-14-
Lijnrecht in tegenspraak met deze mededeling staat overigens de mededeling van de
wethouder, enkele vergaderingen geleden, waarbij deze nog verklaarde dat de Woning
bouwvereniging bereid zou zijn woningen per blok te verkopen.
Middels de heer VAN TETERING maakt de C.D.A.-fractie haar standpunt bekend
ten aanzien van de bevordering van het eigen woningbezit, ten behoeve van mensen
die nu eenmaal niet de beschikking hebben over een gevulde portmonnaie. Zoals wellicht
bekend is kan de bevordering van eigen woningbezit gerealiseerd worden door verkoop
van woningwetwoningen aan de bewoners en door de verkoop van premie-A woningen.
Zijn fractie wenst binnen de mogelijkheden haar medewerking te verlenen en het
eigen woningbezit te stimuleren. Dit is overigens ook conform haar verkiezings
programma. Uit de stukken die met betrekking tot dit agendapunt ter inzage lagen,
heeft hij de indruk gekregen dat de Woningbouwvereniging St. Laurentius naast haar
eigen inzicht in zijn algemeenheid het standpunt met betrekking tot deze materie,
volgt van het overkoepelend orgaan, de Nationale Woningraad. Zonder, zoals het
College terecht opmerkt, zelf een diepgaand onderzoek te hebben ingesteld naar
de plaatselijke situatie in de gemeente Nieuw-GinnekenEr wordt ook melding van
gemaakt dat collegae woningbouwverenigingen er evenzo over denken, dus niet overgaan
tot verkoop van woningwetwoningen. De heer VAN TETERING vraagt zich af wie met
deze collegae worden aangeduid. Afgezien van de mogelijkheid dat dit alsnog aan
de betreffende woningbouwvereniging gevraagd zou kunnen worden zal men toch zeer
waarschijnlijk een afwijzende houding blijven aannemen. Toch meent hij dat het
de moeite waard kan zijn opnieuw in kontakt te treden met het voltallige bestuur.
Zijn fractie blijft vooralsnog van mening dat door de verkoop van een aantal woning
wetwoningen het volkshuisvestingsbelang in de gemeente Nieuw-Ginneken niet geschaad
wordt, toegegeven dat dat in enkele andere gemeenten anders ligt.
Tenslotte wil hij, naar aanleiding van een aan het College gerichte brief
van 8 mei 1981 die bij de stukken ter inzage lag, nog iets zeggen over de renovatie.
Van de inhoud daarvan is hij danig geschrokken omdat daarin wordt gesteld:"in het
kader van de binnenkort gereedkomende meerjarenplanning en begroting zal bezien
worden of renovatie mogelijk en gewenst is". Liever had hij gelezen dat zij door
allerlei omstandigheden van technische aard niet in staat is geweest op korte termijn
met de renovatie te starten. Hij besluit zijn betoog met het uitspreken van de
hoop dat deze zaak spoedig zal zijn opgelost.
De heer WILLEMSENverklaart dat veel gedachten die door de vorige sprekers
zijn uitgesproken, ook zijn fractie aanspreken. Zijn fractie blijft pleiten voor
verkoop van woningwetwoningen en ook speciaal voor renovatie. Hij herinnert eraan
dat in 1977 concrete plannen op tafel lagen waarin de straten werden genoemd waar
gerenoveerd zou worden. Nu een aantal jaren verder is er nog helemaal niets gebeurd.
Ten aanzien van de verkoop van woningen is het misschien toch gewenst om als gemeente
een klein onderzoek te doen. Om hoeveel bewoners van huurwoningen zou het op dit
moment gaan vraagt hij zich af. Het zou best kunnen zijn dat het maar om een heel
klein aantal gaat.
De heer VAN DER WESTERLAKEN wijst op de ter inzage gelegde brief van
de Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening van beging 1979. In die
brief worden de gemeenten gevraagd kenbaar te maken wat zij van plan zijn. Intussen
is er, meer dan twee jaar later, nog steeds geen standpuntbepaling van de gemeente
Nieuw-Ginneken. Hij is het met de heer van Yperen eens dat de Raad daar zijn ge
dachten eens over moet laten gaan. Hij zou dan van te voren wel willen weten hoe
dat nou in zijn algemeenheid ligt in andere gemeenten. En ook of er veel vraag naar
is en er veel verkocht wordt. Hij heeft van de heer van Tetering begrepen dat de
Nationale Woningraad in z'n.adviezen een beetje afwijzend tegenover verkoop staat,
omdat verkoop tegen het volkshuisvestingsbelang zou zijn en verkoop verschraling
van het aanbod aan goedkope huurwoningen zou betekenen. De Raad zou daar eens over
moeten gaan nadenken; wat wil Nieuw-Ginneken eigenlijk?
Wethouder VERKOOIJEN meent dat de heer van Yperen zijn zin heeft gekregen
nu er uitgebreid over deze zaak wordt gediscussieerd ook al gaat hij akkoord met
het versturen van de brief aan de Minister. Het College zou niets liever willen
dan dat er een bericht van de Woningbouwvereniging zou komen waarin toch nog be
reidheid wordt getoond om tot verkoop van woningen te komen. De Woningbouwvereniging
is daartoe op dit moment echter niet bereid, van geen enkele woningwetwoning. Het
College onderstreept daarom van harte wat in deze vergadering is gezegd. Dat geldt
ook voor de renovatie van woningen.
