-14-
zal morgen komen kijken hoe de heren van de Raad dit werk met voortvarendheid gaan
aanpakken
Hierna schorst hij de vergadering.
Na heropening geeft hij gelegenheid om op het antwoord van het College te
repliceren.
De Heer BEEREPOOT betuigt zijn dank voor het uitvoerige antwoord van het
College. Ten aanzien van het begrip "verzorgingsstaat" heeft zijn fractie tot uitdruk
king gebracht dat de gemeente een eigen gezicht moet proberen te creëren ook op het
gebied van beleidsplanning en dat geprobeerd moet worden voor alle sectoren die in de
gemeente een rol spelen de eigen waarde naar voren te brengen en zich niet uitsluitend
te richten naar Den Haag.
Hij constateert dat het College hier hetzelfde over denkt.
Ftet hetgeen gezegd is over de reorganisatie van het binnenlands bestuur en over het
stadsgewest is hij het geheel eens. De gemeente zal heel veel taken zelf kunnen uit
voeren en dan moet geen overdracht van die bevoegdheden aan andere overheidslichamen
plaats hebben
De verkeersveiligheid in de Dorpstraat blijft de aandacht vragen. Hierbij merkt de
Heer BEEREPOOT op dat de nieuwe Raad zijns inziens toch het juiste besluit heeft ge
nomen. Afdoende oplossing van de problemen in de Dorpstraat zal alleen mogelijk zijn
wanneer de omleidingsweg er ligt.
Momenteel is niet te schatten wat de betekenis zal zijn van het eventuele industrie
terrein Bavel/Dorst. Toevoerwegen zullen dan toch wel nodig zijn, het verkeer zal
drukker worden, misschien overlast van de bedrijfsuitoefening. Attent zijn hierop zal
geboden zijn.
Wat de recreatië betreft ië het beleid hoofdzakelijk gericht op het aanleggen van
fietspaden. De Heer BEEREPOOT zegt dit een goede zaak te vinden. Ook hët voorzichtig
stimuleren van recreatie bij de Galderse Meren kan hij onderschrijven.
De vuilstort Bavel zal ook in de toekomst veel aandacht eisen, maar de indruk bestaat
dat het College er alles aan doet om deze situatie in de hand te houden. Nu wordt
weer geklaagd over stankoverlast en hopelijk wordt ook hier iets aan gedaan.
Belangrijk vindt de Heer BEEREPOOT dat er een duidelijke afbakening komt in het kader
van het bestemmingsplan Buitengebied wat betreft de opnervlakte en de hoogte van de
vuilstort
De Heer BEEREPOOT zou graag meer informatie krijgen over de eventuele woonwagenwonin
gen in De Bunder en over de enquête die daarover heeft plaats gevonden onder de woon
wagenbewoners. Hij meent dat deze enquête méér omvatte dan het College nu heeft ge
zegd en zelfs bestaat het vermoeden dat de uitslag van deze enquête al bekend is.
Wat de financiële situatie van de gemeente betreft zou de Heer BEEREPOOT meer inzicht
willen hebben in de besteedbare ruimte. Wel komt zo'n 80% van de inkomsten van het
rijk, maar die 80% betreft niet alleen doeluitkeringen.
De Heer BEEREPOOT zegt verder dat een goed personeelsbeleid maximale zorg vereist, en
zo zijn de opmerkingen van zijn fractie ook bedoeld geweest. Zijn fractie staat waar
dat nodig is welwillend tegenover personeelsuitbreiding.
Méér openbaarheid van Commissievergaderingen vindt hij een goede zaak. Hopelijk wordt
hiervoor dit jaar een werkbare oplossing gevonden.
De Heer BEEREPOOT zegt de indruk te hebben dat er te weinig gebouwd wordt. Een con
tingent van 85 woningen per jaar lijkt hem te gerinc, en hij hoopt dat het College
hier aandacht aan zal besteden. Een bijdrage zou ook zijn versnelling van de proce
dures, waardoor de woningen eerder gebouwd zouden kunnen worden.
Wat het parkeren van vrachtwagens betreft merkt de Heer BEEREPOOT op dat chauffeurs
óók redelijke mensen zijn; door het maken van afspraken zal al veel te bereiken zijn.
Verder zegt hij niet zoveel te zien in het aanstellen van milieu-agenten. Veel eerder
lijkt hem noodzakelijk het overtuigen van de mensen, een kwestie van mentaliteits
verandering
Als de Kruisverenigingen momenteel een fusie niet mogelijk achten dan is het 't beste
de ontwikkelingen af te wachten. Om allerlei economische en ook sociale redenen zou
er op zichzelf toch wel veel vóór een fusie te zeggen zijn.
De Heer BEEREPOOT is het eens met wethouder Van Gils dat het particulier initiatief
bij het realiseren van sportaccommodaties niet moet worden uitgesloten. Maar wel dui
delijk is dat de gemeente een vinger in de pap moet houden.