-9- Vóór het voorstel van het College tot. ongegrondverklaring van het beroep van de Heer v.d. Broek stemmen de Heren VAN GESTEL, VERKOOIJEN, DEN BROK, VAN YPERENJ. VAN GILS, ROPSTEUNISSEN, en VAN TETERING Tégen de Heren PAULUSSEN, H. VAN GILS, VAN DER WESTERLAKENPLATZBEECKERWILLEMSEN en VAN DIJN. Het voorste] van het College is dus aangenomen met 8 tegen 6 stemmen. De Heer VAN YPEREN vraagt of hij een voorstel mag doen, nl. dat de Raad het College opdracht geeft uit te zien naar een stuk grond waar v.d. Broek zijn bedrijf kan vestigen binnen de gemeente. De VOORZITTER wijst er op dat de Raad best ideeën over de inrichting van het buitengebied mag aandragen, maar die moeten gewogen worden in de Commissie Ruimtêlijkt Ordening, samen met de stedebouwkundige en dat moet dan normaal zijn vervolg vinden. In die commissie zitten verschillende raadsleden die zojuist tegen het voorste] van het College hebben gestemd. De Heer VAN YPEREN zegt hiermede accoord te kunnen gaan. 17. VOORSTEL TOT HET ONGEGROND VERKLAREN VAN HET BEROEPSCHRIFT VAN DE HEER A. V. BOXEL, GOUDBEPGSEWEG 1 TE STRIJBEEK, TEGEN HET WEIGEREN VAN EEN BOUWVERGUNNING: De Heer PAULUSSEN merkt als Voorzitter van de beroepscommissie op dat het wat merkwaardig aandoet dat de Heer van Boxel contact heeft gehad met de provincie. Daar is hem een fragment van een bestemmingsplankaart verstrekt waarop het perceel waarop hij wil gaan bouwen staat vermeld met "woondoeleinde A". Bij de weigering van Gedeputeerde Staten van de verklaring van geen bezwaar werd medegedeeld dat het per ceel als zodanig niet voorkomt in het ontwerp-bestemmingsplan. Kennelijk circuleren hier verschillende bestemmingsplankaarten danwel fragmenten daarvan. Misschien is de verklaring dat het gemeentebestuur de bereidheid getoond heeft het perceel op te nemen in het ontwerp-bestemmingsplan Buitengebied met bestemming Woon doeleinde A. Niettemin heeft de Commissie besloten de Raad te adviseren het beroep van betrokkene ongegrond te verklaren. Echter heeft de Heer van Boxel ook nog bezwaar aangetekend tegen de weigering van de verklaring van geen bezwaar door G.S.. Als dat College zijn standpunt ten deze herziet zal naar de mening van de beroepscommissie het College van B. en W. alsnog bouwvergun ning moeten verlenen De Heer WILLEMSEN meent dat B. en W. deze keer wel erg vlot gereageerd heb ben na de weigering door G.S. van de verklaring van geen bezwaar. Te voorzien was dat- de Heer van Boxel tegen de weigering in beroeo zou gaan en ook tegen de weigering van de bouwvergunning door B. en W. De Heer WILLEMSEN vraagt of de beslissing niet een maand of 6 weken uitgesteld kan worden, zodat eerst de nadere beslissing van G.S. afgewacht kan worden. Maandag a.s. houden G.S. een hoorzitting over deze zaak. De Heer H.M.C.J. VAN GILS zegt zich bij deze vraag van de Heer Willemsen te willen aansluiten. Ook de Heren VAN GESTEL, VAN YPEREN en PAULUSSEN sluiten zich hier bij aan. De VOORZITTER merkt op dat het kaartfragment waarop Woondoeleinde A is ver meld een fragment is uit het ontwerp-bestemmingsplan. Het is echter zo dat die woonbe stemming A gelegd is op o.a. zijn bestaande woning. Dat moet ook wel omdat in het oud» plan dat de bestemming kernbebouwing had, die is gelegd op de bestaande woning. Hier is bij de Heer van Boxel misverstand over ontstaan. Dat is begrijpelijk, want het is niet zo gemakkelijk een kaart te lezen en de functie van die kaart en voorschriften uit elkaar te houden. Van enige onzorgvuldigheid is hier zeker geen sprake. De VOORZITTER zegt dat het College kan instemmen met het aanhouden van de beslissing. Dit betekent dat de beslissing met een termijn van 2 maanden verdaagd wordt. Zouden G.S. dan nog geen beslissing op het bezwaar hebben genomen dan zal de Raad in ieder geval toch een beslissing over het beroepschrift tot weigering van de bouwver gunning moeten nemen. Zonder hoofdelijke steminina besluit de Raad de beslissing maximaal 2 maandei te verdagen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 270