-3-
nadere motivering worden gevraagd.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming besloten zoals op de agenda voor
gesteld
b- VOORSTEL TOT HET VASTSTELLEN VAN DE VERGOEDING VAKONDERWIJS ALS BEDOELD IN AKTIKKI.
101 BIS DER LAGER ONDERWIJSWET 1920 OVER HET JAAR 1978 T.B.V. DE BIJZONDERE
GL0-SCHOLEN IN DEZE GEMEENTE:
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de
agenda voorgesteld.
7_. VOORSTEL TOT HET AANSTELLEN VAN VAKONDERWIJZERS VOOR DE OPENBARE SCHOOL VOOR GE
WOON LAGER ONDERWIJS EN TOT HET BEPALEN VAN HET GETAL WEKELIJKSE LESUREN VAKON"~
DERWIJS AAN DEZE SCHOOL VOOR HET SCHOOLJAAR 1979/1980:
De Heer WILLEMSEN merkt op dat de fractie Gemeentebelangen Galder/Strijbeek
indertijd gevraagd heeft om uitbreiding tot 1*5 uur per verplichte leerkracht. Het
College, stelt nu voor te gaan tot één uur per verplichte leerkracht. De Heer WILLEM
SEN kan mededelen dat zijn fractie begrip heeft voor de argumenten van het College
en met het voorstel kan meegaan. Echter staat in de 17e regel van onder in het raads
voorstel het woordje "voorlopig". De Heer WILLEMSEN vraagt of dit een uitdrukking is
van de Inspecteur, danwel van het College, en wat er mee bedoeld wordt.
WETHOUDER VAN GILS zegt te menen dat het een uitspraak van de Inspecteur
is. Overigens wijst hij er - wellicht ten overvloede - op dat het voorstel betrekking
heeft op het aantal verplichte leerkrachten dat er per schooljaar zal zijn. Het aan
tal van dit moment is dus niet beslissend.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda voorgesteld.
8. VOORSTEL TOT SUBSIDIëRING IN DE KOSTEN VAN DE DISTRICTSKATECHESE
De Heer ROPS zegt het een goede zaak te vinden dat de districtskatechese
doorgang zal kunnen vinden alhoewel hij in eerste instantie aan een andere belonings
factor dacht. Verder is hij er blij mee dat er elk jaar een werkverslag zal komen,
waardoor de mogelijkheid aanwezig is op de hoogte te blijven van wat er zoal gebeurd
is
.De Heer WILLEMSEN zegt dat ook zijn fractie voorstander is van subsidiëring
van de kosten van de districtskatechese door de gemeente.
Wel meent hij dat in het voorstel (blz. 3, iets onder het midden) het verband tussen
teamcoaching en het feit dat godsdienstleraren geen deel uitmaken van het personeel
van de openbare school wat verkeeafd gelegd wordt. Naar zijn mening heeft het team van
de openbare school niet direct behoefte aan ondersteuning door de districtskatecheet
Het zijn meer de ouders die daar behoefte aan hebben.
Verder komen op bladzijde 4 enkele geweldig lange zinnen voor. Die zijn moeilijk te
lezen, en de Heer WILLEMSEN zou daarom willen vragen in het vervolg wat beperkt te
zijn wat de lengte van zinnen betreft.
De Heer WILLEMSEN merkt verder op dat hij in de commissie welzijn al heeft opgemerkt
niet gelukkig te zijn met het ontwerpbesluit. Zo b.v. het begrip "leraar". De Heer
WILLEMSEN meent dat in het basisonderwijs veel beter gesproken kan worden over onder
wijzers dan over leraren. In die commissievergadering heeft hij toen aangedrongen op
aanpassing van de tekst maar dat is niet gebeurd. Zijn vraag is nu: waarom heeft geen
wijziging plaats gehad Zo ook artikel 4: de districtskatecheet die het team gaat
coachen hoeft helemaal niet in het bezit te zijn van een TBC-verklaring of een an
dere geneeskundige verklaring.
De Heer VAN DER WESTERLAKEN zegt dat zijn fractie het met de intentie van
het voorstel eens is. Wel heeft ook hij moeite met de formulering en vooral met die
van het voorgestelde besluit. Hij merkt op dat ook onderwijzers in het basisonderwijs
tegenwoordig wel leraar worden genoemd. Dat begrip zou dus in de omschrijving kunnen
blijven bestaan. De katecheet echter komt niet om les te geven aan dfe kinderen. Die
man zou daarom niet als leraar of onderwijzer moeten worden aangeduid, maar gewoon
als katecheet.
De Heer PLATZBEECKER merkt op dat het Rijk zich al vanaf 1958 bezig houdt
met de kwestie van de katechese. Als hij ziet dat het verzoek om subsidie dateert
van november 1976 en dat het dus ruim 2\ jaar geduurd heeft om tot een voorstel te