De Heer H.M.C.J. VAN GILS zegt eveneens met het voorstel te kunnen instem men. Wel zullen de kosten goed in het oog gehouden moeten worden, want hij meent te begrijpen dat de bijdrage aan Breda de eerste jaren betaald moet blijven worden. Dat betekent dus een vijftal jaren dubbele kosten. De Heer VAN DER WESTERLAKEN zegt in aansluiting hierop graag te willen weten of de bijdrage aan Breda nu toch dezelfde blijft. De Heer WILLEMSEN zegt een belangrijk element te vinden de tijd die zal ver lopen voordat de brandweer ter plaatse is. Gesteld wordt dat de brandweer binnen 3 mi nuten moet kunnen uitrukken en binnen 8 minuten op de plaats van de brand moet kunnen zijn. Momenteel wordt die tijd van 8 minuten niet gehaald. Hij vraagt zich af of de vrijwillige brandweer het in kortere tijd zal kunnen doen. Verder heeft hij toch wel respect voor de grote kennis die bij de Bredase brandweer bestaat. De Heer VAN YPEREN zegt achter het voorstel te staan. Wel meent hij dat een beroepsbrandweer beter zal zijn dan een vri jwillicre. In elk geval zal de naraatheid van de vrijwillige brandweer moeten kunnen evenaren met die van een beroepsbrandweer. De VOORZITTER antwoordt aan de Heer Van Tetering dat te zijner tijd een vol ledig inzicht in de financiële opzet en in de planorganisatie zal worden gegeven. De bijdrage aan Breda bedraagt momenteel f 12,50 per inwoner. De kosten van de einen brandweer, zonder kosten van aankoop of huur van een brandweerkazerne, bedraqen naar schatting 12,22 per inwoner. Verder merkt de VOORZITTER op dat inderdaad nog een aantal jaren gebruik zal moeten worden gemaakt van de diensten van Breda, zodat er dan dubbele kosten zullen zijn. De opleiding van de mensen van de vrijwillige brandweer duurt zo'n 3 a 5 jaren. Het voorstel van het College is niët ingegeven door onvrede over de bestaande situatie Breda heeft een uitstekend apparaat, afgestemd op een gemeente met een zgnC-risico. Nieuw-Ginneken heeft een E-risico. Dat houdt in dat het niet noodzakelijk is een ac commodatie te hebben zoals Breda. Verder is het zo dat ook in het stadsgewest een brandweerorganisatie in opbouw is waardoor een onderlinge ondersteuning wordt geboden Nieuw-Ginneken zal zoals elke gemeente in het kader daarvan hulp kunnen vragen van de beroepsbrandweer van Breda als dat in een bepaalde situatie nodig is. De meldingen zullen niet naar de brandweer in Nieuw-Ginneken gaan doch via de lijn 0011. Dit wordt onmiddellijk doorgegeven aan de stadsgewestelijke brandweercommandant en deze bepaalt op een gegeven moment hoe de inzet moet zijn. Vandaar wordt dus de vrijwillige brandweer opgeroepen en tegelijkertijd wordt daar beoordeeld of nog ande re korpsen bijstand moeten verlenen. Een beperkt aantal jaren zal Nieuw-Ginneken dan dubbele kosten hebben. Momenteel be draagt de bijdrage aan Breda nog 12,50 per inwoner, maar vorig jaar heeft de gemeent Breda op een forse verhoging aangedrongen. In de onderhandelingen daarover met de ge meente Breda is een bepaalde fase bereikt; de onderhandelingen zijn nog niet afgerond en daarom kunnen hierover helaas geen mededelingen worden nedaan. Vandaag gaat het echter niet om geld, doch alleen om een principebesluit inzake de op richting van een eigen brandweer. In bevestigend geval zal samen met de Commandant vai de stadsgewestelijke brandweer, de Heer Bouwmeester, een plan tot opbouw van de vrij willige brandweer worden opgesteld. Uit een gesprek met de Rijksinspecteur van het Brandweerwezen is gebleken dat Neder land voor het overgrote deel gedekt wordt door vrijwillige brandweerkorpsen en dat de kwaliteit van die korpsen geheel verantwoord is. Ook grote steden vallen naast hun beroepsbrandweer ter aanvulling voor een groot gedeelte eveneens terug op een aantal vrijwilligers. Ook in Breda is dat het geval. De ervaring is dan ook dat een vrijwilligerskorps vaak binnen de gestelde tijdslimiet op de plaats van de brand is. Voor Nieuw-Ginneken is natuurlijk van belang dat er 3 kerkdorpen zijn, wat andere oro blemen geeft dan wanneer het er één zou zijn. Als b.v. de brandweerkazerne in Ulven- hout ligt mag het niet zo zijn dat de dekking van het risico voor Galder en Bavel min der is dan voor Ulvenhout. Zo zullen de vrijwilligers ook uit dié gemeentedelen moëte: komen; het is immers niet een kwestie van alleen Ulvenhouters De adviezen van de Rijksinspectie ten aanzien van de oprichting van de eigen brandwee zijn positief. Als besloten wordt zoals het College voorstelt zal uiteraard regelmatig terugkoppelin' naar de Raad plaats hebben, zodat die er bij voortduring nauw bij betrokken blijft. De Heer WILLEMSEN merkt op dat gesproken wordt van 2 hulpposten in Bavel en

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 264