-2- Wethouder VERKOOIJEN gaat hierop in met de mededeling dat het zelfs niet bekend is of de gemeente Breda een bijdrage heeft aangevraagd. De Wethouder zegt toe te zullen laten nagaan tot welke resultaten de motie van de Raad van Nieuw-Ginneken heeft geleid en hoe de kontakten tussen de gemeente en de provincie Noord-Brabant dienaangaande liggen. Bij punt 1. brengt de Heer VAN DEN BROECK in herinnering dat de Raad in zijn vergadering van 9 december 1982 heeft vastgesteld dat voor de VOS- kursus een minimum aantal deelnemers zou gelden van 15. Uit het verslag over de VOS-kursus heeft hij kunnen opmaken dat met slechts 12 deelnemers is gestart en dat na 2 lessen nog een deelnemer is afgevallen. Dat is in strijd met het door de Raad vastgestelde subsidiebeleid en hij vraagt zich daarom af hoe dat komt. Daarna zou hij willen weten of alle deelnemers wel uit de gemeente Nieuw- Ginneken kwamen; hem is ter ore gekomen dat ook mensen van elders aan de VOS- kursus hebben deelgenomen. Wethouder VAN GILS antwoordt dat er het indienen van de subsidie aanvraag 18 aanmeldingen waren maar zoals de Raad zich wel zal herinneren heeft het vrij lang geduurd voordat daadwerkelijk met de kursus kon worden gestart. Op dat moment waren er nog maar 12 deelnemers maar de verwachting bestond dat er dat weer 15 zouden worden. Hij heeft daarom toen toestemming verleend met de kursus te starten, maar naar helaas achteraf is gebleken hebben zich tijdens de kursus geen nieuwe deelnemers aangemeld. Het komt wel meer voor dat met een kleiner aantal kursisten wordt gestart en dat na een week veertien dagen zich voldoende deelnemers hebben aangemeld, ook het omgekeerde komt voor. In dit geval moet de oorzaak duidelijk gezocht worden in het feit dat er een te grote tijdruimte lag tussen het moment van aanmelden en het moment waarop de kursus daadwerkelijk van start ging. In het verslag wordt daarom door de werkgroep er op aangedrongen een volgende kursus zo vlot mogelijk te laten beginnen. Inzage in de deelnemerslijst kan niet verstrekt worden omdat de Wet houder daarover niet beschikt. De Heer VAN DEN BROECK wijst erop dat hij nochtans in de commissie Welzijn daarnaar heeft gevraagd. Wethouder VAN GILS vraagt begrip omdat hij door familie-omstandigheden die vergadering niet heeft kunnen bijwonen en tot zijn spijt heeft die vraag hem niet bereikt. Hij zegt de heer van den Broeck echter toe voor hem te zullen laten nagaan hoeveel deelnemers aan de kursus uit Nieuw-Ginneken afkomstig waren en hoeveel van elders. De Heer BEEREPOOT vraagt zich af of het niet binnen het kader van de werkgroep Sociaal-Cultureel Plan past deze evaluatie te beoordelen en in het vervolg advies daaraan te vragen wanneer er weer subsidieaanvragen op dit terrein binnenkomen omdat er een afweging moet plaatsvinden ten opzichte van andere aktiviteiten op dit terrein. Wethouder VAN GILS zet uiteen dat hetgeen de heer Beerepoot voorstelt niet tot de taak van de werkgroep Sociaal-Cultureel Plan behoort, die taak beperkt zich tot het opstellen van het konsept-Sociaal-Cultureel Plan. De werk zaamheden aan dit plan zijn opgeschort omdat er een aantal wijzigingen van de zijde van het ministerie op komst schijnt te zijn waardoor het plan niet kan worden afgerond met een financiële paragraaf. De werkgroep wil graag een plan aan de Raad presenteren wat kompleet is en waar aan de gemeenteraad in de toekomst plannen en subsidieverzoeken kan toetsen. Het ligt in het voornemen het Sociaal-Cultureel Plan in de december-vergadering aan de Raad voor te leggen. Ten aanzien van een toekomstige vraag over het op nieuw organiseren van een VOS-kursus ligt het veel meer op het terrein van de Commissie Welzijn daarover een advies uit te brengen. Het is wel zo dat emanci- patie-aktiviteiten passen binnen het kader van het Sociaal-Cultureel Plan, even als andere aktiviteiten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 301