-5- gewerkt. Toch is hij het er mee eens dat het stadsgewest de burger niet aanspreekt: het is iets van de gemeenten, niet van de burger. De Heer WILLEMSEN zegt verder het eens te zijn met de mening van de gemeente Zundert dat er in het stadsgewest geen ruimte is voor een zelfstandig beleid; en ook met de opmerking van het Streekgewest Land van Heusden en Altena dat het gewest een dikwijl moeizaam werkend gemeentelijk verlengstuk is, waarbij de gemeentelijke afvaardigingen in de eerste plaats opkomen voor de eigen gemeentelijke belangen. Resumerend stelt de Heer WILLEMSEN dat zijn fractie met belangstelling en met een positieve benadering de voorstellen van de Minister afwacht ten aanzien van een her indeling van de provincies, wel onder aantekening geen voorstander te zijn van het zonder meer vergroten van gemeenten. De Heer PAULUSSEN zegt te willen beginnen met het memoreren van de nega tieve lijst van taken van de gemeenten. De vraag rijst wat de gemeente eigenlijk nog te doen heeft na doorvoering van de reorganisatie. Voor een gemeente als Nieuw- Ginneken in dit kader van belang zijnde te ontnemen bevoegdheden zijn aanleg enz. van openluchtrecreatievoorzieningen, aanleg, beheer en onderhoud van wegen bestemd voor bovenwijks doorgaand verkeer, enz. De Heer PAULUSSEN zegt het eens te zijn met de door de voorzitter opgesomde argumen ten tegen de mini-provincies. Wat in de ontwerp-wet is neergelegd neigt naar machia- vellisme, d.i. de opvatting dat aan de staat alles geoorloofd is om de rust en de eenheid te bewaren. Eén stap verder is de stelling van: verdeel en heers. De Heer PAULUSSEN zegt zich er over te verbazen dat deze Minister blijkbaar dit soort stellingen tot de zijne maakt. Zijn fractie vindt dat de decentralisatie niet uit de plannen blijkt en dat de be langen van de burgers met de voorgenomen reorganisatie niet gediend zijn. De Heer VAN DER WESTERLAKEN wijst er op dat in de practijk van het stads gewest er toch wel een addertje onder het gras zit: er bestaat namelijk politiek vooroverleg tussen bepaalde groeperingen in het stadsgewest, zeker bij 2. Zijn fractie is voor model 1, maar in de practijk gaat het misschien toch naar mo del 5 of model 6. De Heer Platzbeecker heeft o.a. genoemd de overloop vanuit de randstad naar West- Brabant. In dit verband merkt de Heer VAN DER WESTERLAKEN op dat vandaag gegevens bekend zijn geworden van een studie die verricht is aan de Vrije Universiteit en waaruit blijkt dat het met die overloop in de toekomst best mee kan vallen. Het ge boortecijfer neemt n.l. zo sterk af en ook het aantal huwelijken dat die overloop waarschijnlijk niet zal plaats vinden. De Heer BEEREPOOT zegt graag te horen op welke 2 groeperingen de Heer Van der Westerlaken doelde. Laatstgenoemde antwoordt dat de Partij van de Arbeid geregeld vooroverleg heeft en ook het C.D.A. pleegt dat wel eens te houden. De Heer BEEREPOOT zegt dat dit laatste hem niet bekend is. Er is overleg in het C.D.A.maar niet specifiek gericht op het stadsgewest. De Heer VAN DER WESTERLAKEN zegt dat hem door een C.D.A.-voorman verteld is dat het C.D.A. vóór stadsgewestelijke vergaderingen ook voorbesprekingen houdt. De Heer BEEREPOOT zegt niet te weten wat de toekomst in dit opzicht zal brengen, maar momenteel speelt het niet. De VOORZITTER merkt op dat het C.D.A. geen besprekingen houdt die afge stemd zijn op de agenda van de stadsgewestraad. In zoverre is er een duidelijk ver schil met de P.V.D.A. Verder constateert de VOORZITTER dat de Raad over het geheel genomen instemt met het standpunt van het College. Op de vraag van de Heer Beerepoot waarom het verlengd lokaal bestuur voor het Colle ge als norm geldt zegt de VOORZITTER dat de burgers de raadsleden van de gemeenten kiezen, en laatstgenoemden kiezen een groot deel van de leden van de stadsgewestraad Dat is een bovengemeentelijk lokaal bestuur, ofwel een verlengd lokaal bestuur. Voor de taken die het stadsgewest behartigt is dit ook de enige mogelijkheid: het hui dige takenpakket van het stadsgewest is in volle vrijheid door de gemeenten overge dragen. Dat blijft bij het College ook de norm voor de toekomst. Met centraalstel- ling van de burgers moet aldus de verzorging van het takenpakket door het Stadsgewes blijven gebeuren. De Heer Beerepoot heeft verder vraagtekens geplaatst bij de structuur van het stads-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 11