OPENBARE VERGADERING VAN DE RAAD DER GEMEENTE NIEUW-GINNEKENGEHOUDEN OP DINSDAG
30 SEPTEMBER 1980, TE 20.00 UUR, TEN GEMEENTEHUIZE.
Aanwezig: alle Leden van de Raad, te weten:
DRSA.J. BEEREPOOT, C.M. DEN BROK, A.J. VAN DUN, A.J.J. VAN GESTEL,
H.M.C.J. VAN GILS, J.H. VAN GILS, H.H.M. PLATZBEECKER, F.L.M. PAULUSSEN,
J.A. ROPSB.P. VAN TETERING, P.H.M. TEUNISSEN, C.J. VERKOOIJEN, J.C.
VAN DER WESTERLAKEN, W.CH. WILLEMSEN, en P. VAN YPEREN
VOORZITTER: DRS. M.J.H. VAN DE VEN.
SECRETARIS: MR. TH. BOSSINK.
De VOORZITTER opent de vergadering met het gebruikelijke gebed en heet
iedereen van harte welkom.
Hij vermeldt dat aan de agenda nog een punt 12a is toegevoegd en dat de notulen
van de vergadering van 3 september de eerstvolgende keer ter vaststelling zullen
worden aangeboden.
Hierna stelt hij aan de orde:
1. NOTULEN VAN DE VERGADERING VAN 19 AUGUSTUS 1980:
Een vraag van de Heer VAN DER WESTERLAKEN inzake de gevolgen van de ver
traging ten aanzien van de omleidingsweg Ulvenhout voor de aanleg van aanvullende
rijwielpaden langs de Chaamseweg wordt door de VOORZITTER aangehouden tot de rond
vraag.
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming worden de notulen ongewijzigd vastge
steld.
2. INGEKOMEN STUKKEN:
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming worden alle op de agenda ver
melde stukken voor kennisgeving aangenomen.
3. VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN DE le WIJZIGING VAN DE VERORDENING HONDENBELASTING
NIEUW-GINNEKEN 1978:
De Heer VAN YPEREN vraagt welke sanctie wordt bedreigd tegen het niet aan
geven van een hond voor deze belasting en in welke mate deze sanctie door de rechter
wordt toegepast.
De VOORZITTER antwoordt dat artikel 11 van de verordening bepaalt dat over
treding van de verordening wordt bestraft met ten hoogste 250,boete.
Wanneer een overtreding via de politie, middels proces-verbaal, aan de rechter is
doorgegeven, kan deze dus een boete opleggen van maximaal 250,Het streven van
het college is er echter op gericht een zo groot mogelijk aantal aangiften te ver
krijgen op minnelijke basis. De belastingplichtigen pressen en het inbouwen van een
controlesysteem wordt vanwege de daaraan verbonden narigheden niet overwogen. De
hondenbelasting is een beperkte bron van inkomsten voor de gemeente en heeft vooral
als doel het aantal honden wat in te perken. Bij de invordering worden indien nodig
wel aanmaningen verstuurd maar tot strafrechtelijke vervolging bij het verzwijgen
van het feit dat men houder van een hond is geworden is- het nog nooit gekomen.
De Heer H. VAN GILS informeert of het bedrag van de aanslag van 27,50
per hond niet vrijwel in zijn geheel opgaat aan o.a. administratie-, porti- en in
vorderingskosten
De VOORZITTER deelt mede dat de opbrengst van de hondenbelasting ongeveer
33.000,bedraagt en dat de perceptiekosten enkele duizenden guldens belopen.
De belasting heeft als inkomstenbron dus wel enige waarde maar hoofddoel is een be
perking van het aantal honden en de overlast daarvan. Een onevenredige verhoging
van het belastingtarief zal degene die wat minder kan betalen evenwel duperen in
zijn liefhebberij.
De Heer H. VAN GILS doet de suggestie de belasting te verhogen en met de
daaruit verkregen middelen een aantal milieuvriendelijke voorzieningen aan te leggen