dus bepaald.
Dat deze oplossing aan beide kanten pijn gedaan heeft was onvermijdelijk.
Met het bestuur van U.T.V. wordt nu verder gegaan om te komen tot een inrichtings
plan voor de terreinen bij Jeugdland. Daarvoor zal t.z.t. een krediet aan de Raad
worden gevraagd. Vanzelfsprekend is wel dat met U.T.V. gesproken wordt over de
aanleg van tennisvelden, niet over voetbalvelden. Het is echter een zeer gecompli
ceerde materie. Er zullen b.v. parkeerterreinen moeten komen; de toegankelijkheid
van het terrein moet bekeken wordenenz
Twee jaar geleden is al getracht met Staatsbosbeheer tot overeenstemming te komen
over een grondruil. Dat lukte toen niet. Nu zou Staatsbosbeheer er voor voelen de
grond die van Breda is aangekocht te ruilen tegen het benodigde bosperceel. Maar
dat klopt niet met de bestemming "sport" die Breda op die grond heeft gelegd. In
tussen wil de gemeente toch nog trachten met Staatsbosbeheer tot overeenstemming
te komen over ruil van de bosgrond met een perceel elders in de gemeente. Hoe het
betreffende bericht in de pers is gekomen is niet bekend; zeker niet door toedoen
van de gemeente.
De Heer VAN GILS vraagt of hij goed begrepen heeft dat bij de aankoop
van de grond de voorwaarde is gesteld dat de vereniging die daar zou gaan spelen
een open toelatingsbeleid moest voeren en dat dit inhield dat de tennisvereniging
Breda als ze dat wilde in haar geheel op Nieuw-Ginnekense grond gehuisvest zou
moeten worden.
De VOORZITTER antwoordt dat die voorwaarde formeel niet is gesteld. Maar
in de onderhandelingen is heel uitdrukkelijk gesproken over open toelatingsbeleid.
Het College stond toen een vrijwillig samengaan van T.C. Breda en U.T.V. voor ogen.
Toen dat niet lukte is met Breda verder overleg gevoerd en op verzoek van Breda is
een toezegging gedaan over dat open toelatingsbeleid. De gemeente Breda ging er
mee accoord dat dit open beleid alleen zou gelden voor de Bredase leden van T.C.
Breda.
De Heer VERKOOIJEN merkt op dat de fractievoorzitters een gesprek tussen
U.T.V. en T.C. Breda hebben meegemaakt. Hij meent dat beide verenigingen wel met
enige pijn "ja" zullen hebben gezegd tegen het compromis dat de gemeente voorstond.
Verder vraagt de Heer VERKOOIJEN of er hangende de standpuntbepaling van Staats
bosbeheer nu niets gedaan wordt.
De VOORZITTER antwoordt dat het College volop bezig is met alles op een
rijtje te zetten maar zoals al eerder gezegd: het is een erg gecompliceerde zaak
geworden. Serieus wordt echter geprobeerd er dit jaar uit te komen, zodat er in
1979 getennist zal kunnen worden. De VOORZITTER wil onderstrepen dat ook zonder
de opstelling van Staatsbosbeheer het niet mogelijk zou zijn gebleken om reeds in
1978 te tennissen: er is een inrichtingsplan nodig, goedkeuring van de Raad, goed
keuring van de provincie straks op de begrotingspost en daarna dan nog de aanleg.
Dat betekent dus dat er dit jaar in geen geval op gespeeld zal kunnen worden.
De Heer PEGEL merkt op dat de tenniskwestie al een hele tijd loopt; iede
reen heeft het er over en de kranten schrijven er over, maar de Raad heeft nog
steeds niet besloten dat er tennisvelden komen Toen besloten werd de grond van