-3-
de visie van Nieuw-Ginneken, zoals weergegeven in het besluit van Uw Raad van 4
oktober 1977, waarin deze spreidingsgedachte wordt voorgestaan.
De spreidingsgedachte wordt echter slechts gedeeltelijk gehanteerd.
Zo wordt aan Teteringen een eventuele extra groei toebedacht met 5.000 woningen.
Door een dercrelijke projektie wordt, naar onze mening, afbreuk gedaan aan het in
de nota Ruimtelijke hoofdstructuur zelf voorgestane beleid ten aanzien van de
nieuwe stedelijke bouwlokaties en de kernen met een suburbaan karakter.
Als mogelijke bouwplaats binnen de regio Breda-Oosterhout wordt genoemd
Bavel/De Bunder met 1.000 woningen extra, hetgeen, zoals reeds is gesteld, een af
geleide kan worden genoemd van het raadsbesluit van 4 oktober 1977, waarbij een
maximale groei van Bavel wordt voorgestaan tot 8.000 inwoners in 1990.
Wij zijn van mening extra woningbouw in Bavel van maximaal 1.000 wo
ningen te kunnen accepteren, mits aan onderstaande voorwaarden wordt voldaan:
1. Er zal vrijheid voor de gemeente moeten bestaan om de richting van uitbreiding
nader te bepalen. Thans kan namelijk niet worden gesteld, dat aanhaking van de
extra woningen aan "De Bunder" de meest gewenste richting van uitbreiding zal
zi jn
Een nadere studie naar de meest gewenste richting van uitbreiding wordt wense
lijk geacht;
2. De extra woningen zullen in kleine bouwstromen moeten worden gerealiseerd,
waardoor mogelijkheden aanwezig zullen zijn voor de integratie van nieuwe en
oude inwoners
3. Er zullen voldoende waarborgen moeten bestaan, dat de huidige inwoners van
Nieuw-Ginneken voorrang genieten bij de toewijzing van woningen en bouwgrond;
4. Op stadsgewestelijk niveau zal moeten worden bepaald wat onder "overloop" moet
worden verstaan, waarbij zeker gelegenheid zal moeten worden geschapen voor
"oud-inwoners" om zich opnieuw in Nieuw-Ginneken te vestigen; Gezien de ligging
van de bouwlokatie dient onder overloop niet te worden verstaan overloop van
uit de Randstad.
De onzekerheid over de overloop vraagt een gefaseerde aanpak van de realisering
van de bouwlokatie, waardoor een eventuele afronding, die kleiner is dan 1.000
woningen, mogelijk wordt;
5. Gelet op het gestelde sub 3 en 4 dienen in stadsgewestelijk verband gecoördi
neerde richtlijnen te worden vastgesteld voor de toewijzing van woningen en
bouwgrond;
6. De bereidheid van het Stadsgewest tot het ontwikkelen van extra woningbouw
ware afhankelijk te stellen van het gelijktijdig mede tot ontwikkeling brengen
van een bedrijfsterrein, waarmede aestalte zal kun
nen worden gegeven aan het provinciaal beleid, dat de ontwikkeling van woning
bouw gepaard dient te gaan met een meer dan evenredige ontwikkeling van de
werkgelegenheid
Ten aanzien van de afvalverwerking wordt in de nota uitgegaan van ge
controleerd storten in samenwerkingsverbanden.
Hoewel niet in de nota omschreven kan worden aangenomen, dat de afvalverwerking
in de regio Breda op de vuilstortplaats te Bavel zal worden gecontinueerd.
Gecontroleerd storten op de vuilstortplaats Bavel wordt tot 1985 accep
tabel geacht, mits alleen afvalstoffen vanuit het gebied van het stadsgewest
Breda worden aangevoerd.
In 1985 dient deze vuilstortplaats (le fase) te zijn afgebouwd en te worden inge
richt voor passief recreatieve voorzieningen en/of landbouwkundige doeleinden.
Ruimschoots vóór 1985 dient te worden onderzocht of de exploitatie van de vuil
nisstortplaats ter plaatse kan worden gecontinueerd of dat elders in de regio
naar een nieuwe lokatie dient te worden gezocht.
Een tot recreatieve voorziening heringerichte vuilnisstortplaats zal een bijdrage
kunnen leveren aan de passieve recreatiemogelijkheden voor Breda-zuid-oost en Bavel.
Tenslotte merken wij cp dat cp de kaart op blz. 58 van de nota alleen
Ulvenhout als waardevol dorpsgezicht, waarvoor wettelijke bescherming in voorbe
reiding, wordt aangegeven.
Wij achten het gewenst dat ook Bavel op deze kaart dienovereenkomstig wordt
