-28-
geweest en tenslotte ligt er een samenvattende brief van 12 september. Als we
dan ook nog zien dat bij hoofdstuk 8.02.2 alleen de uitbreiding binnensportaccommo
datie Bavel aan de orde komt, dat er wel gesteld wordt, dat op voorhand nog niet
worden uitgesloten, dat enige spreiding van accommodaties over de verschillende
kerkdorpen zal plaatsvinden, dan gaat de lamp uit. De lamp is trouwens in Galder
toch aan het doven.
Meneer de Voorzitter in alle bebouwde kommen van de gemeente kunnen
we genieten van een buitengewone straatverlichting. Ik nodig het College graag
uit om de bebouwde kom van Galder een half uur na zonsondergang eens te bezoeken.
Meneer de Voorzitter U zult dan zelf kunnen constateren dat, behalve de jongste
telgen van onze gemeenschap "de Gaarshof" en de parkeerplaats bij de Sint Jacobs-
kapel, iedereen, die in Galder woont of Galder bezoekt over Argusogen moet be
schikken
Meneer de Voorzitter de oplossing voor dit probleem is natuurlijk erg
simpel. In de laatste vergadering van de verkeerscommissie, waar de verlichting
van het buitengebied ter sprake kwam, is unaniem aangenomen, dat de Kerzelseweg
van verlichting diende te worden voorzien. Wij willen voorstellen om de lantaarn
palen van Galder te verplaatsen naar de Kerzelseweg en Galder van fatsoenlijke
nieuwe straatverlichting te voorzien.
Meneer de Voorzitter we geven commentaar op het beleidsplan. In feite
is het natuurlijk een welzijnsplanwant wonen, werken, of niet werken, verkeer,
vorming en ontspanning, het heeft allemaal met welzijn te maken.
Tot slot willen wij daarovernog enkele op m erkingen makenEr wordt in het plan ge
schreven over de wijkbejaardenzorgWat moet hier concreet onder verstaan worden?
Welke initiatieven gaat het College in deze ontwikkelen.
Er wordt in het plan niet meer gerept (en dit in tegenstelling tot
1980) over suggesties ten aanzien van bejaardenhuisvesting.
Zijn de plannen van een jaar geleden gerealiseerd of zijn ze van de baan?
Er wordt in het plan ook niet gesproken over te nemen initiatieven in het belang
van de werkelozen. Per 12-10-1981 waren er in onze gemeente 183 geregistreerde
werkelozen waaronder 29 onder de 20 jaar. Zijn er plannen om iets voor deze groep
te gaan doen of worden ze aan hun lot overgelaten?
In het kader van het welzijn nog even een citaat van de Heer Anbeek,
voorzitter van de vereniging van Nederlandse Ziekenfondsen:"Volgens het onderzoek
van de Rijksuniversiteit Limburg slikken we in Nederland gigantische hoeveelheden
medicijnen. Er wordt geslikt uit gewoonte, afhankelijkheid en verslaving.
We mogen wel eens wat gaan doen aan de milieubescherming van ons eigen lichaam."
Misschien een idee voor de milieudag 1982.
Meneer de Voorzitter wij willen tot slot graag dank zeggen voor het
werk verricht door U en het ambtenarenkorps en daarbij willen wij de wens uit
spreken, dat 1982 voor Nieuw-Ginneken een goed jaar moge worden.
Aansluitend geeft de Voorzitter het woord aan de V.V.D.-fraktie. Namens
deze fraktie spreekt de heer H. VAN GILS.
ALGEMEEN
Meneer de Voorzitter het wordt steeds duidelijker dat we als bestuurders
van de lagere overheid voor grote problemen komen te staan. De financiële positie
van de gemeente is in korte tijd drastisch gewijzigd. Optimisten onder U zeggen
natuurlijk we hebben voor 1982 toch een sluitende begroting en we hebben toch
vrijwel alles kunnen doen, maar tussen de regels door kunnen we constateren dat
het krijgen van een sluitende begroting wel wat moeite heeft gekost, en dat de
rek er nu vrijwel uit is.
De individuele burger ontkomt er niet aan om het wat kalmer aan te doen.
Zijn inkomen stijgt niet meer automatisch, maar daalt in de komende
jaren met een aantal procenten. Dit nu Meneer de Voorzitter zal zijn weerslag
mede vinden in de huishouding van de overheid.
Wij als gemeente Nieuw-Ginneken zullen zeker geconfronteerd worden
met vermindering van inkomsten, dit echter mogen wij niet afwentelen op onze
burgers door bijvoorbeeld het drastisch verhogen van de onroerend-goedbelasting
Het moet, zoals wij ook al in voorgaande jaren bepleitten, mogelijk zijn wegen
te vinden die, met een zo goed mogelijk behoud van de kwaliteit van het voorzienin-
genpeil, leiden tot lagere uitgaven.