-2-
opzicht onderschrijven zij het eerste voorstel van het College nog eens extra.
Het tweede voorstel van het College betreft de inpassing van de Markdalweg in het land
schap. o Commissie Ruimtelijke Ordening heeft unaniem geadviseerd die weg in te passer
conform het door de provincie voorgestelde tracé.
De VOORZITTER geeft hierna aan de raadsleden gelegenheid hun visie te geven.
De Heer H.M.C.J. VAN GILS merkt op dat al in 1961 een principe-besluit is
genomen over een omleiding Ulvenhout. In 1972 is die omleiding opgenomen in het tracé
voor de provinciale weg S 11 en vanaf toen is er vaak nogal heftig gediscussieerd over
de plaats waar die omleiding moest komen. Jarenlang is de Raad geconfronteerd met de
noodsituatie op verkeersgebied in de Dorpstraat en de Molenstraat. De overlast in die
straten groeit nog steeds. De vorige gemeenteraad heeft in 1975 na zorgvuldige afweqint
van alle factoren en cijfers een besluit genomen. Dit zijn vrijwel dezelfde cijfers alt
nu gehanteerd worden. De landschappelijke waarde van het Markdal heeft zwaar qewogen
toen de Raad koos voor de Markdalweg heeft hij er de duidelijke wens aan toegevoegd
inspraak te krijgen bij de inpassing van het tracé. Dit is nu al weer 4 jaren geleden,
en Ulvenhout zit nog steeds opgescheept met een alsmaar groter wordende verkeersstroom.
Vertraging in de uitvoering is opgetreden doordat Breda in 1978 om uitstel van de be
slissing heeft gevraagd, dit in verband met een op te stellen verkeerscirculatieplan
voor Breda-Zuid.
De Heer VAN GILS vervolgt met op te merken dat bij zijn weten het wel of niet aanleggei
van de omleiding Ulvenhout vroeger in Breda niet in discussie is geweest. In auqustus
1978 dan opeens die 180 graden ommezwaai van Breda via de inmiddels bekende qestuurae
O-variant, wat in het kort neer komt op: géén omleiding Ulvenhout, wél de rijksweg 58
doortrekken, en belemmeringen aanbrengen voor het verkeer door Ulvenhout en op de Allej
heiligenweg, waarbij dan de middelen die vrijkomen door het niet aanleggen van de S 11
gebruikt zouden moeten worden om de nodige reconstructies uit te voeren en belemmerin
gen aan te brengen.
De Heer VAN GILS zegt dat de oplossing die de Bredase wethouder Van Dun voorstaat heel
duidelijk niet de oplossing is die Nieuw-Ginneken wil. De gemeenschap Ulvenhout heeft
vorig jaar duidelijk laten merken tégen verkeersbelemmerende maatregelen te zijn. Zekei
is dat er sluiproutes door de woonstraten van Ulvenhout en Breda-Zuid zouden ontstaan.
Door belemmeringen op de Allerheiligenweg zou de verkeersstroom dusdanig kunnen vertra
gen dat er gerede kans is dat bij een gelijkblijven van het aantal motorvoertuigen en
zelfs bij een kleiner aantal toch een nog grotere overlast in de kom van Ulvenhout zou
ontstaan. Ook zou deze oplossing hinderlijk zijn voor brandweer, ambulance ehz.
De aanleg van rijksweg 58 alléén lost inderdaad de ook in de ogen van Nieuw-Ginneken
zeer grote problemen van de Zuidelijke rondweg op. Tot nog toe heeft Nieuw-Ginneken
hieraan ook alle medewerking verleend. Het is niet zo, dat de woongemeenschap van de
Bieberglaan dan als tegenprestatie moet worden opgeofferd om de Ulvenhoutse belangen tt
dienen. Wellicht is het mogelijk de Markdalweg wat dichter langs de Mark te leggen of
eerder een aansluiting op de Ulvenhoutselaan te maken, waardoor de Bieberglaan ontzien
zou kunnen worden.
Alles bijeen concludeert de Heer VAN GILS dat vastgehouden moet worden aan het raadsbe
sluit van 1975 en dat de omleiding Ulvenhout snel aangelegd zou moeten worden.
Hij onderstreept het noodzakelijk te achten de problematiek van de R 58 en de S 11 in
tegraal te bezien. Zijns inziens dient zeker nagegaan te worden of het mogelijk is bei
de wegen in één bestemmingsplan onder te brengen.
Wat het tweede deel van het voorstel betreft wil de Heer VAN GILS in de eerste plaats
zijn waardering uitspreken over de grondigheid waarmede is ingegaan op 's raads verzool
van 1975 om inspraak bij de landschappelijke inpassing. Het feit dat de Brabantse
Milieufederatie met het provinciale plan instemt spreekt voor zich. De grootst mogeli jl
aandacht is besteed aan herstel van het landschap en beperking van eventuele hinder.
In het onderzoek, verricht door de Grontmijzijn de verschillende aspecten grondig be
keken. De Heer VAN GILS kan zich accoord verklaren met het ontworpen voorkeurtracé,
waarbij hij wil aandringen op handhaving van een tunneltje onder de omleidingsweg bij
het Suikerpad. Ook is hij voorstander van het openhouden van de mogelijkheid tot aan
sluiting van de Mgr. van Hooijdonkstraat op de Markdalweg.
De Heer BEEREPOOT merkt op dat volgens de verkeerstellingen er momenteel
ongeveer 12.000 voertuigen per dag door de Dorpstraat komen. Gemiddeld is dit 8 per mi
nuut, doch in de weekends en tijdens de spitsuren ligt dit getal ongetwijfeld veel ho
ger. Hij vraagt zich af hoe het bij zo'n drukte mogelijk is voor hen die in die straat
winkelen om de Dorpstraat over te steken.