-8- Namens het College reageert de VOORZITTER. De waardering voor het particulier initiatief zoals die in alle discussies doorklinkt doet hem deugt. De Raad stelt het komplan vast en schept daarmee de voorwaarden, bovendien wenst de gemeente een actief beleid te voeren met de gronden die zij daar in bezit heeft. Het allerbelangrijkste is echter het particulier initiatief omdat de ondernemers het plan moeten invullen en de verbreding van het assortiment bepalen. Een gedeelte van de Raad heeft moeite met transactie II, een op de toekomst gerichte overeenkomst die afhankelijk is gesteld van het bestemmingsplan. Transactie II gaat pas door als het bestemmingsplan "Komplan Bavel" definitief is, c.q. als de Raad wil anticiperen op dat bestemmingsplan. Daarbij heeft de Raad het laatste woord, dat is duidelijk. Het College nu heeft een andere visie van een gedeelte van de Raad ten aanzien van een onderdeeltje van dat bestemmingsplan. Dat betreft de parkeerplaats die geprojecteerd is tussen 't Hof en de Brigidastraat. De Heer BEEREPOOT interrumpeert met de vraag of het duidelijk is dat het College een andere mening is toegedaan. De VOORZITTER bevestigt dit onder verwijzing naar het gestelde in de brief van 6 juli, waarbij het College het ontwerp-bestemmingsplan ter vooroverleg aan de P.P.D. aangeboden heeft. Het College heeft toen geschreven dat overeenkomstig doel stellingen van het onderhavige bestemmingsplan "Komplan Bavel" achter de Brigidastraat naast de bestemming begraafplaats een parkeerplaats is geprojecteerd. Tijdens de behandeling van het plan in de Commissie Ruimtelijke Ordening is gebleken, dat een meerderheid van deze commissie van mening is dat de geprojecteerde parkeerplaats ter plaatse niet noodzakelijk is. Het College is op basis van de gegevens uit de toelichting van het bestemmingsplan "Komplan Bavel" evenwel van mening dat deze par keerplaats ter plaatse niet kan worden gemist. Dat was en is het standpunt van het College wat in dat opzicht dus een zakelijk verschil van mening betekent met een gedeelte van de Raad. Het College is ingevolge de wet belast met de voorbereiding van beleidsbeslissingen en draagt daarbij een eigen verantwoordelijkheid. Vanuit de eigen verantwoordelijkheid heeft het College een eigen mening gevormd met volledige erkenning van het feit dat de Raad het laatste woord heeft middels de vast stelling van het bestemmingsplan. Het College heeft aan de P.P.D. gevraagd in het kader van het vooroverleg over de problematiek daar van advies te dienen. Het ontwik kelingsproces van een bestemmingsplan laat ruimte voor meningsverschillen. Daarom heeft het College in het contract met Bastiaansen ingebouwd, dat het contract ontbon den is op het moment dat het bestemmingsplan niet in de richting gaat van een parkeer plaats. Deze bepaling geldt tot één jaar na het onherroepelijk worden van het contract. In de discussie met de Raad proeft de VOORZITTER dat er ruimte wordt gelaten voor een nadere meningsvorming. De Heer van Yperen heeft immers gezegd "tenzij wordt aangetoond dat het nuttig is"Ook het College wil niet met het hoofd door de muur en is bereid op grond van zakelijke argumenten bij te sturen. Niet voor niets heeft het College advies gevraagd aan de P.P.D.. Oj Het voorstel van het College is daarom de procedure eerst af te maken. In de loop van de procedure zal blijken, afhankelijk van het advies van de P.P.D. of er meer parkeerplaatsen moeten komen, of er voldoende zijn geprojecteerd danwel dat er teveel zijn. Duidelijk is dat in laatste instantie het de Raad is die bepaalt hoe de vormgeving van een bestemmingsplan er uit zal zien er waar de noodzakelijke parkeerplaatsen moeten komen. Vanavond wordt echter niet beslist over de exacte plaatsbepaling van die par keerplaatsen Dan, zo meent de VOORZITTER, zal de Raad nu "ja" kunnen zeggen tegen deze beide contracten, zonder dat de fracties zich compromitteren ten opzichte van de toekomst. Het mag duidelijk zijn dat het College de Raad niet in een hinderlaag wil lokken. Wel is er een verschil van mening met de Raad, maar dat moet kunnen, mét handhaving van de goede verstandhouding. De VOORZITTER hoopt dat de Raad de verdere ontwikkeling van het komplan normaal zal willen laten verlopen en géén absolute blokkades zal opwerpen tegen zaken waarvan nu nog niet evenwichtig afgewogen kan worden of ze goed of niet goed zijn. Die afweging komt later aan de orde. Het College zal met dit contract in de hand naar Den Bosch gaan ten behoeve van de stedebouwkundige anticipatie voor de uitbreiding van het pand van de Heer Bastiaasen. Als nu al zou blijken dat de meerderheid van het College ook al zegt dat die parkeerplaats elders moet komen dan heeft het College geen boodschap te doen in Den Bosch.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 225