-8-
gemeenschappen waaruit zij zijn voorgekomen. In tegenstelling tot de leden van de
stadsgewestraad blijkt het wél mogelijk te zijn hen bij problemen te betrekken wat
dan later blijkt effectief te zijn geweest.
De VOORZITTER reageert hierop met de opmerking dat het bereik van een lid
van Provinciale Staten per definitie beperkt is. Natuurlijk zullen alle statenleden
hun best doen om zoveel mogelijk achterban te betrekken bij het provinciaal gebeuren
Zowel vanwege de territoriale omvang van het gebied als vanwege de wezenlijk andere
taakbehartiging door beide bestuursorganen heeft een statenlid echter nauwelijks
binding met de groep die hem afvaardigt.
De Heer BEEREPOOT zegt in antwoord op opmerkingen van de Heer Platzbeecke
die o.a. gezegd heeft dat het kabinet aandacht heeft voor de burger, dat deze Minis
ter toch van plan is zo'n 75 gemeenten in Noord-Brabant op te heffen. Van inspraak
van de burger is hierbij nog weinig te bemerken.
Verder meent de Heer BEEREPOOT dat de eenheid van West-Brabant rond de as Antwerpen -
Rotterdam niet veel meer is dan een eenheid rond de snelweg.
De Heer PLATZBEECKER antwoordt dat er heel wat méér aspecten zijn. Het is
logisch dat gezien de functie van deze twee havensteden er ruime kansen aanwezig
zijn voor economische aktiviteiten.
De Heer VAN YPEREN merkt nog op dat hij niet bedoeld heeft te zeggen dat
er in de verschillende stukken geen zakelijke argumenten staan, maar wel dat het dez
avond niet bepaald over die zakelijke argumenten ging.
De VOORZITTER zegt dat hij het met deze opvatting niet eens kan zijn.
Zijns inziens zijn wel degelijk diverse zakelijke argumenten naar voren gebracht.
Overigens meent hij dat de mening van de Raad over de reorganisatie van het binnen
lands bestuur wel duidelijk is. Die mening zal aan het Stadsgewestbestuur worden me
degedeeld. De Raad gaat hier zonder hoofdelijke stemming mee accoord.
Verder merkt de VOORZITTER nog op dat de kwestie van de bestuursstructuur van het
stadsgewest in de raadsvergadering van 30 januari aan de orde zal worden gesteld.
De discussie over agendapunt 2 wordt hiermede beëindigd.
3. MEDEDELINGEN:
Er zijn geen mededelingen te doen.
4. RONDVRAAG EN SLUITING:
De Heer VAN DER WESTERLAKEN merkt op dat er een circulaire is uitgegaan
van de beheerscommissie Sportzaal Bavel waarin staat dat bij de toewijzing van ten
nisbanen in de eerste plaats Bavelaars in aanmerking komen. Op zichzelf heeft hij
hier geen moeite mee, maar hij zou toch aandacht willen vragen voor de moeilijke si
tuatie op tennisgebied in Ulvenhout en daarom ook willen pleiten voor toelating van
personen uit Ulvenhout.
WETHOUDER VAN GILS antwoordt dat dit al jarenlang het beleid van de be
heerscommissie is: in de eerste plaats mensen uit Bavel, daarna ook die uit andere
gemeentedelenWel is hij bereid de moeilijke situatie van de Ulvenhoutenaren nog
eens speciaal onder de aandacht van de beheerscommissie te brengen.
De Heer ROPS vraagt of er al vorderingen zijn gemaakt wat betreft de
grondverwerving bij Jeugdland, met name de grond van Staatsbosbeheer.
De VOORZITTER antwoordt dat binnenkort een gesprek met Staatsbosbeheer
plaats zal vinden. Waarschijnlijk zal in de raadsvergadering van 30 januari hierover
wat meer gezegd kunnen worden.
De Heer AARTS zegt even in te willen gaan op de circulaire die door de
beheerscommissie Sportzaal Bavel is uitgestuurd over de huur van de tennisbanen. Er
zijn niet meer dan 6 banen beschikbaar en het aantal leden van de tennisvereniging
(rond de 430) is nog steeds groeiende. Er blijft gezien deze grote eigen behoefte
nauwelijks ruimte over voor vrij tennissen, en degenen in Bavel die dat vrije ten
nissen willen zijn ook nog vrij groot in aantal. Dat verklaart waarom het bijna niet
mogelijk is b.v. Ulvenhoutenaren toe te laten.
De VOORZITTER zegt dat het op zichzelf een goede zaak is dat de tennis
sport zo populair wordt. Op de gemeente rust de taak te zorgen voor voldoende banen.
Daar wordt ook alles aan gedaan en hopelijk zullen de problemen voor Ulvenhout spoe
dig tot een oplossing kunnen komen.