12. VOORSTEL TOT VOORLOPIGE VASTSTELLING VAN DE BEDRAGEN, ZOALS BEDOELD IN ARTIKEL
55TER, ie LID, DER LAGER ONDERWIJSWET 1920:
De Heer ROPS herinnert er aan dat veel méér ouders indertijd een openbare
kleuterschool hebben gevraagd dan nu inderdaad hun kinderen naar die school sturen.
Hij vraagt of in de toekomst zo'n raadsvoorstel geënt zou kunnen worden op een meer re-
ele basis, zodat niet elk verzoek van particulieren zomaar klakkeloos wordt overgenomen.
WETHOUDER VAN GILS antwoordt dat in een vorige raadsvergadering een dergelijke
opmerking ook al is gemaakt door de Heer Aarts. Voor de oprichting van zo'n school eist
de wet een aantal handtekeningen. Aan het wettelijk aantal is voldaan. Nu is het verve
lende dat de mensen die intekenen voor de oprichting van een school niet verplicht zijn
hun kinderen er werkelijk naar toe te sturen.
Het indertijd aan de Raad gedane voorstel was formeel geheel juist; B. en W. waren zelfs
niet bevoegd een ander voorstel te doen. Dat de kleuterschool maar 12 kinderen telt is
jammer, maar er is niets aan te doen.
De Heer ROPS ftierkt op dat er veel verschil is HOE de vraag aan de mensen ge
steld is. Wordt gevraagd: hebt U er iets op tegen dat er een openbare kleuterschool
komt, of: sturen jullie je kinderen naar deze school.
WETHOUDER VAN GILS antwoordt dat de laatste vraag niet gesteld behoeft te wor
den: de eerste vraag is voldoende. Zo luidt nu eenmaal de wet, en ook een wethouder
kan de wet niet veranderen. Hij herhaalt dat het gedane verzoek voor 100% aan de wette
lijke eisen voldeed, en dan kan een gemeentebestuur niet anders beslissen dan zoals het
gedaan heeft. Welke verhalen hier omheen verteld worden doet helemaal niet ter zake.
De Heer DEN BROK zegt gehoord te hebben dat er nu mensen zijn die zeggen:
als we dat geweten hadden hadden we nooit getekend
De VOORZITTER zegt dat het antwoord van de wethouder geheel juist was. Niet al
leen overigens bij de Raad, maar ook bij het College leeft teleurstelling over het lage
aantal kleuters dat werkelijk naar deze nieuwe school is gekomen. In elk geval is het
paedagogisch-didactisch een waardevolle zaak in het kader van de komende integratie
kleuter/basisonderwijs dat er bij de openbare basisschool nu ook een openbare kleuter
school is.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda voorgesteld.
13. VOORSTEL TOT BENOEMING VAN EEN LID IN DE BEHEERSCOMMISSIE SPORTZAAL BAVEL:
Bij acclamatie wordt besloten de Heer A. Bastiaansen te benoemen.
14. VOORSTEL MET BETREKKING TOT DE NOTA OVER DE BEHOEFTEPROGNOSE EN LOCATIE-ASPECTEN
INZAKE SPORTACCOMMODATIES IN DE GEMEENTE NIEUW-GINNEKEN 1978-1990:
De Heer H.M.C.J. VAN GILS merkt op dat hij in het begin erg kritisch is ge
weest ten aanzien van deze sportnota. Na alles wat er gebeurd is naar aanleiding van de
inspraakavonden wil hij nu graag de wethouder een compliment maken voor deze sportnota
die een belangrijke leidraad zal zijn voor de komende jaren.
Ook de Heer WILLEMSEN zegt alle waardering te hebben voor deze nota. Wel wijst
hij er op dat de nota eigenlijk in februari 1979 tot stand gekomen is, en sindsdien
zijn de feitelijke gegevens toch al danig gewijzigd. In feite is de nota een inventa
risatie op een bepaald moment. Het College schrijft zelf dat eigenlijk periodiek moet
worden nagegaan of herziening c.q. bijstelling van de nota gewenst is. De Heer WILLEM
SEN vraagt wat onder "periodiek" moet worden verstaan: is dat jaarlijks, of 5-jaar
lijks In de nota staat dat het gemeentelijk sportbeleid er zoveel mogelijk op gericht
moet zijn om de ontwikkelingen in de actieve sportbeoefening indachtig bij het reali
seren van nieuwe sportaccommodaties een zodanige flexibiliteit in te bouwen dat zonder
al te veel extra investeringen een alternatieve aanwending of combinatie van gebruik
door de verschillende takken van sport tot de mogelijkheden behoort.
De Heer WILLEMSEN vraagt deze mooie zin eens te vertalBn in die zin dat begrijpelijk
wordt gemaakt wat er precies mee bedoeld wordt.
In het raadsvoorstel staat verder dat met inachtneming van de voorts bij enkele onder
delen van deze sportnota gemaakte opmerkingen het College van mening is dat de nota
aanvaardbaar is als basis voor een te voeren beleid tot 1990.
Hij vraagt welke opmerkingen en onderdelen hier eigenlijk bedoeld worden.
In het voorstel is verder sprake van een Werkgroep Overdekte Sportaccommodatie.
De Heer WILLEMSEN vraagt wat hiermede precies bedoeld wordt.