-4- verder geen maatregelen worden getroffen zal de verkeerssituatie op de duur weer gelijk worden aan de huidige. Breda voegt daar dan aan toe dat echter een ontlasting voor Dorpstraat en Molenstraat verkregen kan worden door in te grijpen in de vrije verkeers- ontwikkeling in Breda-Zuid en Ulvenhout, d.i. door de gestuurde nul-variant. De voorgaande sprekers zijn hier al voldoende op ingegaan: vast staat dat er legio na delen aan verbonden zijn. Wel behoort misschien een wat westelijker tracé, en met name dan op Bredaas gebied, tot de mogelijkheden. De Bieberglaan zou daardoor in belangrijke mate gespaard kunnen wor den. De Heer Hops heeft er terecht op gewezen dat er talrijke bindingen zijn tussen Ulvenhout en Bieberglaan. De Heer PAULUSSEN vraagt zich af of het niet de voorkeur zou verdienen nu uit te spre ken dat het tracégedeelte niet beperkt zou moeten worden tot Princenhoef-Strijbeekseweg maar dat het zou moeten worden uitgebreid met een gedeelte tot een aansluiting op de Ulvenhoutselaan tussen Ulvenhout en Bieberg en aan de andere kant tot aan de Chaamse- weg. De omleiding Ulvenhout is immers een onderdeel van het doorgaande verkeer Breda- Chaam-Baarle Nassau. De Heer PAULUSSEN zegt dat zijn fractie dus volledig accoord kan gaan met het eerste voorstel van het College. Ook stemt de fractie in met het principeplan van provinciale waterstaat betreffende de uitvoering van de Markdalweg. Hieraan wil de Heer PAULUSSEN toevoegen dat hij een compliment wil maken voor de nauwkeurige en deskundige wijze waarop de Grontmijin opdracht van het provinciaal bestuur maar op verzoek van de ge meente, een grondig rapport heeft uitgebracht. De Heer WILLEMSEN merkt op dat de vorige sprekers heel wat aspecten van de voorliggende verkeersproblematiek hebben aangestipt. In grote lijnen is hij het daarme de eens. Met beide voorstellen van het College kan hij instemmen. De Heer VAN YPEREN zegt eveneens dat de verschillende zaken duidelijk zijn aangestipt. Het wordt drukker, er komt meer geluidshinder, er komt meer luchtverontrei niging en het kost meer energie wanneer de S 11 niet aangelegd wordt. Hij zegt dat zijn fractie de omleiding beslist noodzakelijk vindt. De variant van Breda om alles zo moeilijk mogelijk te maken is niet acceptabel. Eigenlijk zou de Bieberg dat plan óók niet moeten aanvaarden: hun kinderen moeten ook over die weg Wel zou bezien moeten worden of de Markdalweg niet méér ten westèn van de Bieberglaan zou kunnen lopen. Zou behoud van de Bieberglaan niet mogelijk blijken dan vindt de Heer VAN YPEREN dat Nieuw-Ginneken hier toch ook een verantwoordelijkheid heeft: eventueel moeten de bewoners dan toch wel geholpen worden. Hij zegt te kunnen instemmen met het voorkeurstracé: de S 11 is een noodzakelijk kwaad. De VOORZITTER begint zijn beantwoording van de diverse sprekers met de op merking dat de geschiedenis van de Markdalweg eenieder wel bekend is. Vele jaren is aktie gevoerd tégen de Markdalweg en vóór diverse alternatieven. In 1975 heeft de gemeenteraad een en ander uitvoerig overwogen en die alternatieven uiteindelijk als niet reëel van de hand gewezen. Zoals door de raadsleden al naar vorer is gebracht heeft de Raad toen wel uitdrukkelijk als conditie gesteld dat er inspraak moest zijn ten aanzien van het te volgen tracé. Gevolg hiervan is geweest dat de pro vincie een studie heeft laten verrichten door de GrontmijIn die studie is een drietal tracé's betrokken en één daarvan is naar voren gekomen als het optimaal bereikbare. Graag wordt toegegeven dat ook het voorgestelde tracé van de Markdalweg zijn nadelen heeft. De provincie heeft met Breda gesproken over de doorsnijding van de Bieberglaan. Zij heeft een plan gelanceerd waarbij zo ongeveer alle woningen van de Bieberglaan zouden moeten verdwijnen. Breda heeft hierop gereageerd door een eigen studie te ver richten, wat resulteerde in een tracé vanaf de Allerheiligenweg meer langs de Mark. De provincie ging hiermede echter niet accoord. Feit is wel dat Breda ook toen nog vast hield aan een omleiding Ulvenhout, maar dus met een ander verloop van de aansluitings- weg op Bredaas gebied. De Commissie Verkeer en Wegen van Provinciale Staten heeft het alternatief van Breda afgewezen. In april 1978 vroeg Breda daarop uitstel omdat men een verkeerscirculatie plan Ginneken wilde maken en het effect daarvan op de omgeving wilde bestuderen. Intussen kwam in september 1978 het principeplan van de provincie, gebaseerd op de stu die van de Grontmijen werd aan Nieuw-Ginneken gevraagd zich hierover uit te spreken. Het College was van mening dat eerst de resultaten van het onderzoek naar het verkeers circulatieplan Ginneken moesten worden afgewacht, omdat de provincie daarvoor aan Bred, uitstel had toegestaan.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 232